Bijbelteksten over 'Als'
Laat mijn leer neerdruppelen als de regen, laten mijn woorden stromen als de dauw, als een zachte regen op het groen, en als regendruppels op het gewas. | Volk van Israël, dit zijn mijn woorden. Ik wil dat jullie daarnaar verlangen, zoals gras verlangt naar zachte regen en een plant naar druppels van de dauw. |
Kom nu, laten wij samen een rechtszaak voeren, zegt de HEERE. Al waren uw zonden als scharlaken, ze zullen wit worden als sneeuw; al waren ze rood als karmozijn, ze zullen worden als witte wol. | Ik zal jullie vertellen wat jullie verkeerd gedaan hebben. Jullie zijn moordenaars, je handen zijn rood van het bloed. Toch kunnen ze weer zo wit worden als sneeuw, zo wit als witte wol. |
Laat het recht stromen als water, de gerechtigheid als een altijd stromende beek. | Zorg liever dat er weer eerlijke rechters komen. Dat moet net zo gewoon zijn als dat er water door een rivier stroomt. |
Als vrije mensen, maar niet alsof u de vrijheid hebt als een dekmantel voor slechtheid, maar als dienstknechten van God. | Jullie zijn bevrijd van jullie vroegere leven. Maar die vrijheid is geen excuus om je slecht te gedragen. Jullie zijn nu dienaren van God, en hij wil dat jullie goede dingen doen. Misschien stoppen de ongelovigen dan met het vertellen van onzin over jullie. |
Leg mij als een zegel op Uw hart, als een zegel op Uw arm. Want de liefde is sterk als de dood, de hartstocht onstuitbaar als het graf. Haar vonken zijn vurige vonken, vlammen van de HEERE. | Vergeet mij niet, draag mijn liefde als een ketting op je borst, als een armband om je arm. De liefde is zo sterk als de dood, niemand houdt de liefde tegen. De liefde lijkt op een vuur, een vuur dat hevig brandt. |
Als bedroefden, maar toch steeds blij; als armen, maar die toch velen rijk maken; als mensen die niets hebben en toch alles bezitten. | Ik heb verdriet, maar toch ben ik altijd blij. Ik ben arm, maar ik maak veel mensen rijk. Ik bezit niets, en toch heb ik alles! |
Ik delg uw overtredingen uit als een nevel, en uw zonden als een wolk. Keer tot Mij terug, want Ik heb u verlost. | Ik heb je al je misdaden vergeven. Ze zijn verdwenen, zoals de wolken verdwijnen door de zon. Israël, kom bij mij terug. Ik zal je bevrijden. |
Maar laat vooral dit u niet ontgaan, geliefden, dat één dag bij de Heere is als duizend jaar en duizend jaar als één dag. | Vrienden, jullie moeten dit niet vergeten: voor de Heer is tijd iets heel anders dan voor ons. Voor hem is één dag hetzelfde als duizend jaar, en duizend jaar hetzelfde als één dag. |
Wees dan navolgers van God, als geliefde kinderen. | Jullie zijn Gods kinderen, en hij houdt van jullie. Volg daarom zijn goede voorbeeld. |
Er is niemand zo heilig als de HEERE, want er is niemand buiten U, en er is geen rotssteen als onze God. | Niemand is zo heilig als de Heer, hij is de enige God! Niemand is zo sterk als hij. |
Als de HEERE het huis niet bouwt, tevergeefs zwoegen zijn bouwers eraan; als de HEERE de stad niet bewaart, tevergeefs waakt de wachter. | Als de Heer niet helpt bij het bouwen van een huis, dan heeft het geen zin, ook al doen de bouwers hun best. Als de Heer niet helpt bij het verdedigen van een stad, dan heeft het geen zin, ook al letten de bewakers goed op. |
Ik zal u niet als wezen achterlaten; Ik kom weer naar u toe. | Ik laat jullie niet alleen, maar ik kom terug om jullie die nieuwe helper te geven. |
