Bijbelteksten over Lof
HEER, U bent mijn God. Hoog zal ik U prijzen, uw naam loven. Want wonderbaarlijk zijn uw daden, sinds mensenheugenis hebt U uw plannen uitgevoerd, trouw en betrouwbaar. | Heer, u bent mijn God! Ik zal voor u zingen, ik zal vertellen hoe machtig u bent. Want u hebt wonderen gedaan. Alles wat u ooit besloten hebt, dat hebt u ook gedaan. Op u kunnen wij vertrouwen. |
Alles wat adem heeft, loof de HEER. Halleluja! | Alles wat leeft, zing voor de Heer! Halleluja! |
Uw liefde is meer dan het leven, mijn lippen zingen uw lof. U wil ik prijzen, mijn leven lang, roepend uw naam, de handen geheven. | Ik wil voor u zingen, want uw liefde is meer waard dan mijn leven. Mijn leven lang wil ik u prijzen, met mijn handen omhoog tot u bidden. |
De HEER is mijn kracht en mijn schild, op Hem vertrouwde mijn hart, ik werd geholpen en mijn hart jubelde, Hem wil ik loven in mijn lied. | De Heer geeft mij kracht en beschermt mij. Op hem vertrouw ik. Hij heeft mij geholpen, en daarom juich ik. Ik wil hem danken met een lied. |
Prijs de HEER, mijn ziel, prijs, mijn hart, zijn heilige naam. | Ik dank de Heer, ik dank de heilige Heer vanuit het diepst van mijn hart. |
Om middernacht waren Paulus en Silas aan het bidden en zongen ze lofliederen voor God. De andere gevangenen luisterden aandachtig naar hen. | Midden in de nacht waren Paulus en Silas aan het bidden. En ze zongen liederen voor God. De andere gevangenen luisterden ernaar. |
Ik wil u loven, HEER, met heel mijn hart, vertellen van uw wonderdaden. | Heer, met heel mijn hart wil ik u danken, al uw wonderen wil ik bekendmaken. |
Groot is de HEER, Hem komt alle lof toe, zijn grootheid is niet te doorgronden. | Heer, u bent machtig. Laat iedereen voor u zingen, want uw macht is oneindig groot. |
Wat ben je bedroefd, mijn ziel, en onrustig in mij. Vestig je hoop op God, eens zal ik Hem weer loven, mijn God, die mij ziet en redt. | Waarom ben ik zo bedroefd, waarom zo onrustig van binnen? Ik moet op God vertrouwen. Eens zal ik hem weer danken. Hij zal mij redden, hij is mijn God. |
De HEER wil ik prijzen, elk uur van de dag, mijn mond is altijd vol van zijn lof. | Altijd wil ik de Heer danken, elke dag zing ik een lied voor hem. |
U was het die mijn nieren vormde, die mij weefde in de buik van mijn moeder. Ik loof U om het ontzaglijke wonder van mijn bestaan, wonderbaarlijk is wat U gemaakt hebt. Ik weet het, tot in het diepst van mijn ziel. | U maakte mij in de buik van mijn moeder. Elk deel van mijn lichaam hebt u gevormd. Ik dank u daarvoor. Want het is een wonder, zoals ik gemaakt ben. Alles wat u maakt, is een wonder. Dat weet ik heel goed. |
Elk schepsel in de hemel, op aarde, onder de aarde en in de zee, alles en iedereen hoorde ik zeggen: ‘Aan Hem die op de troon zit en aan het lam komen de dank, de eer, de lof en de macht toe, tot in eeuwigheid.’ | En ik hoorde iedereen zingen, in de hemel, op de aarde, onder de aarde en in de zee: ‘God en het lam verdienen alle eer, alle macht en alle kracht, altijd en overal.’ |
Heel de dag is mijn mond vervuld van uw lof en uw luister. | Ik zing over u, elke dag weer zing ik over uw macht. |
Laat Christus’ woorden in al hun rijkdom in u wonen; onderricht en vermaan elkaar in alle wijsheid, zing voor God met heel uw hart psalmen, hymnen en liederen die de Geest u vol genade ingeeft. | Laat jullie leven vol zijn van het goede nieuws over Christus. Gebruik al je wijsheid om elkaar uitleg en goede raad te geven. Zing liederen om God te eren, zing alle liederen die de heilige Geest je laat zingen. Wees dankbaar, en zing voor God. |
