Waar kan ik heen gaan zonder dat u het merkt? Waar kan ik heen vluchten zonder dat u mij ziet? Ik kan wel naar de hemel klimmen, maar dan bent u daar. Ik kan wel afdalen naar het land van de dood, maar daar bent u ook.
Hoe zou ik aan uw aandacht ontsnappen, hoe aan uw blikken ontkomen? Klom ik op naar de hemel – U tref ik daar aan, lag ik neer in het dodenrijk – U bent daar.
Waar kan ik Uw Geest ontgaan, waar Uw aangezicht ontvluchten? Al steeg ik op naar de hemel, U bent daar; of legde ik mij neer in de hel, zie, U bent daar.
Waarheen zou ik gaan voor uw Geest, waarheen vlieden voor uw aangezicht? Steeg ik ten hemel – Gij zijt daar, of maakte ik het dodenrijk tot mijn sponde – Gij zijt er.
Hoe zou ik kunnen vluchten voor uw Geest? Waar zou ik me voor U kunnen verbergen? Als ik naar de hemel zou gaan – U bent daar. Als ik naar het dodenrijk zou afdalen – U bent daar óók.
Later zullen jullie het helemaal begrijpen. Dat zal gebeuren als de heilige Geest komt. De Vader zal hem als helper naar jullie toe sturen. Dat doet hij voor mij. De heilige Geest zal jullie herinneren aan alles wat ik tegen jullie gezegd heb. En hij zal ervoor zorgen dat jullie het begrijpen.