Ik heb de HEERE gezocht en Hij heeft mij geantwoord, en mij gered uit al wat ik vrees. | Ik riep de Heer, en hij gaf mij antwoord. Ik was doodsbang, en hij heeft mij bevrijd. |
Maar als uw broeder tegen u gezondigd heeft, ga naar hem toe en wijs hem terecht tussen u en hem alleen; als hij naar u luistert, hebt u uw broeder gewonnen. | Jezus zei: ‘Stel dat een andere gelovige iets verkeerds doet. Zeg hem dan wat hij verkeerd gedaan heeft zonder dat er anderen bij zijn. Als hij naar je luistert, dan heb je hem bij God teruggebracht.’ |
Zelf zal ik echter uitzien naar de HEERE, ik zal wachten op de God van mijn heil. Mijn God zal mij horen. | Maar ik blijf vertrouwen op de Heer. Ik blijf wachten op de God die mij zal redden. Hij zal mij helpen, want hij is mijn God. |
Ik ben gezocht door hen die naar Mij niet vroegen, Ik ben gevonden door hen die Mij niet zochten. Tegen het volk dat Mijn Naam niet aanriep heb Ik gezegd: Zie, hier ben Ik, zie, hier ben Ik. | De Heer zegt: ‘Mijn volk heeft mij niet om raad gevraagd, maar toch ben ik er voor hen. Mijn volk bidt niet tot mij, maar toch zeg ik tegen hen: ‘Hier ben ik, hier!’’ |
Hij echter die zich in de volmaakte wet verdiept, die van de vrijheid, en daarbij blijft, die zal, omdat hij niet een vergeetachtige hoorder geworden is, maar een dader van het werk, zalig zijn in wat hij doet. | Je moet je altijd laten leiden door Gods wet. Want die wet is volmaakt, en geeft je vrijheid. Je moet niet alleen maar naar Gods wet luisteren, en Gods woorden meteen weer vergeten. Nee, je moet ook doen wat God van je vraagt. Dan zul je gelukkig zijn! |
Hij zei: Als u aandachtig luistert naar de stem van de HEERE, uw God, en doet wat juist is in Zijn ogen, als u Zijn geboden gehoorzaamt en al Zijn verordeningen in acht neemt, dan zal Ik geen enkele van de ziekten over u brengen die Ik over Egypte gebracht heb, want Ik ben de HEERE, uw Heelmeester. | Jullie moeten goed naar mij luisteren, want ik ben de Heer, jullie God. Jullie moeten doen wat ik wil. Jullie moeten je houden aan mijn wetten en regels. Dan zullen jullie niet de ziektes krijgen die ik naar de Egyptenaren gestuurd heb. Ik ben de Heer. Ik zorg ervoor dat jullie gezond blijven. |
Want de ogen van de Heere rusten op de rechtvaardigen, en Zijn oren zijn gericht op hun gebed; maar het aangezicht van de Heere is tegen hen die kwaad doen. | De Heer helpt mensen die trouw zijn aan hem, hij hoort hen als ze om hulp roepen. Maar hij vernietigt mensen die kwaad doen. |
Deze ellendige riep en de HEERE hoorde; Hij verloste hem uit al zijn benauwdheden. | Toen ik het moeilijk had, riep ik naar de Heer. Hij luisterde naar mij, en hij heeft me gered. |
Uit de diepten roep ik tot U, o HEERE; Heere, hoor naar mijn stem. Laat Uw oren opmerkzaam zijn op mijn luide smeekbeden. | Ik ben wanhopig, Heer! Daarom roep ik naar u. Heer, hoor mijn stem, luister naar mij, hoor hoe ik smeek! |
Wie vermaning liefheeft, heeft kennis lief, maar wie bestraffing haat, is onverstandig. | Als je graag leert, wil je veel begrijpen, maar als je een hekel hebt aan wijze lessen, ben je dom. |
