DailyVerses.netThema'sWillekeurige tekstInschrijven

Bijbelteksten over 'Land'

  • Ik wil bij u zijn,
    ik verlang naar u,
    zoals droog land verlangt naar regen.
  • Heb respect voor je vader en je moeder. Dan zul je lang leven in het land dat ik je zal geven.
  • Vertrouw op de Heer en doe wat goed is.
    Dan zul je veilig leven in het land waar je woont.
  • Ze kregen het land niet op eigen kracht,
    niet door hun wapens en hun leger.
    U hebt hun het land gegeven,
    u hebt hen geholpen met uw macht.
    U hebt hen beschermd,
    omdat u van hen hield.
  • Doe altijd wat de Heer van je vraagt. Dan zul je in leven blijven. En dan zal het goed met jullie gaan. Dan zullen jullie lang blijven wonen in het land dat jullie van de Heer krijgen.
  • Houd je daarom altijd aan de wetten en regels van de Heer, die ik jullie vandaag geef. Dan zal het goed gaan met jullie en met jullie kinderen. En dan zullen jullie lang leven in het land dat de Heer jullie zal geven.
  • God, u bent mijn God!
    Ik zoek u,
    met heel mijn hart verlang ik naar u,
    mijn hele lichaam verlangt naar u.
    Om mij heen is het dor en droog,
    nergens vind ik water.
  • De Heer is goed voor mij,
    zolang ik leef.
    Dat weet ik zeker.
  • Als de mensen van mijn volk dan laten zien dat ze spijt hebben, dan zal ik vanuit de hemel naar hen luisteren. Ik zal naar hen luisteren als ze tot mij bidden en mij zoeken. Als ze weer gaan leven zoals ik het wil. Dan zal ik hun zonden vergeven en hun land weer vruchtbaar maken.
  • En daarna heb ik jullie naar dit mooie land gebracht. Ik gaf jullie meer dan genoeg te eten. Jullie hadden alles wat je nodig had.
    Maar toen werden jullie trots, en jullie vergaten mij.
  • God geeft aan eenzame mensen een thuis.
    Aan gevangenen geeft hij de vrijheid,
    hij maakt hen gelukkig.
    Maar mensen die zich tegen hem verzetten,
    zullen ongelukkig worden.
  • Vandaag heb ik jullie de wetten en regels gegeven van de Heer, jullie God. Ik heb gezegd dat jullie je daaraan moeten houden. Jullie moeten doen wat de Heer vraagt. En jullie moeten hem liefhebben. Als jullie dat doen, dan kiezen jullie voor het leven. Dan zullen jullie een goed leven hebben, en veel kinderen krijgen. De Heer, je God, zal jullie rijk en gelukkig maken in het land dat jullie in bezit gaan nemen.
  • Want het komt alleen goed als jullie je leven echt veranderen.
    Behandel iedereen eerlijk. Zwakke mensen mag je niet onderdrukken. Wees goed voor vreemdelingen, voor weduwen en voor kinderen zonder vader. Vermoord geen onschuldige mensen. En vereer geen andere goden, want dan loopt het slecht met jullie af.
    Verander je leven! Dan zal ik jullie voor altijd laten wonen in dit land, dat ik aan jullie voorouders gegeven heb.
  • Kijk eens naar de vogels. Ze werken niet op het land en ze hebben geen kelder of schuur. God geeft ze te eten. En jullie zijn voor hem veel belangrijker dan de vogels.
  • Houd je precies aan mijn wetten en regels. Dan zal ik ervoor zorgen dat er op de juiste tijd regen valt. Er zal veel groeien op de akkers, en de bomen zullen veel vruchten krijgen.
  • U bent mijn God,
    leer mij om te doen wat u wilt.
    Wees bij mij en leid mij,
    help me om te doen wat goed is.
  • Laten wij dan ons uiterste best doen om dat land van rust binnen te gaan! Laten we vasthouden aan ons geloof. En laten we niet ongehoorzaam zijn, zoals het volk in de woestijn.
  • De sabbat is een heilige dag. Op die dag moet je uitrusten, je mag dan geen zaken doen. De sabbat is een vrolijke dag, het is een dag om mij te vereren. Op die dag mag je niet bezig zijn met van alles. Je mag geen spullen kopen of verkopen, en je moet geen belangrijke zaken willen bespreken.
    Als jullie op die dag uitrusten, zal ik jullie vreugde geven. Jullie zullen het land dat ik aan jullie voorvader Jakob gegeven heb, weer in bezit nemen. En jullie zullen genieten van alles wat op dat land groeit. Dat beloof ik.
  • Jezus zei: ‘Luister goed naar mijn woorden: Als je kiest voor mij en voor het goede nieuws, moet je bereid zijn om alles op te geven: je broers en je zussen, je ouders en je kinderen, je huis en je land. Maar je krijgt er honderd keer zo veel voor terug: broers en zussen, ouders en kinderen, huizen en land. Je zult het heel moeilijk hebben. Maar als Gods nieuwe wereld komt, krijg je het eeuwige leven.’
  • Kijk eens naar de vogels in de lucht. Ze werken niet op het land en ze bewaren geen graan in een schuur. Jullie Vader in de hemel geeft ze te eten. En jullie zijn voor hem veel belangrijker dan de vogels.
  • Als jullie dat niet willen, kies dan welke goden jullie wel willen dienen: de goden van jullie voorouders of de goden van de Amorieten. Mijn familie en ik zullen in ieder geval de Heer dienen!
  • Waar kan ik heen gaan
    zonder dat u het merkt?