Want duizend jaren zijn in Uw ogen als de dag van gisteren, wanneer die voorbijgegaan is, of als een wake in de nacht. | Voor u is duizend jaar niet meer dan één dag, niet meer dan vandaag of gisteren, of een paar uur in de nacht. |
Als hij niet naar hen luistert, zeg het dan tegen de gemeente. En als hij ook niet naar de gemeente luistert, laat hij dan voor u als de heiden en de tollenaar zijn. | Als hij dan nog niet luistert, vertel het dan aan de hele groep gelovigen. Als hij ook niet naar de groep luistert, dan hoort hij er niet meer bij. Dan moet je hem behandelen als een ongelovige of een tollenaar. |
En wie is het die u kwaad zal doen, als u navolgers bent van het goede? | Als je je best doet om goed te leven, zal God je beschermen. En dan kan niemand je kwaad doen. |
Deze woorden, die ik u heden gebied, moeten in uw hart zijn. U moet ze uw kinderen inprenten en erover spreken, als u in uw huis zit en als u over de weg gaat, als u neerligt en als u opstaat. | Vandaag zal ik jullie de regels van de Heer geven. Onthoud ze goed, vergeet ze niet! Zorg ervoor dat jullie kinderen ze goed leren. Blijf ze herhalen, thuis en onderweg, als je naar bed gaat en als je weer opstaat. |
En het tweede, hieraan gelijk, is: U zult uw naaste liefhebben als uzelf. | Maar de tweede regel is net zo belangrijk: «Van de mensen om je heen moet je evenveel houden als van jezelf.» |
Let er dan op dat u nauwgezet wandelt, niet als dwazen, maar als wijzen, en buit de geschikte tijd uit, omdat de dagen vol kwaad zijn. | Zorg er dus voor dat je goed leeft. Leef niet zoals dwaze mensen doen, maar gedraag je verstandig. Gebruik de dagen die God je nog geeft, goed. Want we leven in een slechte tijd. |
Want als wij leven, leven wij voor de Heere en als wij sterven, sterven wij voor de Heere. Of wij dan leven of sterven, wij zijn van de Heere. | Als wij leven, leven wij voor de Heer. En als wij sterven, sterven wij voor de Heer. Wij horen bij onze Heer Jezus Christus, in heel ons leven en ook als we sterven. |
Als u Mij liefhebt, neem dan Mijn geboden in acht. | Als jullie van mij houden, leef dan volgens mijn regels. |
Wentel uw weg op de HEERE en vertrouw op Hem: Híj zal het doen. Hij zal uw gerechtigheid tevoorschijn doen komen als het morgenlicht, uw recht doen stralen als de middagzon. | Laat je leiden door de Heer. Vertrouw op hem, hij zal je helpen. Hij zal je alles geven waar je recht op hebt. Je zult stralen als het licht in de ochtend, als de zon in de middag. |
Ik zeg u: Nee, maar als u zich niet bekeert, zult u allen evenzo omkomen. | Nee, dat is echt niet zo. Jullie moeten je leven veranderen. Anders zullen jullie allemaal op die manier sterven. |
En Jezus zei tegen hem: Als u kunt geloven, alle dingen zijn mogelijk voor wie gelooft. | Jezus zei: ‘Je vraagt of ik iets kan doen? Als je gelooft, kan alles!’ |
Ik spreid mijn handen naar U uit, mijn ziel ligt voor U als een dorstig land. Sela | Ik wil bij u zijn, ik verlang naar u, zoals droog land verlangt naar regen. |
Want wat baat het een mens, als hij heel de wereld wint en aan zijn ziel schade lijdt? Of wat zal een mens geven als losprijs voor zijn ziel? | Stel dat je de hele wereld in bezit krijgt. Wat heb je daaraan als je je leven verliest? Het eeuwige leven is niet te koop. |
Gerelateerde onderwerpen
Leven
De HEERE zal u...
Wet
Deze woorden, die ik...
God
De HEERE, uw God...
Zonde
Of weet u niet...
Liefde
De liefde is geduldig...
Rechtvaardigheid
Wie gerechtigheid en goedertierenheid...