Verlang niet naar iets dat van een ander is. Blijf af van zijn huis, zijn vrouw, zijn slaaf of slavin, zijn koe of zijn ezel, en van al zijn bezit. | U zult niet begeren het huis van uw naaste. U zult niet begeren de vrouw van uw naaste, noch zijn dienaar, noch zijn dienares, noch zijn rund, noch zijn ezel, noch iets wat van uw naaste is. |
U bent sterk en machtig, u beschermt mensen tegen gevaar. Ga met mij mee en leid mij. | Want U bent mijn rots en mijn burcht! Wijs mij dan de weg en leid mij zachtjes, omwille van Uw Naam. |
U bent machtig, help ons en red ons. U bent onze God, red ons en vergeef ons! | Help ons, o God van ons heil, omwille van de eer van Uw Naam; red ons en doe verzoening over onze zonden, omwille van Uw Naam. |
Ik vraag God of hij jullie inzicht wil geven. Dan zullen jullie begrijpen dat jullie door hem uitgekozen zijn om gered te worden. Dat jullie allemaal bij hem horen omdat jullie christenen zijn, en hoe geweldig dat is. | Namelijk verlichte ogen van uw verstand, om te weten wat de hoop van Zijn roeping is, en wat de rijkdom is van de heerlijkheid van Zijn erfenis in de heiligen. |
Heer, u hebt mij beschermd en gered. U steunde mij met uw sterke handen. U was bij me, en dat gaf me kracht. U maakte voor mij de weg vrij, zo kon ik verdergaan. | Ook hebt U mij het schild van Uw heil gegeven, Uw rechterhand heeft mij ondersteund, Uw zachtmoedigheid heeft mij groot gemaakt. U hebt mijn voetstappen onder mij ruimte gegeven, mijn enkels hebben niet gewankeld. |
Vrouwen, jullie schoonheid wordt niet bepaald door je uiterlijk. Schoonheid hangt niet af van een vlecht in je haar, een mooie jurk of een gouden sieraad. Het gaat om je hart en hoe je van binnen bent. Dat vindt God belangrijk. Wees dus vriendelijk en bescheiden, dan heb je een schoonheid die nooit zal verdwijnen. | Uw sieraad moet niet bestaan in iets uiterlijks: het vlechten van het haar, het dragen van gouden sieraden of het aantrekken van mooie kleren; maar uw sieraad moet zijn de verborgen mens van het hart, met het onvergankelijke sieraad van een zachtmoedige en stille geest, die kostbaar is voor God. |
Pas op voor verkeerde ideeën, en blijf geloven in het goede nieuws. Wees sterk en houd moed. | Wees waakzaam, sta vast in het geloof, wees manmoedig, wees sterk. |
Gods nieuwe wereld is dichtbij. Geloof dat goede nieuws! Dit is het moment om je leven te veranderen. | De tijd is vervuld en het Koninkrijk van God is nabijgekomen; bekeer u en geloof het Evangelie. |
Jezus zei verder tegen de leerlingen: ‘Ga de hele wereld door, en vertel het goede nieuws aan iedereen.’ | En Hij zei tegen hen: Ga heen in heel de wereld, predik het Evangelie aan alle schepselen. |
God heeft jullie uitgekozen om gered te worden. Daarom stuurde hij mij om het goede nieuws te vertellen. Jullie geloven in het goede nieuws. En daarom zullen ook jullie voor eeuwig leven, samen met onze Heer Jezus Christus. | Daartoe heeft Hij u geroepen door ons Evangelie om de heerlijkheid van onze Heere Jezus Christus te verkrijgen. |
Je kunt pas geloven als je het goede nieuws over Christus gehoord hebt. Maar niet iedereen die het gehoord heeft, wil het geloven. In het boek Jesaja staat: «Heer, wij hebben het nieuws bekendgemaakt, maar veel mensen wilden het niet geloven.» | Zo is dan het geloof uit het gehoor en het gehoor door het Woord van God. |
Maar de engel zei: ‘Jullie hoeven niet bang te zijn, want ik breng jullie goed nieuws. Het hele volk zal daar blij mee zijn.’ | En de engel zei tegen hen: Wees niet bevreesd, want zie, ik verkondig u grote blijdschap, die voor heel het volk wezen zal. |
En ze bleven elke dag uitleg geven, in de tempel of bij iemand thuis. Ze vertelden het goede nieuws dat Jezus de messias is. | En zij hielden niet op iedere dag in de tempel en bij de huizen onderwijs te geven en Jezus Christus te verkondigen. |
Het goede nieuws over Gods nieuwe wereld zal overal op aarde verteld worden. En als alle volken het gehoord hebben, zal het einde komen. | En dit Evangelie van het Koninkrijk zal in heel de wereld gepredikt worden tot een getuigenis voor alle volken; en dan zal het einde komen. |
