Zie uit naar de HEER en zijn macht, zoek voortdurend zijn nabijheid. | Vraag altijd hulp aan de Heer, hij is machtig. Blijf steeds dicht bij hem. |
De HEER wil ik prijzen, elk uur van de dag, mijn mond is altijd vol van zijn lof. | Altijd wil ik de Heer danken, elke dag zing ik een lied voor hem. |
Zie uit naar de HEER en zijn macht, zoek voortdurend zijn nabijheid. | Vraag altijd hulp aan de Heer, hij is machtig. Blijf steeds dicht bij hem. |
Steeds houd ik de HEER voor ogen, met Hem aan mijn zijde wankel ik niet. | Steeds denk ik aan u, Heer. U bent altijd bij me, er kan met mij niets ergs gebeuren. |
U, HEER, U weigert mij uw ontferming niet, uw liefde en uw trouw zullen mij steeds bewaren. | Heer, u zult bij mij zijn met uw liefde, uw liefde en uw trouw zullen mij altijd beschermen. |
Maar zou een vrouw haar zuigeling vergeten, zich niet ontfermen over het kind dat zij droeg? Zelfs al zou zij het vergeten, Ik vergeet jou nooit. Ik heb je in mijn handpalmen gegrift, je muren staan Mij steeds voor ogen. | Maar de Heer zegt: ‘Jeruzalem, ik heb je naam in mijn hart bewaard. Ik zal altijd aan je denken. Een moeder zorgt toch ook goed voor het kind dat ze in haar buik gedragen heeft? Ze vergeet haar kind nooit. En zelfs al zou een moeder haar kind vergeten, ik zal jou nooit vergeten!’ |
Eer de HEER met al je rijkdom, met het beste van de oogst. | Je moet offers aan de Heer brengen, en hem het beste van je oogst geven. |
Heb elkaar vóór alles innig lief, want liefde bedekt tal van zonden. | Het allerbelangrijkste is nu dat jullie veel van elkaar houden. Want door liefde kun je elkaar veel fouten vergeven. |
Onderwerp u dus nederig aan Gods grote macht, dan zal Hij u op de bestemde tijd verheffen. | Maak jezelf dus onbelangrijk, en vertrouw op Gods macht. Dan zal hij je in de toekomst belangrijk maken. |
Want de Heer heeft ons het volgende opgedragen: “Ik heb je bestemd tot een licht voor alle volken, om redding te brengen tot aan de uiteinden van de aarde.” | Want in de heilige boeken zegt God tegen ons: «Ik heb jullie uitgekozen om een redder te zijn voor alle volken. Jullie moeten overal op aarde redding brengen.» |
Wij weten: er is één God, de Vader, uit wie alles is ontstaan en voor wie wij zijn bestemd, en één Heer, Jezus Christus, door wie alles bestaat en door wie wij leven. | Wij kennen maar één God. Hij is onze Vader. Hij heeft alles gemaakt, en wij bestaan om hem te dienen. Wij kennen ook maar één Heer, namelijk Jezus Christus. Alles bestaat dankzij hem, en ook wij bestaan dankzij hem. |
Maar het is zoals geschreven staat: ‘Wat het oog niet heeft gezien en het oor niet heeft gehoord, wat in geen mensenhart is opgekomen, dat heeft God bestemd voor wie Hem liefheeft.’ | Het staat al in de heilige boeken: «Geen mens kent Gods wijze plan, geen mens heeft het bedacht of begrepen. Maar God heeft zijn plan bekendgemaakt aan de mensen die van hem houden. Zo wilde God het.» |