Werp uw bekommernis op de Here, Hij zal voor u zorgen; Hij zal nimmermeer toelaten, dat de rechtvaardige wankelt. | Geef al je zorgen aan de Heer. Hij zal voor je zorgen. Hij laat zijn vrienden nooit in de steek. Hij zorgt ervoor dat ze nooit zullen vallen. |
Zo zal ook Christus, nadat Hij Zich éénmaal geofferd heeft om veler zonden op Zich te nemen, ten tweeden male zonder zonde aanschouwd worden door hen, die Hem tot hun heil verwachten. | Zo is ook Christus éénmaal gestorven. Hij heeft Zichzelf éénmaal geofferd om de straf voor de ongehoorzaamheid van de mensen op Zich te nemen. Als Hij voor de tweede keer komt, komt Hij niet meer om Zichzelf voor onze ongehoorzaamheid te offeren. Dan komt Hij om de mensen die op Hem vertrouwen voor hun redding, helemaal te bevrijden. |
Zingt Gode, psalmzingt zijn naam, baant de weg voor Hem die door de vlakten rijdt; Here is zijn naam, juicht dan voor zijn aangezicht. Hij is de vader der wezen en de rechter der weduwen, God in zijn heilige woning. | Zing voor God, zing dankliederen voor Hem. Maak de weg vrij voor Hem die over de vlakten rijdt. Zijn naam is Heer. Juich blij voor Hem. Hij is een Vader voor de weeskinderen. Hij komt op voor de weduwen. Hij is God in zijn heilige huis. |
Maar ik weet: mijn Losser leeft en ten laatste zal Hij op het stof optreden. | Want ik weet dat mijn Redder leeft. Uiteindelijk zal Hij mij uit het stof optillen, zodat alles weer goed komt. |
Ieder, die de zonde doet, doet ook de wetteloosheid, en de zonde is wetteloosheid. | Als iemand ongehoorzaam is aan God, houdt hij zich niet aan de wet van God. Ongehoorzaamheid aan God is hetzelfde als ongehoorzaamheid aan de wet. |
Gods weg is volmaakt; des Heren woord is zuiver. Hij is een schild voor allen die bij Hem schuilen. | Wat God doet is volmaakt. Wat Hij zegt is altijd te vertrouwen. Hij beschermt iedereen die naar Hem toe komt voor hulp. |
Weest blijde in de hoop, geduldig in de verdrukking, volhardend in het gebed. | Wees blij over de dingen die nog zullen komen. Wees geduldig als je wordt vervolgd. Stop nooit met bidden. |
Watervloed roept tot watervloed bij het gebruis uwer stromen; al uw baren en golven slaan over mij heen. | Golf na golf slaat over mij heen. Bruisend en schuimend spoelen uw golven over mij heen. |
Gods weg is volmaakt; des Heren woord is zuiver. Hij is een schild voor allen die bij Hem schuilen. | Wat God doet is volmaakt. Wat Hij zegt is altijd te vertrouwen. Hij beschermt iedereen die naar Hem toe komt voor hulp. |
De tijd is vervuld en het Koninkrijk Gods is nabijgekomen. Bekeert u en gelooft het evangelie. | Jezus zei: "Het Koninkrijk van God komt bijna. Nu is het de tijd. Ga dus leven zoals God het wil en geloof het goede nieuws." |
Maar wast op in de genade en in de kennis van onze Here en Heiland, Jezus Christus. Hem zij de heerlijkheid, zowel nu als tot de dag der eeuwigheid. | Zorg ervoor dat jullie geestelijk groeien, en dat jullie onze Heer en Redder, Jezus Christus, steeds beter leren kennen. Dan kan de Heer altijd goed voor jullie zijn. Van Hem is alle macht en eer, nu en voor eeuwig. |
Laat niemand u misleiden, op welke wijze ook, want eerst moet de afval komen en de mens der wetteloosheid zich openbaren, de zoon des verderfs, de tegenstander, die zich verheft tegen al wat God of voorwerp van verering heet, zodat hij zich in de tempel Gods zet, om aan zich te laten zien, dat hij een god is. | Laat je door niemand iets wijsmaken, op wat voor manier dan ook. Want eerst moet er nog iets anders gebeuren: eerst zullen heel veel mensen hun geloof kwijtraken. En eerst zal er een mens aan de macht komen die zich helemaal niets van God aantrekt. Hij zal een slecht mens zijn. Hij is de tegenstander van God. Hij is tegen de aanbidding van God. Hij zal zelfs in Gods tempel gaan zitten en beweren dat hij zelf God is. Hij zal zelf als god aanbeden willen worden. |
Van toen aan begon Jezus te prediken en te zeggen: Bekeert u, want het Koninkrijk der hemelen is nabijgekomen. | Vanaf dat moment begon Jezus aan de mensen te vertellen: "Ga leven zoals God het wil, want het Koninkrijk van God komt bijna." |
