Jullie moeten gaan leven zoals God het wil. Want het Koninkrijk van God zal nu heel gauw komen! | Bekeert u, want het Koninkrijk der hemelen is nabijgekomen. |
Johannes droeg een mantel die van kameelhaar was gemaakt, met een leren gordel om zijn middel. Hij leefde van sprinkhanen en honing van wilde bijen. | Hij nu, Johannes, droeg een kleed van kameelhaar en een lederen gordel om zijn lendenen; en zijn voedsel bestond uit sprinkhanen en wilde honing. |
Jullie moeten niet alleen zéggen dat jullie weer zullen gaan leven zoals God het wil, maar het ook dóen. Anders betekent jullie doop helemaal niets. | Brengt dan vrucht voort, die aan de bekering beantwoordt. |
En een stem uit de hemel zei: "Dit is mijn Zoon. Ik houd heel veel van Hem. Ik geniet van Hem." | En zie, een stem uit de hemelen zeide: Deze is mijn Zoon, de geliefde, in wie Ik mijn welbehagen heb. |