Bijbelteksten over 'Ogen'
Ik heb een verbond gesloten met mijn ogen; hoe kan ik dan begerig naar een jonge vrouw kijken? | Ik had met mijn ogen een verbond gesloten, hoe zou ik dan een maagd hebben aangezien? |
Laten je ogen recht vooruitkijken en je oogleden zich recht vóór je houden. | Laten uw ogen voorwaarts blikken en uw oogopslag rechtuit zijn. |
Al zijn wegen zijn iemand recht in zijn eigen ogen, maar de HEERE toetst de harten. | Elke weg van een mens is recht in zijn ogen, maar de Here beproeft de harten. |
Ik stel mij de HEERE voortdurend voor ogen; omdat Hij aan mijn rechterhand is, wankel ik niet. | Ik stel mij de Here bestendig voor ogen; omdat Hij aan mijn rechterhand staat, wankel ik niet. |
Ik heb de weg van de waarheid gekozen, Uw bepalingen heb ik mij voor ogen gesteld. | Ik verkies de weg der waarheid, Ik stel uw verordeningen voor mij. |
Was u, reinig u! Doe uw slechte daden van voor Mijn ogen weg! Houd op met kwaad doen. | Wast u, reinigt u, doet uw boze daden uit mijn ogen weg; houdt op kwaad te doen. |
De ogen van de HEERE rusten op de rechtvaardigen, Zijn oren zijn gericht op hun hulpgeroep. | De ogen des Heren zijn op de rechtvaardigen, en zijn oren tot hun hulpgeroep. |
Want duizend jaren zijn in Uw ogen als de dag van gisteren, wanneer die voorbijgegaan is, of als een wake in de nacht. | Want duizend jaren zijn in uw ogen als de dag van gisteren, wanneer hij voorbijgegaan is, en als een nachtwake. |
De bevelen van de HEERE zijn recht, zij verblijden het hart; het gebod van de HEERE is zuiver, het verlicht de ogen. | De bevelen des Heren zijn waarachtig, zij verheugen het hart; het gebod des Heren is louter, het verlicht de ogen. |
En nadat Hij dit gezegd had, werd Hij opgenomen terwijl zij het zagen, en een wolk onttrok Hem aan hun ogen. | En nadat Hij dit gesproken had, werd Hij opgenomen, terwijl zij het zagen, en een wolk onttrok Hem aan hun ogen. |
Ik sla mijn ogen op naar de bergen, vanwaar mijn hulp komen zal. Mijn hulp is van de HEERE, Die hemel en aarde gemaakt heeft. | Ik hef mijn ogen op naar de bergen: vanwaar zal mijn hulp komen? Mijn hulp is van de Here, die hemel en aarde gemaakt heeft. |
De HEERE opent de ogen van de blinden. De HEERE richt de gebogenen op, de HEERE heeft de rechtvaardigen lief. | De Here maakt de blinden ziende, de Here richt de gebogenen op, de Here heeft de rechtvaardigen lief. |
Mijn zoon, sla acht op mijn woorden, neig je oor tot wat ik zeg. Laat ze niet wijken van je ogen, bewaar ze in het binnenste van je hart. | Mijn zoon, sla acht op mijn woorden, neig uw oor tot mijn uitspraken; laat ze niet wijken uit uw ogen, bewaar ze diep in uw hart. |
Toen werden de ogen van beiden geopend en zij merkten dat zij naakt waren. Zij vlochten vijgenbladeren samen en maakten voor zichzelf schorten. | Toen werden hun beider ogen geopend, en zij bemerkten, dat zij naakt waren; zij hechtten vijgebladeren aaneen en maakten zich schorten. |
Sinds u kostbaar bent in Mijn ogen, bent u verheerlijkt en heb Ík u liefgehad. Daarom heb Ik mensen gegeven in uw plaats en volken in plaats van uw ziel. | Omdat gij kostbaar zijt in mijn ogen en hooggeschat en Ik u liefheb, geef Ik mensen voor u in de plaats en natiën in ruil voor uw leven. |
Maar als uw broeder tegen u gezondigd heeft, ga naar hem toe en wijs hem terecht tussen u en hem alleen; als hij naar u luistert, hebt u uw broeder gewonnen. | Indien uw broeder zondigt, ga heen, bestraf hem onder vier ogen. |
