Bijbelteksten over 'Gebeente'
Eerst zweeg ik tegen God over de dingen die ik verkeerd had gedaan. Maar ik kon er niet meer tegen. De hele dag schreeuwde ik het uit. | Eerst zweeg ik over mijn fouten. Ik werd ziek, ik huilde de hele dag. |
Vriendelijke woorden zijn als honing voor de ziel en als medicijn voor het lichaam. | Vriendelijke woorden geven mensen kracht, net zoals zoete honing mensen sterk maakt. |
Een vrolijk mens geneest sneller. Maar een treurig mens verdroogt van binnen. | Vrolijke gedachten houden je gezond, maar sombere gedachten maken je ziek. |
Verbeeld je niet dat je heel erg wijs bent. Heb diep ontzag voor de Heer en blijf ver bij het kwaad vandaan. Dat zal goed zijn voor je ziel en je lichaam. Het zal goed met je gaan. | Wees niet eigenwijs, maar heb eerbied voor de Heer. Blijf uit de buurt van slechte mensen en doe geen kwaad. Dan zul je sterk en gezond zijn. |
Je weet niet waar de wind vandaan komt en waar hij naartoe gaat. En je weet niet hoe een kind groeit in de buik van zijn moeder. Zo weet je ook niet wat God aan het doen is. | Je weet niet in welke richting de wind gaat waaien. En je weet niet hoe een kind ontstaat in de buik van zijn moeder. Hoe weet je dan wat God doet, die alles gemaakt heeft? |
Van die rib maakte de Heer God een vrouw. Hij bracht haar naar Adam. Toen zei Adam: "Dit is eindelijk iemand die bij mij past! Ze is van mijn eigen vlees en bloed gemaakt. Ik zal haar 'mannin' noemen, omdat ze uit de man gemaakt is." Daarom zal een man weggaan bij zijn vader en moeder en van zijn vrouw houden en trouw aan haar zijn. Vanaf dan zijn ze één geheel. | Van die rib maakte God, de Heer, een vrouw. Toen bracht God de vrouw naar de mens. De mens riep: ‘Eindelijk een mens, net als ik! Ze is mijn eigen vlees en bloed, want ze is gemaakt uit een deel van mij. Ik noem haar ‘vrouw’.’ Zo komt het dat een man niet bij zijn vader en moeder blijft. Hij gaat met zijn vrouw leven en ze worden samen helemaal één. |
Onze God is in de hemel. Wat Híj wil, gebeurt. | Wij weten dat u in de hemel bent. U kunt alles doen wat u wilt. |
Ik wil altijd dicht bij U zijn. Met U naast me kan mij niets gebeuren. | Steeds denk ik aan u, Heer. U bent altijd bij me, er kan met mij niets ergs gebeuren. |
De mensen die van uw wet houden, hebben vrede. Hun kan niets gebeuren. | Mensen die uw wet liefhebben, vinden vrede en geluk. Het gaat altijd goed met hen. |
Mensen maken allerlei plannen. Maar wat de Heer van plan is, gebeurt. | Mensen bedenken zelf wat ze willen doen, maar de Heer bepaalt wat er gebeurt. |
Daarom zeg Ik jullie: alles waar je om bidt, zal gebeuren als je gelooft dat je het zal krijgen. | Daarom zeg ik: Als je iets aan God vraagt, geloof dan dat je het al gekregen hebt. Dan krijg je het ook. |
Luister goed! Ik zeg jullie: als je dan tegen deze berg zou zeggen: 'Kom van de grond en gooi jezelf in de zee!' dan zal dat ook gebeuren. Maar dan moet je in je hart niet twijfelen. Je moet geloven dat wat je zegt ook gebeurt. | Luister goed naar mijn woorden: Als je iets aan God vraagt, twijfel dan niet, maar geloof dat het zal gebeuren. Dan gebeurt het ook. Zelfs als je tegen die berg daar zegt: ‘Kom van je plaats en laat je in de zee vallen.’ |
Goede mensen kunnen blijdschap verwachten. Maar waar slechte mensen naar verlangen, gebeurt nooit. | Goede mensen weten dat ze gelukkig zullen zijn, maar slechte mensen kunnen niets verwachten. |
Net zo zullen de woorden die Ik spreek, niet naar Mij terugkomen zonder dat ze hun werk hebben gedaan. Wat Ik zeg, zal gebeuren. | Zo gaat het ook met de woorden die uit mijn mond komen. Ze komen pas weer bij mij terug als ze hun doel bereikt hebben. Mijn woorden komen pas terug als ze ook daden geworden zijn. |
