De Heer luistert als mensen om hulp roepen. Hij redt hen uit alle gevaar. De Heer is dicht bij mensen die geen hoop meer hebben, hij helpt mensen die de moed verliezen. | The righteous cry out, and the Lord hears them; he delivers them from all their troubles. The Lord is close to the brokenhearted and saves those who are crushed in spirit. |
De Heer zal zelf met je meegaan. Hij zal je helpen. Hij blijft steeds bij je, hij zal je niet in de steek laten. Je hoeft echt niet bang te zijn. | The Lord himself goes before you and will be with you; he will never leave you nor forsake you. Do not be afraid; do not be discouraged. |
Het echte geluk is voor mensen die verdriet hebben. Want God zal hen troosten. | Blessed are those who mourn, for they will be comforted. |
Vertrouw op hem als het leven zwaar is, want hij zal voor je zorgen. | Cast all your anxiety on him because he cares for you. |
De woede van de Heer duurt kort, maar zijn liefde duurt een leven lang! Ook al val je ’s avonds huilend in slaap, ’s ochtends sta je juichend weer op. | For his anger lasts only a moment, but his favor lasts a lifetime; weeping may stay for the night, but rejoicing comes in the morning. |
Want hoe wijzer je wordt, hoe meer verdriet je hebt. Hoe meer je begrijpt, hoe ongelukkiger je wordt. | For with much wisdom comes much sorrow; the more knowledge, the more grief. |
Heer, u weet wat ik nodig heb, u kent mijn verdriet. | All my longings lie open before you, Lord; my sighing is not hidden from you. |
Ik heb verdriet, maar toch ben ik altijd blij. Ik ben arm, maar ik maak veel mensen rijk. Ik bezit niets, en toch heb ik alles! | Sorrowful, yet always rejoicing; poor, yet making many rich; having nothing, and yet possessing everything. |
Uit de richting van de troon hoorde ik een luide stem, die zei: ‘Nu is God zelf op aarde. Vanaf nu zal hij bij de mensen wonen. De mensen zullen zijn volk zijn, en hij zal hun God zijn. Hij zal al hun tranen drogen. Niemand zal meer sterven, en er zal geen verdriet en geen pijn meer zijn. Want alles van vroeger is verdwenen.’ | And I heard a loud voice from the throne saying, “Look! God’s dwelling place is now among the people, and he will dwell with them. They will be his people, and God himself will be with them and be their God. ‘He will wipe every tear from their eyes. There will be no more death’ or mourning or crying or pain, for the old order of things has passed away.” |
Houd verdriet en zorgen ver bij je vandaan, want je jeugd is snel voorbij. | So then, banish anxiety from your heart and cast off the troubles of your body, for youth and vigor are meaningless. |
Jullie moeten altijd met elkaar meeleven, in vreugde en in verdriet. | Rejoice with those who rejoice; mourn with those who mourn. |
Ze zullen geen honger of dorst meer hebben. Ze zullen geen last hebben van de hete wind en de brandende zon. Want het lam, dat vlak bij Gods troon staat, zal hen beschermen. Het lam brengt hen naar een bron met water dat eeuwig leven geeft. En dan zal God al hun tranen drogen. | ‘Never again will they hunger; never again will they thirst. The sun will not beat down on them,’ nor any scorching heat. For the Lamb at the center of the throne will be their shepherd; ‘he will lead them to springs of living water.’ ‘And God will wipe away every tear from their eyes.’ |
De Heer zegt: ‘Ik wil dat jullie mij weer gehoorzamen. Ga vasten, en laat je verdriet en je tranen aan mij zien.’ | “Even now,” declares the Lord, “return to me with all your heart, with fasting and weeping and mourning.” |
Heer, hoor mijn gebed. Hoor hoe ik om hulp roep, hoor hoe ik huil. Ik ben maar kort op aarde, net zoals mijn voorouders. Ik ben hier niet voor altijd. | Hear my prayer, Lord, listen to my cry for help; do not be deaf to my weeping. I dwell with you as a foreigner, a stranger, as all my ancestors were. |
Toen Job dat hoorde, scheurde hij van verdriet zijn kleren kapot. Hij knipte zijn hoofd helemaal kaal, en liet zich van ellende op de grond vallen. Hij zei: ‘Ik had niets toen ik geboren werd. Ik zal ook niets hebben als ik begraven word. De Heer heeft mij alles gegeven, en de Heer heeft alles weer van mij afgenomen. Toch blijf ik de Heer danken!’ | At this, Job got up and tore his robe and shaved his head. Then he fell to the ground in worship and said: “Naked I came from my mother’s womb, and naked I will depart. The Lord gave and the Lord has taken away; may the name of the Lord be praised.” |
De Heer laat blinden weer zien. Mensen die gevallen zijn, helpt hij overeind. De Heer heeft goede mensen lief. | The Lord gives sight to the blind, the Lord lifts up those who are bowed down, the Lord loves the righteous. |
Jesaja wilde weggaan. Maar al voordat hij het paleis uit was, stuurde de Heer hem terug naar Hizkia, met deze boodschap: ‘Hizkia, jij bent de koning van mijn volk. Ik ben de Heer, de God van je voorvader David. Ik heb je gebed gehoord en ik heb je tranen gezien. Ik zal zorgen dat je beter wordt. Over twee dagen zul je weer naar mijn tempel kunnen gaan.’ | Go back and tell Hezekiah, the ruler of my people, ‘This is what the Lord, the God of your father David, says: I have heard your prayer and seen your tears; I will heal you. On the third day from now you will go up to the temple of the Lord.’ |
Wijze kinderen geven hun ouders vreugde, maar dwaze kinderen doen hun ouders verdriet. | A wise son brings joy to his father, but a foolish son brings grief to his mother. |
De oogst is helemaal verwoest, en ook in de wijngaard is geen werk meer. Want alle druivenplanten en fruitbomen zijn dood, alle vruchten zijn verdwenen. En ook het plezier van de mensen is verdwenen. | The vine is dried up and the fig tree is withered; the pomegranate, the palm and the apple tree— all the trees of the field—are dried up. Surely the people’s joy is withered away. |
Doe de heilige Geest van God geen verdriet. De heilige Geest is in jullie aanwezig, als bewijs dat jullie bij God horen. Daardoor worden jullie gered op de dag dat God de christenen komt bevrijden. | And do not grieve the Holy Spirit of God, with whom you were sealed for the day of redemption. |
Er bestaat inderdaad verdriet waar God blij mee is. Zulk verdriet zorgt ervoor dat mensen hun leven veranderen. Daar krijgen ze geen spijt van. Want het heeft als gevolg dat ze gered worden. Maar het verdriet van slechte mensen brengt niets goeds. Zulk verdriet leidt tot de dood. | Godly sorrow brings repentance that leads to salvation and leaves no regret, but worldly sorrow brings death. |
Overal om mij heen is water. Overal hoor ik water stromen, met veel geweld komt het omlaag. Ik voel me door God verlaten. | Deep calls to deep in the roar of your waterfalls; all your waves and breakers have swept over me. |