Wees niet wijs in je eigen ogen: vrees de HEERE en keer je af van het kwade. Het zal een medicijn zijn voor je navel en verfrissing voor je beenderen. | Wees niet wijs in eigen ogen, vrees de Here en wijk van het kwaad; het zal medicijn wezen voor uw vlees, en lafenis voor uw gebeente. |
Zij zullen geen honger of dorst meer hebben, en geen zonnesteek of enige hitte zal hen treffen. Want het Lam, Dat in het midden van de troon is, zal hen weiden en zal hen geleiden naar de levende waterbronnen. En God zal alle tranen van hun ogen afwissen. | Zij zullen niet meer hongeren en niet meer dorsten, ook zal de zon niet op hen vallen, noch enige hitte, want het Lam, dat in het midden van de troon is, zal hen weiden en hen voeren naar waterbronnen des levens; en God zal alle tranen van hun ogen afwissen. |
Want al wat in de wereld is: de begeerte van het vlees, de begeerte van de ogen en de hoogmoed van het leven, is niet uit de Vader, maar is uit de wereld. | Want al wat in de wereld is: de begeerte des vlezes, de begeerte der ogen en een hovaardig leven, is niet uit de Vader, maar uit de wereld. |
Namelijk verlichte ogen van uw verstand, om te weten wat de hoop van Zijn roeping is, en wat de rijkdom is van de heerlijkheid van Zijn erfenis in de heiligen. | Verlichte ogen uws harten, zodat gij weet, welke hoop zijn roeping wekt, hoe rijk de heerlijkheid is zijner erfenis bij de heiligen. |
Want de ogen van de Heere rusten op de rechtvaardigen, en Zijn oren zijn gericht op hun gebed; maar het aangezicht van de Heere is tegen hen die kwaad doen. | Want de ogen des Heren zijn op de rechtvaardigen, en zijn oren tot hun smeking, maar het aangezicht des Heren is tegen hen, die het kwade doen. |
En de tollenaar bleef op een afstand staan en wilde ook zelfs zijn ogen niet naar de hemel opheffen, maar sloeg op zijn borst en zei: O God, wees mij, de zondaar, genadig. | De tollenaar stond van verre en wilde zelfs zijn ogen niet opheffen naar de hemel, maar hij sloeg zich op de borst en zeide: O God, wees mij, zondaar, genadig! |
Mogen goedertierenheid en trouw jou niet verlaten. Bind ze om je hals, schrijf ze op de tafel van je hart, vind gunst en goed verstand in de ogen van God en mens. | Dat liefde en trouw u niet verlaten! Bind ze om uw hals, schrijf ze op de tafel van uw hart, dan zult gij genegenheid en goedkeuring verwerven in de ogen van God en mensen. |
Die zal voor u aan de kwastjes zitten, opdat u, wanneer u hem ziet, aan al de geboden van de HEERE denkt en die doet, zodat u niet uw eigen hart en uw eigen ogen zult onderzoeken, waar u als in hoererij achteraan gaat. | Dat zal u dan tot een gedenkkwast zijn; als gij daarnaar ziet, dan zult gij al de geboden des Heren gedenken en die volbrengen zonder uw hart of uw ogen te volgen, dat gij u daardoor tot overspel zoudt laten verleiden. |
Zo zal Ik Mijn grootheid tonen en Mij heiligen en voor de ogen van vele heidenvolken bekend worden. Dan zullen zij weten dat Ik de HEERE ben. | Ik zal Mij groot en heilig betonen en Mij doen kennen ten aanschouwen van vele volken; en zij zullen weten, dat Ik de Here ben. |
Gerelateerde onderwerpen
Rechtvaardigheid
Wie gerechtigheid en goedertierenheid...
Zonde
Of weet u niet...
Luisteren
Zo dan, mijn geliefde...
Begeerte
Maar ik zeg: Wandel...
Begrijpen
Roep tot Mij, en...
Wet
Deze woorden, die ik...
Bijbeltekst van de dag
En dit Evangelie van het Koninkrijk zal in heel de wereld gepredikt worden tot een getuigenis voor alle volken; en dan zal het einde komen.Willekeurige Bijbeltekst
Zie, hoe goed en hoe lieflijk is hetdat broeders ook eensgezind samenwonen.Volgende tekst!Met afbeelding