Steeds als ik geen moed meer had, hebt u mij vol liefde geholpen. | Maar steeds als ik dacht: "Nu ga ik vallen," hield U me overeind met uw liefde, Heer. |
Als ik bang was en vol zorgen, hebt u mij getroost en blij gemaakt. | Steeds als ik wanhopig was, troostte U mij en gaf U mij weer hoop. |