    Waar kan ik heen vluchten
    zonder dat u mij ziet?
    Ik kan wel naar de hemel klimmen,
    maar dan bent u daar.
    Ik kan wel afdalen
    naar het land van de dood,
    maar daar bent u ook.
  • De Heer zegt: ‘Volk van Israël, ik ben de Heer, jullie God. Dat ben ik al sinds jullie weggingen uit Egypte. Ik ben de enige God die jullie mogen dienen. Er is geen andere god die jullie kan redden.’
  • Maar Petrus zei: ‘Ananias, je hebt geluisterd naar Satan en je hebt de heilige Geest bedrogen. Want je deed alsof je de hele opbrengst gaf. Waarom heb je dat gedaan? Je had je land gewoon voor jezelf kunnen houden. Of je had het geld voor jezelf kunnen gebruiken. Maar nu ben je oneerlijk geweest, en niet tegen de mensen, maar tegen God!’
  • God zegende de mensen. Hij zei: ‘Jullie moeten kinderen krijgen. Zorg ervoor dat er overal op aarde mensen komen. Jullie moeten de baas zijn over de aarde. En ook over de vissen in de zee, over de vogels in de lucht en over alle dieren op het land.’
  • Dit zegt de Heer: ‘Ik zal het volk van Juda sterk maken en de Israëlieten redden. Ik zal voor hen zorgen en hen naar hun land terugbrengen. Ik had hen weggejaagd, maar het zal weer worden zoals vroeger. Ik ben de Heer, hun God, en ik zal naar hun gebeden luisteren.’
  • Omdat Jezus Christus dat deed, heeft God hem de hoogste plaats gegeven. God gaf hem de hoogste eer, de eer die voor God zelf bestemd is. Daarom zal iedereen voor Jezus knielen: alle engelen in de hemel, alle mensen op aarde en iedereen in het land van de dood.
  • Ik zal zorgen dat de volken weer eerbied voor mij krijgen. Ik zal ze laten zien dat ik een heilige God ben. Want ik ga jullie weghalen uit de landen waar jullie terechtgekomen zijn. Ik zal jullie bij elkaar brengen, en weer terug laten gaan naar je eigen land. Dan zullen de volken begrijpen dat ik de Heer ben.
  • Maar sommigen van jullie zijn trouw aan de Heer en leven volgens zijn wetten. Zij moeten zich alleen op hem richten, en goed en eenvoudig proberen te leven. Misschien zullen ze dan veilig zijn op de dag van de Heer.
  • Jullie moeten naar mij luisteren. Dat moeten jullie niet alleen beloven, maar ook echt doen. Misschien krijg ik medelijden, en zal ik mijn plan veranderen. Dan zal ik weer iets op het land laten groeien, en dan hebben jullie weer graan en wijn om te offeren.
    Want ik ben een goede God. Ik ben vol liefde en geduld. Ik ben trouw, en ik houd er niet van om mensen te straffen.
  • Maar zo zal het niet blijven. Want de Heer zal zijn geest aan de Israëlieten geven. Dan zal de woestijn weer een tuin vol bomen worden.
  • Voor de troon van God stonden alle mensen die gestorven waren, belangrijke en onbelangrijke mensen. Ze waren teruggehaald uit het land van de dood. Ook de zee had de mensen teruggegeven die verdronken waren.
    Er werden boeken opengedaan waarin de goede en slechte daden van mensen opgeschreven stonden. En alle doden werden beoordeeld op hun daden.
    Ook het boek van het leven werd geopend.
  • God, u bent er altijd geweest.
    U was er eerder dan de bergen,
    al voordat de aarde bestond.
    U was er al voordat alles begon,
    en u zult er altijd zijn.
  • Jezus werd geboren in Betlehem, een stad in Judea. Herodes was op dat moment koning.
    Niet lang na de geboorte van Jezus kwamen er wijze mannen in Jeruzalem aan. Ze kwamen uit het oosten, uit een ver land. Ze vroegen aan de mensen in Jeruzalem: ‘Waar is de koning van de Joden die kortgeleden geboren is? We hebben zijn ster gezien. Die kwam aan de hemel omhoog. En nu zijn we gekomen om de nieuwe koning te eren.’
  • Want jullie mogen nooit vergeten dat ik jullie bevrijd heb. Ik heb ervoor gezorgd dat jullie nooit meer als slaven hoeven te werken. Ik heb mijn macht laten zien en ik heb jullie bevrijd uit de slavernij in Egypte. Daarom wil ik dat jullie je aan de sabbat houden.
  • Gelukkig is het volk dat leeft met de Heer.
    De Heer is hun God,
    hij heeft hen uitgekozen.
  • De Israëlieten zullen wonen rondom mijn heilige berg. Daar zal het goed met hen gaan. Ik zal op tijd regen geven, zodat hun grond vruchtbaar wordt.
  • Mensen die gevallen zijn, helpt hij overeind.
    Hij beschermt vreemdelingen.
    Hij helpt weduwen,
    hij beschermt kinderen zonder vader.
  • Nee, ik wil dat het heel anders gaat! Jullie moeten niet alleen vasten, jullie moeten meer doen. Bevrijd mensen die gevangen zitten, maak hun boeien los. Laat alle slaven vrij. Zorg dat niemand meer onderdrukt wordt.
  • Jullie moeten het heel anders doen. Breng maar eens een tiende deel van jullie oogst naar de tempel, zodat de priesters weer te eten hebben. Dan zullen jullie zien dat ik jullie beloon!
    Dan zal ik weer water uit de hemel laten stromen. Ik zal jullie weer een grote oogst geven.