Wat is het leven goed en mooi als mensen in liefde met elkaar leven! | Zie, hoe goed en hoe lieflijk is het dat broeders ook eensgezind samenwonen. |
Dank de Heer, want hij is goed. Zijn liefde blijft altijd bestaan. | Loof de HEERE, want Hij is goed, want Zijn goedertierenheid is voor eeuwig. |
Beste vriend, ik hoop dat alles goed met je gaat, en dat je gezond bent. Ik weet dat het in ieder geval goed gaat met je geloof. | Geliefde, ik wens dat het u in alles goed gaat en dat u gezond bent, zoals het uw ziel goed gaat. |
U bent goed en vol liefde, u vergeeft mensen die tot u bidden. | U, Heere, bent immers goed, mild om te vergeven en rijk aan goedertierenheid voor allen die U aanroepen. |
Gelukkig zijn mensen die bescherming zoeken bij de Heer. Zij zullen zien hoe goed hij is. | Proef en zie dat de HEERE goed is; welzalig de man die tot Hem de toevlucht neemt. |
De Heer is goed. Als er gevaar is, is het bij hem veilig. Hij zorgt voor de mensen die bij hem bescherming zoeken. | De HEERE is goed, Hij is tot een vesting op de dag van de benauwdheid. Hij kent hen die tot Hem hun toevlucht nemen. |
En stel dat je alleen goed bent voor de mensen die goed zijn voor jou. Verdien je dan een beloning? Nee, want slechte mensen doen hetzelfde. | En als u goeddoet aan hen die u goeddoen, wat voor dank komt u daarvoor toe? Immers, ook de zondaars doen hetzelfde. |
Daarna dacht God, de Heer: Het is niet goed dat de mens alleen is. Ik zal iemand maken die bij hem past. | Ook zei de HEERE God: Het is niet goed dat de mens alleen is; Ik zal een hulp voor hem maken als iemand tegenover hem. |
Leer hoe je goed moet doen, en zorg dat er eerlijk rechtgesproken wordt. Geef slechte leiders geen kans. Help weduwen, en bescherm kinderen zonder vader. | Leer goed te doen, zoek het recht! Help de verdrukte, doe de wees recht, bepleit de rechtszaak van de weduwe! |
Het gaat goed met mensen die geld weggeven en daar niets voor terugvragen. Het gaat goed met mensen die eerlijk zakendoen. | Goed gaat het een man die zich ontfermt en uitleent, hij behartigt zijn zaken volgens het recht. |
De Heer is goed en eerlijk, hij leert slechte mensen om goed te leven. Hij wijst ook de goede weg aan mensen die op hem vertrouwen. Hij zegt hun wat ze moeten doen. | Goed en waarachtig is de HEERE, daarom onderwijst Hij zondaars in de weg. Hij leidt zachtmoedigen in het recht, Hij leert zachtmoedigen Zijn weg. |
Ellende maakt mensen verdrietig, maar vriendelijke woorden maken hen gelukkig. | Bezorgdheid in iemands hart drukt het terneer, maar een goed woord verblijdt het. |
Luister goed! Als je luistert naar mijn wijze lessen, leer je wat goed en eerlijk is. Dan zul je altijd doen wat goed is. | Dan zul je gerechtigheid en recht begrijpen, en billijkheid, op elk goed spoor. |
Het is fijn als iemand precies het goede zegt. Goede woorden op het juiste moment zijn geweldig! | Een man heeft blijdschap in het antwoord van zijn mond, en hoe goed is een woord op zijn tijd! |
Als je goed luistert, zul je een goed leven hebben. Als je op de Heer vertrouwt, zul je gelukkig zijn. | Wie verstandig omgaat met het woord, zal het goede vinden, en wie op de HEERE vertrouwt: welzalig is hij. |
Leeuwen kunnen doodgaan van de honger, maar mensen die hulp vragen aan de Heer, zullen altijd genoeg te eten hebben. | Jonge leeuwen lijden armoede en honger, maar wie de HEERE zoeken, hebben geen gebrek aan enig goed. |
Mensen die wijs willen zijn, moeten luisteren naar de Heer. Mensen die zich houden aan zijn wetten, zijn verstandig. Altijd zullen mensen de Heer danken. | De vreze des HEEREN is het beginsel van wijsheid, allen die ernaar handelen, hebben een goed inzicht; Zijn lof houdt voor eeuwig stand. |
Laten we daarom steeds het goede blijven doen, en volhouden tot de dag dat Christus terugkomt. | En laten wij niet moe worden goed te doen, want te zijner tijd zullen wij oogsten, als wij het niet opgeven. |
Stel dat je gelooft dat onze God de enige God is. Dat is natuurlijk goed, maar dat is niet genoeg. Want dat geloven de kwade geesten ook! Daarom zijn ze zo vreselijk bang voor God. | U gelooft dat God één is; daar doet u goed aan. Maar ook de demonen geloven dit, en zij sidderen. |
Maar de Heer heeft jullie al verteld wat hij van jullie verlangt. Hij heeft al bekendgemaakt wat goed is. Hij vraagt alleen dit: Wees eerlijk, rechtvaardig en trouw. En denk niet alleen aan jezelf, maar leef dicht bij God. | Hij heeft u, mens, bekendgemaakt wat goed is. En wat vraagt de HEERE van u anders dan recht te doen, goedertierenheid lief te hebben en ootmoedig te wandelen met uw God. |
Eén ding weet ik heel zeker: God maakt nieuwe mensen van jullie. Hij is daar al mee begonnen, en op de dag dat Jezus Christus terugkomt, zullen jullie volmaakt zijn. | Ik vertrouw erop dat Hij Die in u een goed werk begonnen is, dat voltooien zal tot op de dag van Jezus Christus. |
Een mens is veel belangrijker dan een schaap. Je mag op sabbat dus iets goeds doen. | Hoeveel gaat niet een mens een schaap te boven! Daarom is het geoorloofd op de sabbatdagen goed te doen. |
God heeft de macht om jullie al het goede te schenken. Hij kan jullie alles geven wat je nodig hebt. Zelfs zo veel dat jullie altijd meer dan genoeg hebben, en veel overhouden om andere mensen te steunen. | En God is bij machte elke vorm van genade overvloedig te maken in u, zodat u, wanneer u in alles altijd al het nodige bezit, overvloedig kunt zijn in elk goed werk. |
Als iemand rijk wordt, willen steeds meer mensen iets van hem hebben. En degene die rijk is, kan alleen maar toekijken. Hij heeft niets meer aan zijn bezit. | Waar het goed vermeerdert, vermeerderen zij die het opeten. Welk voordeel hebben dan de bezitters ervan, behalve dat hun ogen ernaar kunnen kijken? |
Hadden ze altijd maar zo veel eerbied voor mij! Waren ze altijd maar zo gehoorzaam! Dan zou het altijd goed met hen gaan, en ook met hun kinderen. | Och, hadden zij maar zo'n hart, om Mij te vrezen en Mijn geboden alle dagen in acht te nemen, opdat het hun en hun kinderen voor eeuwig goed zou gaan! |