Ja, Hij verootmoedigde u, deed u honger lijden en gaf u het manna te eten, dat gij niet kendet en dat ook uw vaderen niet gekend hadden, om u te doen weten, dat de mens niet alleen van brood leeft, maar dat de mens leeft van alles wat uit de mond des Heren uitgaat. | Hij wilde dat jullie ontzag voor Hem zouden leren hebben. Daarom liet Hij jullie honger lijden. Toen gaf Hij jullie manna, iets wat jullie en jullie voorouders nog nooit hadden gezien. Want Hij wilde dat jullie zouden begrijpen dat een mens niet alleen van brood leeft. Een mens leeft óók van elk woord dat God spreekt. |
Van ganser harte verlang ik naar U in de nacht, ja, uit het diepst van mijn gemoed zoek ik U; want wanneer uw gerichten op de aarde zijn, leren de inwoners der wereld gerechtigheid. | 's Nachts verlang ik met mijn hele hart naar U. Vanuit het diepst van mijn hart verlang ik naar U. Want als U de aarde straft, leren de mensen wat rechtvaardigheid is. |
Woorden uit de mond van een wijze zijn innemend, maar de lippen van een dwaas verslinden hemzelf. | Iedereen luistert graag naar de woorden van een wijs mens. Maar de woorden van een dwaas storten hem in het ongeluk. |
En nu, kinderkens, blijft in Hem, opdat wij, als Hij zal geopenbaard worden, vrijmoedigheid hebben en voor Hem niet beschaamd staan bij zijn komst. | Kinderen, blijf dus één met Hem. Want dan kunnen we Hem, als Hij komt, vol vertrouwen ontmoeten en hoeven we ons niet te schamen. |
Al legert zich een leger tegen mij, mijn hart vreest niet; al verheft zich een krijg tegen mij, nochtans blijf ik vertrouwen. | Zelfs als er een heel leger op mij af komt, ben ik nog steeds niet bang. Al breekt de strijd tegen mij los, toch blijf ik vertrouwen. |
Want uit Hem en door Hem en tot Hem zijn alle dingen: Hem zij de heerlijkheid tot in eeuwigheid! Amen. | Maar alle dingen komen van God, bestaan door God en zijn voor God. Voor Hem is alle eer voor altijd en eeuwig! Amen! Zo is het! |
Want al wat in de wereld is: de begeerte des vlezes, de begeerte der ogen en een hovaardig leven, is niet uit de Vader, maar uit de wereld. | Want alles wat de ongelovige mensen doen en willen en verlangen en belangrijk vinden, is niet van de Vader, maar van de wereld. |
En gij zult te dien dage zeggen: Looft de Here, roept zijn naam aan, maakt onder de volken zijn daden bekend, vermeldt, dat zijn naam verheven is. | Dank de Heer! Aanbid Hem! Vertel de volken wat Hij allemaal heeft gedaan. Vertel dat Hij de machtige God is. |
Indien echter iemand van u in wijsheid te kort schiet, dan bidde hij God daarom, die aan allen geeft, eenvoudigweg en zonder verwijt; en zij zal hem gegeven worden. | En als je een keer niet weet wat je moet doen, mag je God om wijsheid vragen. God geeft die altijd, zonder boos te zijn dat je het zelf niet weet. |
Indien wij echter hopen op hetgeen wij niet zien, verwachten wij het met volharding. | Maar wij kijken uit naar iets wat er nog níet is. En we zijn er zeker van dat het komt. Daarom wachten we er vol vertrouwen geduldig op. |
Gíj zijt uit God, kinderkens, en gij hebt hen overwonnen; want Hij, die in u is, is meerder dan die in de wereld is. | Jullie zijn uit God geboren, kinderen, en jullie hebben de vijanden van Christus overwonnen. Want Hij die in jullie is, is machtiger dan hij die in de wereld heerst. |
De Here zal mij beveiligen tegen alle boos opzet en behouden in zijn hemels Koninkrijk brengen. Hem zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid! Amen. | De Heer zal me altijd beschermen tegen elke aanval van de duivel. Hij zal me veilig in zijn hemelse Koninkrijk brengen. Voor Hem is alle eer, voor eeuwig! Amen! Zo is het! |
Gerelateerde onderwerpen
Aanbidding
O HERE, Gij zijt...
Rechtvaardigheid
Wie gerechtigheid en liefde...
Veiligheid
Maar wèl getrouw is...
Redding
En de behoudenis is...
Woord van God
Want het woord Gods...
Bescherming
Doet de wapenrusting Gods...