Bijbelteksten over 'Rechtvaardigen'
- Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen tot inkeer op te roepen, maar zondaars.
- Het oog van de HEER rust op de rechtvaardigen,
zijn oor luistert naar hun hulpgeroep. - De HEER opent de ogen van blinden,
de HEER richt de gebogenen op,
de HEER heeft de rechtvaardigen lief. - U zegent de rechtvaardigen, HEER,
als een schild beschut hen uw genade. - Want het oog van de Heer rust op de rechtvaardigen
en zijn oor luistert naar hun hulpgeroep,
maar Hij keert zich tegen wie kwaad doen. - Overdenk eens goed wat dit wil zeggen: “Barmhartigheid wil Ik, geen offers.” Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen te roepen, maar zondaars.
- Ik zeg u: zo zal er in de hemel meer vreugde zijn over één zondaar die tot inkeer komt dan over negenennegentig rechtvaardigen die geen inkeer nodig hebben.
- Zoals door de ongehoorzaamheid van één mens alle mensen zondaars werden, zo zullen door de gehoorzaamheid van één mens alle mensen rechtvaardigen worden.
- Beter het weinige dat een rechtvaardige heeft
dan de rijkdom van talloze zondaars.
De macht van de zondaars wordt gebroken,
maar de HEER zal de rechtvaardigen steunen. - De HEER hoort de kreten van de rechtvaardigen,
Hij bevrijdt hen uit de nood.
Gebroken mensen is de HEER nabij,
Hij redt wie zwaar wordt getroffen. - Een rechtvaardige heeft vreugde te verwachten,
een goddeloze hoeft op niets te hopen. - Een huichelaar richt met zijn woorden anderen te gronde,
een rechtvaardige wordt door inzicht gered. - Wie inzicht heeft doorgrondt deze woorden, wie wijs is neemt ze ter harte. Want de wegen van de HEER zijn recht: wie rechtvaardig is verlaat ze niet, maar wie zich verzet komt ten val.
- De uitspraken van een rechtvaardige zijn als zuiver zilver,
de gedachten van een goddeloze zijn niets waard. - Een rechtvaardige wordt rijk gezegend,
de woorden van een goddeloze verhullen geweld. - De herinnering aan een rechtvaardige strekt tot zegen,
de naam van goddelozen vergaat. - De Heer blijkt dus vromen uit de beproeving te kunnen redden en onrechtvaardigen gevangen te kunnen houden tot de dag van het oordeel, om hen dan te straffen.