Vanaf dat moment begon Jezus het goede nieuws te vertellen aan de mensen. Hij zei: ‘Dit is het moment om je leven te veranderen, want Gods nieuwe wereld is dichtbij.’ | Van toen af begon Jezus te prediken en te zeggen: Bekeer u, want het Koninkrijk der hemelen is nabijgekomen. |
God heeft zijn plan bekendgemaakt aan mij, en aan anderen die het goede nieuws vertellen. Hij deed dat door ons zijn heilige Geest te geven. Gods Geest weet alles, zelfs wat God denkt. | Aan ons echter heeft God het geopenbaard door Zijn Geest. De Geest immers onderzoekt alle dingen, zelfs de diepten van God. |
Luister! Het goede nieuws dat ik jullie vroeger verteld heb, heb ik niet zelf bedacht. Ik heb het van anderen gehoord. En in de heilige boeken is er ook al over geschreven. Dit is het goede nieuws: Jezus Christus is voor ons gestorven, en daardoor worden onze zonden vergeven. Na zijn dood is hij begraven, maar drie dagen later is hij opgestaan uit de dood. Ook dat staat al in de heilige boeken. | Want ik heb u ten eerste overgeleverd wat ik ook ontvangen heb, dat Christus gestorven is voor onze zonden, overeenkomstig de Schriften, en dat Hij begraven is, en dat Hij opgewekt is op de derde dag, overeenkomstig de Schriften. |
Na dat gebed begon de aarde te schudden op de plaats waar ze bij elkaar waren. En de heilige Geest kwam in alle apostelen. Ze begonnen zonder angst het goede nieuws over Jezus te vertellen. | En toen zij gebeden hadden, werd de plaats waar zij bijeenwaren, bewogen. En zij werden allen vervuld met de Heilige Geest en spraken het Woord van God met vrijmoedigheid. |
God heeft ervoor gezorgd dat het goed kan komen tussen hem en heel de wereld. Want iedereen die bij Christus hoort, krijgt vergeving van zijn zonden. God wil dat wij dat goede nieuws doorgeven. | God was het namelijk Die in Christus de wereld met Zichzelf verzoende, en aan hen hun overtredingen niet toerekende; en Hij heeft het woord van de verzoening in ons gelegd. |
Daar heeft God voor gezorgd. God heeft ervoor gezorgd dat het weer goed is tussen hem en ons, dankzij Christus. En hij heeft mij de opdracht gegeven om dat goede nieuws aan iedereen te vertellen. | En dit alles is uit God, Die ons met Zichzelf verzoend heeft door Jezus Christus, en ons de bediening van de verzoening gegeven heeft. |
Jezus reisde rond in heel Galilea. In de synagogen gaf hij het volk uitleg over God. Hij vertelde het goede nieuws over Gods nieuwe wereld. En hij maakte alle mensen beter die ziek waren of pijn hadden. | En Jezus trok rond in heel Galilea, gaf onderwijs in hun synagogen en predikte het Evangelie van het Koninkrijk, en Hij genas elke ziekte en elke kwaal onder het volk. |
De redding die God wil geven, is nu al op aarde te zien. Want steeds meer mensen geloven het goede nieuws over Jezus Christus. En in de heilige boeken staat: «Als je gelooft, ziet God je als een goed mens. Dan zul je leven.» | Want de gerechtigheid van God wordt daarin geopenbaard uit geloof tot geloof, zoals geschreven is: Maar de rechtvaardige zal uit het geloof leven. |
Als je je leven probeert te redden, zul je het juist voor altijd verliezen. Maar je kunt ook je leven verliezen omdat je mijn volgeling bent. Of omdat je het goede nieuws vertelt. Dan zul je je leven juist voor altijd redden. | Want wie zijn leven zal willen behouden, die zal het verliezen; maar wie zijn leven zal verliezen omwille van Mij en om het Evangelie, die zal het behouden. |
Weer anderen lijken op het zaad dat tussen het onkruid valt. Die mensen hebben het nieuws gehoord, maar ze doen er niets mee. Want ze maken zich zorgen over de dagelijkse dingen. Ze willen rijk worden. Dat vinden ze belangrijker. | En bij wie in de dorens gezaaid is, dat is hij die het Woord hoort; maar de zorgen van deze wereld en de verleiding van de rijkdom verstikken het Woord, en het wordt onvruchtbaar. |
Maar wat er met mijzelf gebeurt, vind ik helemaal niet belangrijk. Ik hoop alleen dat ik mijn werk kan afmaken. Ik moet mensen vertellen over het nieuws dat God goed voor ons is. Dat is de taak die de Heer Jezus mij gegeven heeft. | Maar ik maak mij nergens zorgen over, en ook acht ik mijn leven niet kostbaar voor mijzelf, opdat ik mijn loop met blijdschap mag volbrengen, evenals de bediening die ik van de Heere Jezus ontvangen heb om te getuigen van het Evangelie van Gods genade. |