Dankzij hem wil God onze zonden vergeven. En niet alleen onze eigen zonden, maar die van de hele wereld. | En Hij is een verzoening voor onze zonden; en niet alleen voor de onze, maar ook voor de zonden van de hele wereld. |
God heeft ervoor gezorgd dat het goed kan komen tussen hem en heel de wereld. Want iedereen die bij Christus hoort, krijgt vergeving van zijn zonden. God wil dat wij dat goede nieuws doorgeven. | God was het namelijk Die in Christus de wereld met Zichzelf verzoende, en aan hen hun overtredingen niet toerekende; en Hij heeft het woord van de verzoening in ons gelegd. |
De liefde komt van God. God had ons al lief voordat wij hem liefhadden. Omdat God ons liefhad, heeft hij zijn Zoon naar de wereld gestuurd. Door zijn Zoon worden onze zonden vergeven. | Hierin is de liefde, niet dat wij God liefgehad hebben, maar dat Hij ons heeft liefgehad en Zijn Zoon zond als verzoening voor onze zonden. |
U bent machtig, help ons en red ons. U bent onze God, red ons en vergeef ons! | Help ons, o God van ons heil, omwille van de eer van Uw Naam; red ons en doe verzoening over onze zonden, omwille van Uw Naam. |
Daar heeft God voor gezorgd. God heeft ervoor gezorgd dat het weer goed is tussen hem en ons, dankzij Christus. En hij heeft mij de opdracht gegeven om dat goede nieuws aan iedereen te vertellen. | En dit alles is uit God, Die ons met Zichzelf verzoend heeft door Jezus Christus, en ons de bediening van de verzoening gegeven heeft. |
Wees goed en hartelijk voor elkaar. En vergeef elkaar. Want God heeft ook jullie fouten vergeven, omdat Christus voor jullie gestorven is. | Maar wees ten opzichte van elkaar vriendelijk en barmhartig, en vergeef elkaar, zoals ook God in Christus u vergeven heeft. |
Maar accepteer elkaar, en vergeef elkaars fouten. Want Christus heeft ook jullie je fouten vergeven. | Verdraag elkaar en vergeef de een de ander, als iemand tegen iemand anders een klacht heeft; zoals ook Christus u vergeven heeft, zo moet ook u doen. |
Jezus zei: ‘Stel dat een andere gelovige iets verkeerds doet. Zeg hem dan wat hij verkeerd gedaan heeft zonder dat er anderen bij zijn. Als hij naar je luistert, dan heb je hem bij God teruggebracht.’ | Maar als uw broeder tegen u gezondigd heeft, ga naar hem toe en wijs hem terecht tussen u en hem alleen; als hij naar u luistert, hebt u uw broeder gewonnen. |
Nu moeten jullie je leven veranderen en weer doen wat God wil. Dan zal hij jullie alles vergeven wat jullie verkeerd gedaan hebben. | Kom dus tot inkeer en bekeer u, opdat uw zonden uitgewist worden en er tijden van verkwikking zullen komen van het aangezicht van de Heere. |
Wij hebben ons niet gehouden aan Gods oude afspraak met ons. Maar Christus is gestorven om ons te bevrijden van alles wat we verkeerd gedaan hebben. Doordat hij zichzelf geofferd heeft, geldt nu Gods nieuwe afspraak. En daarom kunnen wij, die door God uitgekozen zijn, voor eeuwig gered worden. Dat heeft God zelf beloofd. | En daarom is Hij de Middelaar van het nieuwe testament, opdat, nu de dood heeft plaatsgevonden tot verzoening van de overtredingen die er onder het eerste verbond waren, de geroepenen de belofte van de eeuwige erfenis ontvangen. |
Vroeger waren we dus vijanden van God. Maar nu is het goed tussen God en ons, dankzij de dood van zijn Zoon. Want dankzij de dood van Christus ziet God ons als goede mensen. En dus zullen we ook voor eeuwig gered worden. Daar hoeven we niet aan te twijfelen. Want Christus leeft, en hij zal ons redden op de dag dat God rechtspreekt over de wereld. | Want als wij, toen wij vijanden waren, met God verzoend zijn door de dood van Zijn Zoon, hoeveel te meer zullen wij, nu wij verzoend zijn, behouden worden door Zijn leven. |
Probeer met iedereen in vrede te leven. En zorg dat je van binnen rein bent. Anders zul je God, de Heer, nooit zien. | Jaag de vrede na met allen, en de heiliging, zonder welke niemand de Heere zal zien. |
Ik wilde geen vlees of lekkere dingen eten. Ik dronk ook geen wijn en ik verzorgde mijn lichaam niet. | Smakelijk voedsel at ik niet, vlees of wijn kwam niet in mijn mond, en mijzelf zalven deed ik helemaal niet, totdat die drie volle weken voorbij waren. |
Als je een dag gaat vasten, houd het dan geheim. Was en verzorg je gezicht. Dan merkt niemand het, behalve je Vader. Hij ziet wat er in het geheim gebeurt. En hij zal je belonen. | Maar u, als u vast, zalf dan uw hoofd en was uw gezicht, zodat het door de mensen niet gezien wordt als u vast, maar door uw Vader, Die in het verborgene is; en uw Vader, Die in het verborgene ziet, zal het u in het openbaar vergelden. |