Hoe zal Hij, die zelfs zijn eigen Zoon niet gespaard, maar voor ons allen overgegeven heeft, ons met Hem ook niet alle dingen schenken? | God heeft zelfs zijn eigen Zoon aan ons gegeven. Dan zal Hij ons toch zeker ook al het andere geven dat we nodig hebben? |
De Here verlost de ziel van zijn knechten, allen die bij Hem schuilen, zullen niet boeten. | De Heer redt de mensen die Hem dienen. Mensen die op Hem vertrouwen, zullen veilig zijn. |
Of weet gij niet, dat wij allen, die in Christus Jezus gedoopt zijn, in zijn dood gedoopt zijn? | Want toen we in Jezus Christus werden gedoopt, werden we allemaal in zijn dood ondergedompeld. Zijn dood werd ook onze dood. |
Hieraan zullen allen weten, dat gij discipelen van Mij zijt, indien gij liefde hebt onder elkander. | Als jullie veel van elkaar houden, zal iedereen kunnen zien dat jullie mijn leerlingen zijn. |
Want Gij, o Here, zijt goed en gaarne vergevend, rijk in goedertierenheid voor allen die U aanroepen. | Want U bent goed, Heer, en U wil graag vergeven. U bent goed en vriendelijk voor alle mensen die U aanbidden. |
Verblijdt u in de Here te allen tijde! Wederom zal ik zeggen: Verblijdt u! | Wees altijd blij in de Heer! Ik zeg het nóg een keer: wees blij! |
Allen, die Ik liefheb, bestraf Ik en tuchtig Ik; wees dan ijverig en bekeer u. | De mensen van wie Ik houd, voed Ik ook streng op. Wees dus ijverig en ga weer leven zoals Ik het wil. |
Het huwelijk zij in ere bij allen en het bed onbezoedeld, want hoereerders en echtbrekers zal God oordelen. | Denk eraan dat het huwelijk iets heel kostbaars is. Ga hierin dus goed met elkaar om en wees niet ontrouw aan je eigen man of vrouw. Want God zal de mensen straffen die hierin verkeerde dingen doen. |
En terwijl zij baden, werd de plaats, waar zij vergaderd waren, bewogen; en zij werden allen vervuld met de heilige Geest en spraken het woord Gods met vrijmoedigheid. | Terwijl ze zo baden, beefde het huis waar ze waren. En ze werden allemaal vol van de Heilige Geest. En vol geloof en zonder vrees vertelden ze het woord van God aan de mensen. |
Laten wij dus, daar wij de gelegenheid hebben, doen wat goed is voor allen, maar inzonderheid voor onze geloofsgenoten. | Daarom moeten we, wanneer we de kans hebben, voor iedereen goed zijn. Maar vooral voor de mensen die bij Gods gezin horen. |
Doch allen, die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven om kinderen Gods te worden, hun, die in zijn naam geloven. | Maar aan alle mensen die wél in Hem geloven, heeft Hij het recht gegeven om kinderen van God te worden. Ze worden opnieuw geboren. |
De vreze des Heren is het begin der wijsheid, een goed inzicht hebben allen die ze betrachten. Zijn lof houdt eeuwig stand. | Als je wijs wil worden, heb dan ontzag voor de Heer. Dat is het begin van alle wijsheid. De Heer moet voor eeuwig geprezen worden. |
En Hij zeide tot hen: Een ieder, die dit kind ontvangt in mijn naam, ontvangt Mij: en een ieder, die Mij ontvangt, ontvangt Hem, die Mij gezonden heeft. Want wie onder u allen de minste is, die is groot. | Als je gastvrij bent voor een kind omdat je Mij gelooft, ben je eigenlijk gastvrij voor Mij. En als je gastvrij bent voor Mij, ben je ook gastvrij voor Hem die Mij heeft gestuurd. Want als je jezelf onbelangrijk vindt en een ander dient, ben je het belangrijkst. |
Deze allen bleven eendrachtig volharden in het gebed, met enige vrouwen en Maria, de moeder van Jezus, en met zijn broeders. | Ze bleven eensgezind met elkaar bidden, samen met een paar vrouwen. Ook Jezus' moeder Maria en Jezus' broers waren daar. |
En toen de Pinksterdag aanbrak, waren allen tezamen bijeen. En eensklaps kwam er uit de hemel een geluid als van een geweldige windvlaag en vulde het gehele huis, waar zij gezeten waren. | Op het Pinksterfeest waren ze allemaal bij elkaar. Plotseling was er een geluid alsof er een stormwind door het hele huis waaide. |
