En wie een woord spreekt tegen de Zoon des mensen, het zal hem vergeven worden; maar wie tegen de Heilige Geest spreekt, het zal hem niet vergeven worden, niet in deze eeuw, en ook niet in de komende. | Als iemand slechte dingen zegt over de Mensenzoon, kan hij vergeving krijgen. Maar als iemand slechte dingen zegt over de heilige Geest, krijgt hij geen vergeving. Niet nu in deze wereld, en ook niet straks in Gods nieuwe wereld. |
Wentel uw werken op de HEERE, en uw plannen zullen bevestigd worden. | Vertrouw op de Heer bij alles wat je doet. Dan zullen al je plannen slagen. |
En dit Evangelie van het Koninkrijk zal in heel de wereld gepredikt worden tot een getuigenis voor alle volken; en dan zal het einde komen. | Het goede nieuws over Gods nieuwe wereld zal overal op aarde verteld worden. En als alle volken het gehoord hebben, zal het einde komen. |
Laat mijn mond vervuld worden met Uw lof en met Uw luister, de hele dag. | Ik zing over u, elke dag weer zing ik over uw macht. |
Laat niemand zeggen, als hij verzocht wordt: Ik word door God verzocht. God immers kan niet verzocht worden met het kwade en Hijzelf verzoekt niemand. | Stel dat je verleid wordt om iets verkeerds te doen. Zeg dan nooit: ‘God probeert mij te laten zondigen.’ Want God zal nooit iemand verleiden om te zondigen, en God kan zelf ook nooit verleid worden om iets verkeerds te doen. |
Want het woord van het kruis is voor hen die verloren gaan wel dwaasheid, maar voor ons die behouden worden, is het een kracht van God. | Dit is de boodschap die ik breng: Jezus Christus is voor ons aan het kruis gestorven. Die boodschap heeft niets te maken met menselijke wijsheid. Mensen die niet in Jezus geloven, vinden die boodschap onzin. Maar voor de mensen die gered worden, is die boodschap het bewijs van Gods macht. |
Eer uw vader en uw moeder, opdat uw dagen verlengd worden in het land dat de HEERE, uw God, u geeft. | Heb respect voor je vader en je moeder. Dan zul je lang leven in het land dat ik je zal geven. |
Zalig zijn zij die vervolgd worden om de gerechtigheid, want van hen is het Koninkrijk der hemelen. | Het echte geluk is voor mensen die lijden omdat ze doen wat God wil. Want voor hen is Gods nieuwe wereld. |
Daarom zal uit werken van de wet geen vlees voor Hem gerechtvaardigd worden. Door de wet is immers kennis van zonde. | En niemand wordt gered doordat hij zich aan de Joodse wet houdt. Want het lukt niemand om alles te doen wat er in de wet staat. De wet leert ons juist dat ieder mens verkeerde dingen doet. |
Want zij die zonder wet gezondigd hebben, zullen ook zonder wet verloren gaan, en zij die onder de wet gezondigd hebben, zullen door de wet geoordeeld worden. | De niet-Joden kennen Gods wet niet. Maar ook zonder wet geldt: als je verkeerd leeft, loopt het slecht met je af. De Joden kennen Gods wet wel. Voor hen geldt: wie verkeerd leeft, wordt volgens de regels van de wet gestraft. |
Daarom zal de Heere Zelf u een teken geven: Zie, de maagd zal zwanger worden. Zij zal een Zoon baren en Hem de naam Immanuel geven. | De Heer zelf zal u een teken geven. Een jonge vrouw zal zwanger worden en ze zal een zoon krijgen. Ze zal haar kind Immanuel noemen. |
Maar de Schrift heeft alles onder de zonde opgesloten, opdat de belofte aan de gelovigen gegeven zou worden door het geloof in Jezus Christus. | De wet is trouwens niet in strijd met de belofte. Want we leren uit de wet dat we allemaal slechte mensen zijn. Maar de wet zorgt er niet voor dat we goede mensen worden en eeuwig leven krijgen. Nee, om te krijgen wat God beloofd heeft, moeten we geloven in Jezus Christus. |
Want Hem Die geen zonde gekend heeft, heeft Hij voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij zouden worden gerechtigheid van God in Hem. | Jezus Christus was zonder zonde. Maar God liet hem de straf voor onze zonden dragen. Dat deed God voor ons. En nu ziet hij ons als goede mensen, omdat we bij Christus horen. |
