Hij heeft zijn leven voor ons gegeven om ons te bevrijden van het kwaad. Zo heeft Hij van ons een zuiver volk gemaakt. En dat volk is zijn eigendom. Het is de bedoeling dat dat volk zijn best doet om het goede te doen. | Hij heeft Zichzelf voor ons gegeven, opdat Hij ons zou vrijkopen van alle wetteloosheid en voor Zichzelf een eigen volk zou reinigen, ijverig in goede werken. |
Jezus zei: "Het Koninkrijk van God komt bijna. Nu is het de tijd. Ga dus leven zoals God het wil en geloof het goede nieuws." | De tijd is vervuld en het Koninkrijk van God is nabijgekomen; bekeer u en geloof het Evangelie. |
Ouders zijn blij met een goede zoon. Ze verheugen zich over zijn wijsheid. | De vader van een rechtvaardige zal zich buitengewoon verheugen, wie een wijze zoon verwekt heeft, zal zich over hem verblijden. |
We moeten allemaal proberen om het beste voor de anderen te zoeken en hun geloof op te bouwen. | Laat daarom ieder van ons zijn naaste behagen ten goede, tot opbouw. |
Zorg dat je altijd op de goede weg blijft en dat je altijd te vertrouwen bent. | Baan het spoor voor je voet, en laten al je wegen vaststaan. |
Als je naar goede raad luistert, ben je op de weg die naar het leven leidt. Maar als je iemand geen goede raad wil geven, ben je mede schuldig als het verkeerd met hem afloopt. | Het pad ten leven is voor hem die vermaning in acht neemt, maar wie bestraffing achter zich laat, doet dwalen. |
Mijn zoon, luister naar de goede raad van je ouders. Doe iets met hun wijze lessen. | Mijn zoon, neem het gebod van je vader in acht en veronachtzaam het onderricht van je moeder niet. |
Zorg ervoor dat ik altijd het goede doe. Laat het kwaad geen macht over me krijgen. | Laat mijn voetstappen vaststaan in Uw woord, laat geen enkel onrecht over mij heersen. |
Goede mensen kunnen blijdschap verwachten. Maar waar slechte mensen naar verlangen, gebeurt nooit. | De verwachting van de rechtvaardigen is blijdschap, maar de hoop van de goddelozen zal vergaan. |
Voor goede mensen zal God goed zijn. Maar de woorden van slechte mensen zijn een bron van ellende. | Zegeningen rusten er op het hoofd van de rechtvaardige, maar geweld overdekt de mond van de goddelozen. |
Dit zegt de Heer: "Mijn volk, sta eens even stil op de weg die je gaat. Vraag eens naar de goede weg, de weg die je vroeger ging. Want als je die weg weer kiest, zal het weer goed met je gaan. Dan zul je weer vrede hebben. Maar jullie zeggen: 'Wij willen die weg niet.'" | Zo zegt de HEERE: Ga staan op de wegen, en zie, vraag naar de aloude paden, waar toch de goede weg is, en bewandel die. Dan zult u rust vinden voor uw ziel. Maar zij zeggen: Wij bewandelen die niet. |
Sommige mensen willen altijd maar méér hebben. Maar goede mensen zijn gul en delen uit van wat ze hebben. | De hele dag is hij belust op begerenswaardige zaken, maar een rechtvaardige geeft en houdt niets achter. |
Aan goede mensen denken de anderen met dankbaarheid terug. Maar slechte mensen zijn al snel vergeten. | De herinnering aan de rechtvaardige is tot zegen, maar de naam van goddelozen zal wegteren. |
Soms denk je dat je op de goede weg bent, terwijl die weg uiteindelijk bij de dood uitkomt. | Er is soms een weg die iemand recht schijnt, maar het einde ervan zijn wegen van de dood. |
Want de mensen die dorst hadden, heeft Hij te drinken gegeven. En de mensen die honger hadden, heeft Hij meer dan genoeg te eten gegeven. | Want Hij heeft de dorstige ziel verzadigd en de hongerige ziel met het goede vervuld. |
En het goede nieuws van het Koninkrijk moet aan de hele wereld worden verteld. Alle volken moeten weten wat Ik heb gedaan. Pas dan zal het einde komen. | En dit Evangelie van het Koninkrijk zal in heel de wereld gepredikt worden tot een getuigenis voor alle volken; en dan zal het einde komen. |
Leid mij en help me het goede te doen. Want U bent de God die mij redt. Ik vertrouw de hele dag op U. | Leid mij in Uw waarheid en leer mij, want U bent de God van mijn heil; U verwacht ik de hele dag. |
Want er staat in de Boeken: "Als je van het leven houdt en gelukkig wil zijn, zorg er dan voor dat je geen slechte dingen zegt en dat je nooit liegt. Blijf bij het kwaad vandaan en doe wat goed is. Doe je best om de vrede te bewaren en om vrede te brengen." | Want wie het leven wil liefhebben en goede dagen zien, die moet zijn tong weerhouden van het kwaad, en zijn lippen van het spreken van bedrog; die moet zich afkeren van het kwaad en het goede doen; die moet vrede zoeken en die najagen. |
De woorden van een slecht mens storten andere mensen in het ongeluk. Maar goede mensen worden door hun wijsheid gered. | De huichelaar richt zijn naaste met zijn mond te gronde, maar door kennis worden de rechtvaardigen gered. |
Een dwaas luistert niet naar de goede raad van zijn vader. Maar een verstandig mens doet er iets mee. | Een dwaas verwerpt de vermaning van zijn vader, maar wie de bestraffing in acht neemt, is schrander. |
Plannen mislukken als er niet goed over nagedacht wordt. Maar goede plannen ontstaan door aan veel raadgevers om raad te vragen. | Plannen falen, als er geen overleg is, maar door een veelheid van raadgevers komt het nodige tot stand. |
U wijst me de weg naar het leven. Het is heerlijk om dicht bij U te zijn. U bent voor altijd een goede God! | U maakt mij het pad ten leven bekend; overvloed van blijdschap is bij Uw aangezicht, lieflijkheden zijn in Uw rechterhand, voor altijd. |
Ik ben niet gekomen om goede mensen te roepen, maar om slechte mensen te zeggen dat ze moeten gaan leven zoals God het wil. | Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen tot bekering te roepen, maar zondaars. |
Maar ik heb ook iets goeds ontdekt. In de korte tijd die God je heeft gegeven om te leven, is het fijn om te eten en te drinken en te genieten van de goede dingen waarvoor je zo hard hebt gewerkt en gezwoegd onder de zon. Daar heb je recht op. | Zie, wat ik gezien heb: een goede zaak die voortreffelijk is, namelijk te eten en te drinken en het goede te genieten bij al zijn zwoegen waarmee hij zwoegt onder de zon tijdens het getal van zijn levensdagen, die God hem gegeven heeft, want dat is zijn deel. |
Als je leeft zoals God het wil, zal het goed met je gaan. Het is heerlijk voor je als je op de Heer vertrouwt. | Wie verstandig omgaat met het woord, zal het goede vinden, en wie op de HEERE vertrouwt: welzalig is hij. |