Welzalig zij, die onberispelijk van wandel zijn, die in de wet des Heren gaan. | Welzalig zijn de oprechten van wandel, die in de wet van de HEERE gaan. |
Welzalig zij, die zijn getuigenissen bewaren, die Hem van ganser harte zoeken. | Welzalig wie Zijn getuigenissen in acht nemen, die Hem met heel hun hart zoeken. |
Ik zal U loven in oprechtheid des harten, wanneer ik uw rechtvaardige verordeningen leer. | Ik zal U loven met een oprecht hart, wanneer ik Uw rechtvaardige bepalingen geleerd heb. |
Waarmede zal de jongeling zijn pad rein bewaren? Als hij dat houdt naar uw woord. | Waarmee houdt een jongeman zijn pad zuiver? Als hij dat bewaart overeenkomstig Uw woord. |
Ik zoek U met mijn ganse hart, laat mij niet van uw geboden afdwalen. | Ik zoek U met heel mijn hart, laat mij van Uw geboden niet afdwalen. |
Ik berg uw woord in mijn hart, opdat ik tegen U niet zondige. | Ik heb Uw belofte in mijn hart opgeborgen, opdat ik tegen U niet zondig. |
In de weg uwer getuigenissen verblijd ik mij als over allerlei rijkdom. | In de weg van Uw getuigenissen verblijd ik mij meer dan in alle bezit. |
Ik verkies de weg der waarheid, Ik stel uw verordeningen voor mij. | Ik heb de weg van de waarheid gekozen, Uw bepalingen heb ik mij voor ogen gesteld. |
Neig mijn hart tot uw getuigenissen en niet tot winstbejag. | Neig mijn hart naar Uw getuigenissen en niet naar winstbejag. |
Dan zal ik wandelen op ruime baan, want ik zoek uw bevelen. | Ik zal wandelen op ruime baan, omdat ik Uw bevelen gezocht heb. |
Ik haast mij en aarzel niet om uw geboden te onderhouden. | Ik heb mij gehaast en niet geaarzeld Uw geboden in acht te nemen. |
Nimmer zal ik uw bevelen vergeten, want door deze hebt Gij mij levend gemaakt. | Ik zal Uw bevelen voor eeuwig niet vergeten, want daardoor hebt U mij levend gemaakt. |
Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad. | Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad. |
Uw getuigenissen heb ik voor altoos ten erve ontvangen, want zij zijn de blijdschap mijns harten. | Uw getuigenissen heb ik voor eeuwig in erfelijk bezit genomen, want zij zijn de vreugde van mijn hart. |
Gij zijt mijn schuilplaats en mijn schild, ik hoop op uw woord. | U bent mijn schuilplaats en mijn schild, op Uw woord heb ik gehoopt. |
Het openen van uw woorden verspreidt licht, het geeft de onverstandigen inzicht. | Het opengaan van Uw woorden geeft licht, het schenkt eenvoudigen inzicht. |
Bevestig mijn schreden naar uw toezegging, laat generlei onrecht over mij heersen. | Laat mijn voetstappen vaststaan in Uw woord, laat geen enkel onrecht over mij heersen. |
Heel uw woord is de waarheid, al uw rechtvaardige verordeningen zijn voor eeuwig. | Vanaf het begin is Uw woord waarachtig, al Uw rechtvaardige bepalingen zijn voor eeuwig. |
Zij, die uw wet liefhebben, hebben grote vrede, er is voor hen geen struikelblok. | Wie Uw wet liefhebben, hebben diepe vrede; voor hen ligt er geen struikelblok. |
Gerelateerde onderwerpen
Wet
Wat ik u heden...
Hart
Behoed uw hart boven...
Woord van God
Want het woord Gods...
Rechtvaardigheid
Wie gerechtigheid en liefde...
Leven
De HERE zal u...
Zoeken
Dan zult gij Mij...
Bijbeltekst van de dag
Wie is Hij toch, de Koning der ere?De Here der heerscharen,
Hij is de Koning der ere. sela