Dat zeg ik niet omdat ik ergens tekort aan zou hebben. Want ik heb geleerd om altijd genoeg te hebben, wát er ook gebeurde. | Ik wil niet klagen dat ik het zo moeilijk heb. Want ik heb geleerd om in alle situaties tevreden te zijn. |
Mensen denken na over de beslissingen die ze moeten nemen, maar de Heer bepaalt wat er uiteindelijk gebeurt. | Mensen maken plannen voor hun leven, maar de Heer bepaalt wat er gebeurt. |
En als we weten dat Hij al onze gebeden beantwoordt, weten we dat we krijgen waar we Hem om hebben gevraagd. | We weten dus dat God naar ons luistert als we hem iets vragen. We hebben God gevraagd om ons het eeuwige leven te geven. En we kunnen er dus zeker van zijn dat hij ons dat gegeven heeft. |
Als iemand niet wil luisteren naar de wet van God, wil de Heer niet luisteren naar zijn gebeden. Hij walgt ervan. | Als je je niet houdt aan de wet, luistert de Heer niet naar je gebed. |
Daarom aten we niet en smeekten we onze God om ons een veilige reis te geven. En Hij deed wat wij Hem gebeden hadden. | We vastten allemaal, en we vroegen hulp aan onze God. En hij heeft ons inderdaad geholpen. |
Jezus antwoordde: "Luister goed! Ik zeg jullie: als jullie geloof hebben en niet twijfelen, dan zullen jullie niet alleen doen wat er met de vijgenboom is gebeurd. Maar zelfs als jullie tegen deze berg zeggen: 'Kom van de grond en gooi jezelf in de zee,' dan zal dat gebeuren." | Jezus antwoordde: ‘Luister goed naar mijn woorden: Als je gelooft en niet twijfelt, dan kun je een boom laten verdorren. Sterker nog, dan kun je tegen die berg daar zeggen: ‘Kom van je plaats en laat je in de zee vallen.’ En dan zal dat gebeuren.’ |
Zeg daarom tegen hen: Dit zegt de Heer: Niets van wat Ik gezegd heb, zal Ik nog langer uitstellen. Wat Ik heb gezegd, gaat nú gebeuren, zegt de Heer. | Maar jij moet tegen die mensen zeggen: ‘Wat ik namens de Heer zeg, zal al heel snel gebeuren. De Heer zal er niet lang mee wachten.’ |
Want ik weet dat die blijdschap mij goed zal doen. Ook jullie gebeden en de hulp van de Geest van Jezus Christus helpen mij. | Want ik weet zeker dat deze tijd in de gevangenis zal leiden tot mijn redding. Dankzij jullie gebed en de hulp van de Geest van Jezus Christus zal God mij redden. |
Wie heeft dat gedaan en wie liet dat gebeuren? Ik, de Heer, die de mensen vanaf het begin heb gemaakt. Ik, de Heer, die de Eerste en de Laatste ben en voor eeuwig Dezelfde. | Wie heeft dat allemaal laten gebeuren? Dat ben ik, de Heer! En wie bepaalt steeds wat er gaat gebeuren? Dat ben ik! Ik was er al in het begin, en ik zal er ook aan het einde zijn. |
Ik bid dat de Heer van vrede jullie aldoor en altijd zijn vrede zal geven, wát er ook gebeurt. Ook dat Hij met jullie allemaal zal zijn. | Ik bid dat de Heer van de vrede jullie zijn vrede geeft, altijd en op alle mogelijke manieren. En dat hij goed zorgt voor jullie allemaal. |
Nadat Job voor zijn vrienden had gebeden, zorgde de Heer ervoor dat het weer goed ging met Job. Hij gaf hem het dubbele van wat hij vroeger had gehad. | Nadat Job voor zijn vrienden gebeden had, liet de Heer een nieuwe tijd voor Job beginnen. Toen ging het veel beter met hem. De Heer gaf hem zelfs twee keer zo veel bezit als vroeger. |
Gerelateerde onderwerpen
Bidden
Wees altijd blij. Bid...
Afhankelijkheid
Want Ik, je Heer...
Spreken
Je tong heeft de...
Lichaam
Weten jullie dan niet...
Vertrouwen
Vertrouw met je hele...
Gezondheid
Dien en aanbid Mij...