Wees niet als uw vaderen, tot wie de vroegere profeten gepredikt hebben: Zo zegt de HEERE van de legermachten: Bekeer u toch van uw slechte wegen en van uw slechte daden. Maar zij luisterden niet en sloegen geen acht op Mij, spreekt de HEERE. | Jullie moeten het anders doen dan jullie voorouders! Ook naar hen heb ik profeten gestuurd. Die profeten zeiden tegen jullie voorouders dat ze beter moesten gaan leven. En dat ze weer moesten gaan doen wat ik wilde. Maar ze hebben niet geluisterd. |
Laat wat u vanaf het begin gehoord hebt, in u blijven. Als in u blijft wat u vanaf het begin gehoord hebt, dan zult ook u in de Zoon en in de Vader blijven. | De boodschap die jullie vanaf het begin gehoord hebben, moeten jullie in je hart bewaren. Als jullie dat doen, zullen jullie met de Zoon en met de Vader verbonden blijven. |
Ik zal uw nageslacht zo talrijk maken als de sterren aan de hemel en uw nageslacht al deze landen geven. In uw Nageslacht zullen alle volken van de aarde gezegend worden, omdat Abraham Mijn stem gehoorzaamd heeft en Mijn voorschriften, Mijn geboden, Mijn verordeningen en Mijn wetten in acht genomen heeft. | Ik zal je heel veel nakomelingen geven. Net zo veel als er sterren aan de hemel zijn. Dit hele gebied zal ik aan je nakomelingen geven. Als de volken op aarde elkaar geluk toewensen, zullen ze zeggen: ‘Ik hoop dat je net zo gelukkig wordt als de nakomelingen van Abraham.’ Zo zal het gaan omdat Abraham naar mij geluisterd heeft. Hij heeft gedaan wat ik wilde. En hij heeft zich gehouden aan mijn opdracht en aan mijn regels. |
Van hem die zijn oor afkeert van het luisteren naar de wet, is zelfs zijn gebed een gruwel. | Als je je niet houdt aan de wet, luistert de Heer niet naar je gebed. |
Ik zal het huis van Juda versterken, en het huis van Jozef zal Ik verlossen. Ik zal hen terugbrengen, want Ik heb Mij over hen ontfermd. Zij zullen zijn alsof Ik hen niet verstoten had. Ik ben immers de HEERE, hun God: Ik zal hen verhoren! | Dit zegt de Heer: ‘Ik zal het volk van Juda sterk maken en de Israëlieten redden. Ik zal voor hen zorgen en hen naar hun land terugbrengen. Ik had hen weggejaagd, maar het zal weer worden zoals vroeger. Ik ben de Heer, hun God, en ik zal naar hun gebeden luisteren.’ |
Als hij niet naar hen luistert, zeg het dan tegen de gemeente. En als hij ook niet naar de gemeente luistert, laat hij dan voor u als de heiden en de tollenaar zijn. | Als hij dan nog niet luistert, vertel het dan aan de hele groep gelovigen. Als hij ook niet naar de groep luistert, dan hoort hij er niet meer bij. Dan moet je hem behandelen als een ongelovige of een tollenaar. |
Gerelateerde onderwerpen
Bidden
Verblijd u altijd. Bid...
Gehoorzaamheid
Jezus antwoordde en zei...
Woord van God
Want het Woord van...
Wet
Deze woorden, die ik...
Spreken
Dood en leven zijn...
Zegen
De HEERE zegene u...
Bijbeltekst van de dag
Dan zal Ik u een nieuw hart geven en een nieuwe geest in uw binnenste geven. Ik zal het hart van steen uit uw lichaam wegnemen en u een hart van vlees geven.Willekeurige Bijbeltekst
Al zal de vijgenboom niet in bloei staanen er geen vrucht aan de wijnstok zijn,
al zal de opbrengst van de olijfboom tegenvallen
en zullen de velden geen voedsel voortbrengen,
al zal het kleinvee uit de kooi verdwenen zijn
en er geen rund in de stallen over zijn –
ik zal dan toch in de HEERE van vreugde opspringen,
mij verheugen in de God van mijn heil.Volgende tekst!Met afbeelding