Wie is Hij, die koning vol majesteit?
De HEER van de hemelse machten,
Hij is de koning vol majesteit. sela
De HEER van de hemelse machten,
Hij is de koning vol majesteit. sela
Wie is dan die grote koning?
Het is de machtige Heer.
Hij is die grote koning!
Het is de machtige Heer.
Hij is die grote koning!
Wie is Hij, deze Koning der ere?
De HEERE van de legermachten,
Hij is de Koning der ere. Sela
De HEERE van de legermachten,
Hij is de Koning der ere. Sela
Wie is Hij toch, de Koning der ere?
De Here der heerscharen,
Hij is de Koning der ere. sela
De Here der heerscharen,
Hij is de Koning der ere. sela
Wie is die geweldige Koning toch?
Het is de Aanvoerder van de hemelse legers.
Hij is de machtige Koning.
Het is de Aanvoerder van de hemelse legers.
Hij is de machtige Koning.