Petrus antwoordde: "Ik zie dat God inderdaad geen verschil maakt tussen de mensen van verschillende volken. Maar Hij houdt van iedereen die Hem aanbidt en die wil leven zoals Hij het wil." | En Petrus opende zijn mond en zeide: Inderdaad bemerk ik, dat er bij God geen aanneming des persoons is, maar onder elk volk is wie Hem vereert en gerechtigheid werkt, Hem welgevallig. |
Alle profeten hebben over Hem gesproken. Ze zeiden dat iedereen die in Hem gelooft, door Hem vergeving krijgt voor zijn ongehoorzaamheid aan God. | Van Hem getuigen alle profeten, dat een ieder, die in Hem gelooft, vergeving van zonden ontvangt door zijn naam. |
Toen zei Petrus: "Kan iemand er nog bezwaar tegen hebben dat deze mensen gedoopt worden? Ze hebben immers net als wij de Heilige Geest gekregen." | Zou iemand het water kunnen weren, om dezen te dopen, die evenals wij de heilige Geest hebben ontvangen? |