Wie met wijzen omgaat wordt zelf wijs,
wie met dwazen verkeert, ondervindt schade.
wie met dwazen verkeert, ondervindt schade.
Als je omgaat met wijze mensen, word je wijs,
maar als je omgaat met dwaze mensen,
loopt het verkeerd met je af.
maar als je omgaat met dwaze mensen,
loopt het verkeerd met je af.
Wie met wijzen omgaat, zal wijs worden,
maar wie omgaat met dwazen, zal het slecht vergaan.
maar wie omgaat met dwazen, zal het slecht vergaan.
Wie met wijzen omgaat, wordt wijs;
maar wie met dwazen verkeert, wordt slecht.
maar wie met dwazen verkeert, wordt slecht.
Als je met wijze mensen omgaat, word je wijs.
Maar als je bevriend bent met dwazen, loopt het slecht met je af.
Maar als je bevriend bent met dwazen, loopt het slecht met je af.