U, mijn God en koning, wil ik roemen, uw naam prijzen tot in eeuwigheid. | Ik wil u eer brengen, mijn God. Ik wil u danken, mijn koning, nu en altijd. |
Loof de HEER, roep luid zijn naam, maak zijn daden bekend onder de volken. | Dank de Heer en maak bekend wie hij is! Vertel aan iedereen wat hij gedaan heeft. |
Want er staat geschreven: ‘Zo waar Ik leef – zegt de Heer –, voor Mij zal elke knie zich buigen, en elke tong zal God loven.’ | In de heilige boeken zegt God: «Zo zeker als ik leef, alle mensen zullen voor mij knielen en mij eren.» |
Op die dag zullen jullie zeggen: ‘Loof de HEER, roep zijn naam uit. Maak alle volken zijn daden bekend, verkondig zijn verheven naam.’ | Als de nieuwe koning komt, zullen ze zeggen: ‘Dank de Heer! Maak overal bekend wie hij is. Vertel aan alle volken wat hij gedaan heeft.’ |
Genees mij, HEER, dan zal ik gezond zijn, red mij, dan zal ik veilig zijn. U wil ik altijd loven. | Heer, maak mij beter, zodat ik weer gezond ben. Red mij, zodat ik veilig ben. Dan kan ik u danken. |
U, HEER, zal ik loven onder de volken, over U zingen voor alle naties. | Heer, ik wil u danken, overal op aarde wil ik voor u zingen. |
Ten slotte, broeders en zusters, laat u leiden door al wat waar is, al wat edel, rechtvaardig, zuiver, beminnelijk en eervol is, kortom door al wat deugdzaam is en lof verdient. | Vrienden, tot slot wil ik zeggen waar jullie je mee bezig moeten houden. Houd je bezig met alles wat waar is, alles wat respect verdient, alles wat goed is en zuiver, alles wat het waard is om van te houden en alles wat eer verdient. Dat betekent in het kort: doe wat goed is en waarvoor je respect krijgt. |
Gezegend zij de God en Vader van onze Heer Jezus Christus, die ons in de hemelsferen, in onze eenheid met Christus, met talrijke geestelijke zegeningen heeft gezegend. | Alle eer aan God, de Vader van onze Heer Jezus Christus! Hij heeft ons vanuit de hemel gezegend. Want hij heeft ons de heilige Geest gegeven, omdat we bij Christus horen. |
Elke dag kwamen ze trouw en eensgezind samen in de tempel, braken het brood bij elkaar thuis en gebruikten hun maaltijden in een geest van eenvoud en vol vreugde. Ze loofden God en stonden in de gunst bij het hele volk. De Heer breidde hun aantal dagelijks uit; steeds meer mensen werden gered. | Elke dag kwamen ze naar de tempel om samen te zijn. Bij elkaar thuis deelden ze het brood. Vol vreugde aten ze samen, en iedereen was even belangrijk. Ze eerden God, en het hele volk had veel waardering voor hen. Elke dag kwamen er meer mensen bij die door God gered waren. |
Toen mijn mond Hem aanriep, lag een lofzang op mijn tong. | Ik bad tot God en ik zong een lied om hem te eren. |
Op God, wiens woord ik prijs, op God vertrouw ik, angst ken ik niet, wat kan een sterveling mij aandoen? | Op u vertrouw ik, God. Ik wil voor u zingen, want u hebt beloofd om mij te helpen. Op u vertrouw ik. Ik zal niet bang zijn, want mensen kunnen mij geen kwaad doen. |
Bijbeltekst van de dag
Houd de onderlinge liefde in stand en houd de gastvrijheid in ere, want zo hebben sommigen zonder het te weten engelen ontvangen.Willekeurige Bijbeltekst
Een mens stippelt zijn weg uit,de HEER bepaalt de richting die hij gaat.Volgende tekst!Met afbeelding