Thans is echter buiten de wet om gerechtigheid Gods openbaar geworden, waarvan de wet en de profeten getuigen, en wel gerechtigheid Gods door het geloof in Jezus Christus, voor allen, die geloven; want er is geen onderscheid. | Nu heeft God een manier gegeven om de mensen vrij te spreken van hun schuld. Maar buiten de wet om. In de wet van Mozes en in de boeken van de profeten wordt daar al over gesproken. Iedereen kan nu vrijgesproken worden, door te geloven in Jezus Christus. Het maakt voor God niet uit wie of wat je bent. |
En Hij nam een beker, sprak de dankzegging uit en gaf hun die en zeide: Drinkt allen daaruit. Want dit is het bloed van mijn verbond, dat voor velen vergoten wordt tot vergeving van zonden. | Toen nam Hij de beker met wijn. Hij dankte God ervoor en gaf hem aan de leerlingen. Hij zei: "Drink hier allemaal van. Deze wijn is mijn bloed waarmee God een nieuw verbond sluit met de mensen. Mijn bloed wordt uitgegoten om de mensen te kunnen vergeven dat ze ongehoorzaam zijn aan God." |
Doch ik vermaan u, broeders, bij de naam van onze Here Jezus Christus: weest allen eenstemmig en laten er geen scheuringen onder u zijn; weest vast aaneengesloten, één van zin en één van gevoelen. | Ik moedig jullie aan, broeders en zusters, om één te zijn met elkaar. Dat zeg ik jullie namens onze Heer Jezus Christus. Zorg ervoor dat jullie geen ruzie met elkaar maken. Wees één en streef naar hetzelfde doel. |
En u doe de Here toenemen en overvloedig worden in de liefde tot elkander en tot allen – zoals ook wij gezind zijn jegens u. | Ik bid ook dat de Heer jullie zal helpen om steeds meer van elkaar en van de andere mensen te houden. Net zoals ik steeds meer van jullie ga houden. |
Betaalt aan allen het verschuldigde, belasting aan wie belasting, tol aan wie tol, ontzag aan wie ontzag, eerbetoon aan wie eer toekomt. | Geef daarom aan iedereen waar hij recht op heeft. Betaal belasting aan de mensen aan wie je belasting moet betalen. Betaal tol aan de mensen aan wie je tol moet betalen. Geef respect aan de mensen die je moet respecteren en geef eer aan de mensen die je moet eren. |
En wij allen, die met een aangezicht, waarop geen bedekking meer is, de heerlijkheid des Heren weerspiegelen, veranderen naar hetzelfde beeld van heerlijkheid tot heerlijkheid, immers door de Here, die Geest is. | En op ons gezicht is het licht van de macht en majesteit van de Heer te zien. Want er is geen 'doek' over ons gezicht. We zijn als spiegels die steeds meer de stralende macht en majesteit van de Heer weerspiegelen. Want we gaan steeds meer op Christus lijken. Dat gebeurt door de Geest van de Heer. |
Want allen hebben gezondigd en derven de heerlijkheid Gods, en worden om niet gerechtvaardigd uit zijn genade, door de verlossing in Christus Jezus. | Want álle mensen zijn ongehoorzaam aan God. Daardoor moeten álle mensen leven zonder de heerlijke aanwezigheid van God in hun leven. Maar door Gods liefdevolle goedheid worden ze vrijgesproken van hun schuld. Niet omdat ze dat verdienen, maar dankzij Jezus Christus. |
Want wij struikelen allen in velerlei opzicht; wie in zijn spreken niet struikelt, is een volmaakt man, in staat zelfs zijn gehele lichaam in toom te houden. | En we maken allemaal veel fouten. Iemand die nooit iets verkeerds zegt, is een volmaakt mens, die zichzelf helemaal in de hand heeft. |
En er vertoonden zich aan hen tongen als van vuur, die zich verdeelden, en het zette zich op ieder van hen; en zij werden allen vervuld met de heilige Geest en begonnen met andere tongen te spreken, zoals de Geest het hun gaf uit te spreken. | En er waren een soort van vuurvlammen te zien. Dat vuur verdeelde zich en kwam op hen allemaal. En ze werden allemaal vol van de Heilige Geest en begonnen allemaal in andere talen te spreken. Het waren talen die Gods Geest hun gaf. |
Wij behoren God te allen tijde om u te danken, broeders, zoals gepast is, omdat uw geloof zeer toeneemt en uw aller liefde jegens elkander sterker wordt. | Wij danken God altijd voor jullie, broeders en zusters. We danken Hem omdat jullie geloof snel groeit en omdat jullie liefde voor elkaar steeds sterker wordt. |