Een zwijgende dwaas houdt men voor wijs,
zolang hij zijn mond houdt, lijkt hij verstandig.
zolang hij zijn mond houdt, lijkt hij verstandig.
Zelfs dwaze mensen lijken verstandig als ze zwijgen,
en domme mensen lijken wijs als ze hun mond houden.
en domme mensen lijken wijs als ze hun mond houden.
Zelfs een dwaas die zwijgt, wordt wijs geacht,
wie zijn lippen op elkaar houdt, verstandig.
wie zijn lippen op elkaar houdt, verstandig.
Zelfs een dwaas die zwijgt, gaat door voor wijs;
als hij zijn lippen gesloten houdt, voor verstandig.
als hij zijn lippen gesloten houdt, voor verstandig.
Zelfs een dwaas die zijn mond houdt, lijkt wijs.
Zolang hij niets zegt, lijkt hij verstandig.
Zolang hij niets zegt, lijkt hij verstandig.