U bent van Christus losgeraakt, u die door de wet gerechtvaardigd wilt worden; en daarmee bent u uit de genade gevallen. | Proberen jullie jezelf te redden door je aan de Joodse wet te houden? Daarmee bereik je alleen dat je niet meer bij Christus hoort. En dan zal God je niet redden. |
En laten wij niet moe worden goed te doen, want te zijner tijd zullen wij oogsten, als wij het niet opgeven. | Laten we daarom steeds het goede blijven doen, en volhouden tot de dag dat Christus terugkomt. |
Tot U, HEERE, heb ik de toevlucht genomen, laat mij niet beschaamd worden, voor eeuwig; bevrijd mij door Uw gerechtigheid. | Heer, bij u zoek ik bescherming. Laat mij niet alleen! Wees goed voor mij en red mij. |
Bevalligheid is bedrieglijk en schoonheid vergankelijk, een vrouw die de HEERE vreest, die zal geprezen worden. | Je hebt niets aan een vrouw die alleen maar lief en mooi is, want haar schoonheid zal verdwijnen. Maar een vrouw met eerbied voor de Heer moet je waarderen. |
Want als wij, toen wij vijanden waren, met God verzoend zijn door de dood van Zijn Zoon, hoeveel te meer zullen wij, nu wij verzoend zijn, behouden worden door Zijn leven. | Vroeger waren we dus vijanden van God. Maar nu is het goed tussen God en ons, dankzij de dood van zijn Zoon. Want dankzij de dood van Christus ziet God ons als goede mensen. En dus zullen we ook voor eeuwig gered worden. Daar hoeven we niet aan te twijfelen. Want Christus leeft, en hij zal ons redden op de dag dat God rechtspreekt over de wereld. |
Want ik ben ervan overtuigd dat het lijden van de tegenwoordige tijd niet opweegt tegen de heerlijkheid die aan ons geopenbaard zal worden. | Dit weet ik zeker: hoe zwaar ons lijden ook wordt, het brengt ons eeuwige leven niet in gevaar. |
En de engel zei tegen haar: Wees niet bevreesd, Maria, want u hebt genade gevonden bij God. En zie, u zult zwanger worden en een Zoon baren en u zult Hem de Naam Jezus geven. | Toen zei de engel tegen Maria: ‘Je hoeft niet bang te zijn, Maria. God heeft je uitgekozen voor iets moois. Je zult zwanger worden en een zoon krijgen. Je moet hem Jezus noemen.’ |
Als u bidt, gebruik dan geen omhaal van woorden zoals de heidenen, want zij denken dat zij door de veelheid van hun woorden verhoord zullen worden. | Als je bidt, moet je niet steeds maar door blijven praten. Dat doen de mensen die andere goden vereren. Ze denken: Hoe meer ik praat, hoe beter mijn god luistert! |
Wie dan een van deze geringste geboden afschaft en de mensen zo onderwijst, zal de geringste genoemd worden in het Koninkrijk der hemelen; maar wie ze doet en onderwijst, die zal groot genoemd worden in het Koninkrijk der hemelen. | Stel dat iemand het kleinste regeltje van de wet afschaft, en dat hij anderen leert om dat ook te doen. Dan zal hij op de laatste plaats komen in Gods nieuwe wereld. Maar stel dat iemand zich aan de hele wet houdt, en dat hij anderen leert om dat ook te doen. Dan zal hij op de eerste plaats komen in Gods nieuwe wereld. |
Maar wie rijk willen worden, vallen in verzoeking en in een strik en in veel dwaze en schadelijke begeerten, die de mensen doen wegzinken in verderf en ondergang. | Mensen die rijk willen worden, laten zich verleiden om slechte dingen te doen. Met hun dwaze en verkeerde verlangens brengen ze zichzelf in gevaar. Het loopt verkeerd met hen af, ze verliezen uiteindelijk hun leven. |
Maar ontucht en alle onreinheid of hebzucht, laten die onder u beslist niet genoemd worden, zoals het heiligen past. | Jullie zijn Gods heilige volk. Daarom mag er bij jullie zelfs niet eens gepraat worden over verboden seks, onreine dingen, en slechte verlangens. |
Wie met wijzen omgaat, zal wijs worden, maar wie omgaat met dwazen, zal het slecht vergaan. | Als je omgaat met wijze mensen, word je wijs, maar als je omgaat met dwaze mensen, loopt het verkeerd met je af. |