Bijbelteksten over 'Wie'
- Wie van geld houdt, kan er niet genoeg van krijgen. Wie verzot op rijkdom is, is altijd op meer gewin belust. Ook dat is enkel leegte.
- Daarop hoorde ik de stem van de Heer zeggen: ‘Wie zal Ik sturen? Wie kan namens ons gaan?’ Ik antwoordde: ‘Hier ben ik, stuur mij.’
- Geef iedereen wat hem toekomt: belasting aan wie u belasting verschuldigd bent, accijns aan wie u accijns verschuldigd bent, ontzag aan wie ontzag toekomt, eerbied aan wie eerbied toekomt.
- Wie gelooft en gedoopt is zal worden gered, maar wie niet gelooft zal worden veroordeeld.
- Wie heeft dat tot stand gebracht?
Wie roept de generaties vanaf het begin?
Ik, de HEER, Ik was de eerste
en ook bij de laatsten zal Ik zijn. - Wie anders is God dan de HEER,
wie anders een rots dan onze God? - Wie niet liefheeft kent God niet, want God is liefde.
- Wie anders is God dan de HEER,
wie anders een rots dan onze God? - Wie inzicht heeft doorgrondt deze woorden, wie wijs is neemt ze ter harte. Want de wegen van de HEER zijn recht: wie rechtvaardig is verlaat ze niet, maar wie zich verzet komt ten val.
- Wat moeten wij hier verder over zeggen? Als God voor ons is, wie kan dan tegen ons zijn?
- Wie de Zoon heeft, heeft het leven. Wie de Zoon van God niet heeft, heeft het leven niet.
- Wie is Hij, die koning vol majesteit?
De HEER van de hemelse machten,
Hij is de koning vol majesteit. sela - Wie vermaning liefheeft, wil graag leren,
wie berispingen haat is dom. - Wie heimelijk haat is een huichelaar,
wie openlijk lastert een dwaas. - Wie uw naam kent, kan op U vertrouwen,
U verlaat niet wie U zoeken, HEER. - Wij weten: er is één God, de Vader, uit wie alles is ontstaan en voor wie wij zijn bestemd, en één Heer, Jezus Christus, door wie alles bestaat en door wie wij leven.
- Wie in de Zoon gelooft heeft eeuwig leven, wie de Zoon niet wil gehoorzamen zal dat leven niet kennen; integendeel, Gods toorn blijft op hem rusten.
- Overigens, wie zou u kwaad doen als u zich volledig inzet voor het goede?
- Blijf kalm en wacht op de HEER,
erger je niet aan wie slaagt in het leven,
aan wie met listen te werk gaat. - Hij antwoordde: ‘Wie twee stel onderkleren heeft, moet delen met wie er geen heeft, en wie eten heeft moet hetzelfde doen.’
- Wie met wijzen omgaat wordt zelf wijs,
wie met dwazen verkeert, ondervindt schade. - Wie buiten U heb ik in de hemel?
Naast U wens ik geen ander op aarde. - Wie de geboden naleeft, behoudt zijn leven,
wie de weg van de HEER veracht, zal sterven. - Wie onberispelijk leeft, gaat een veilige weg,
wie op kronkelpaden gaat, wordt ontmaskerd. - Wie goed luistert, zal het goed vergaan,
wie op de HEER vertrouwt is gelukkig.
