Alles waar jullie in gebed om vragen zul je ontvangen, als je maar gelooft. | Alles wat je in je gebed aan God vraagt, zul je krijgen. Als je maar gelooft. |
Weduwen en wezen mag je evenmin uitbuiten. Doe je dat toch en smeken zij Mij om hulp, dan zal Ik zeker naar hen luisteren: Ik zal in woede ontsteken en ieder van jullie doden, en dan zullen jullie eigen vrouwen weduwe worden en jullie kinderen wees. | Weduwen mag je niet slecht behandelen, en ook kinderen zonder vader niet. Als je dat toch doet en als ze mij dan om hulp vragen, zal ik naar hen luisteren. Dan zal ik kwaad worden en jullie doden. Dan hebben jullie eigen vrouwen geen man meer. En dan hebben jullie eigen kinderen geen vader meer. |
Alles wat jullie in het donker zeggen, zal in het licht worden gehoord, en wat jullie binnenskamers in iemands oor fluisteren, zal van de daken geschreeuwd worden. | Nu is alles waarover jullie praten, nog geheim. Maar straks zal iedereen het te horen krijgen. |
Als jullie dus, slecht als jullie zijn, je kinderen al goede gaven kunnen schenken, hoeveel te meer zal de Vader in de hemel dan niet de heilige Geest geven aan wie Hem daarom vragen! | Jullie zorgen goed voor je kinderen, ook al zijn jullie slechte mensen. Dan zal jullie hemelse Vader zeker goed voor jullie zorgen. Hij geeft de heilige Geest aan mensen die daarom vragen. |
Dit zeg Ik tegen jullie om je mijn vreugde te geven, dan zal je vreugde volkomen zijn. | Ik vertel jullie al deze dingen, omdat ik wil dat jullie dezelfde vreugde voelen als ik. Ik wil dat jullie vreugde volmaakt is. |
Hij zei tegen hen: ‘Kom, volg Mij, Ik zal van jullie vissers van mensen maken.’ | Jezus zei tegen hen: ‘Kom, ga met mij mee. Ik zal jullie leren om mensen te vangen in plaats van vissen.’ |
Kom tot inkeer; bega geen misdaden meer, anders brengen die jullie ten val. | Maak daarom een einde aan het kwaad dat jullie doen! Zorg ervoor dat jullie niet voor je fouten gestraft worden. |
Maar als jullie nu de Mensenzoon zouden zien opstijgen naar waar Hij eerst was? | Maar stel dat jullie de Mensenzoon omhoog zien gaan naar de plaats waar hij vandaan gekomen is. Zullen jullie mij dan geloven? |
Wanneer de wereld je haat, bedenk dan dat ze Mij eerder haatte dan jullie. | De mensen zullen jullie haten. Maar bedenk dat ze eerst mij gehaat hebben. |
Dit zeg Ik daarover: heb je vijanden lief en bid voor wie jullie vervolgen. | Dit zeg ik daarover: Je moet ook van je vijanden houden. En je moet bidden voor de mensen die jou in moeilijkheden brengen. |
Wanneer je staat te bidden en je hebt een ander iets te verwijten, vergeef hem dan, opdat ook jullie Vader in de hemel jullie je misstappen vergeeft. | En als je aan het bidden bent, vergeef dan een ander zijn fouten. Dan zal je hemelse Vader ook jouw fouten vergeven. |
Jullie zeggen altijd “meester” en “Heer” tegen Mij, en terecht, want dat ben Ik ook. | Jullie noemen mij ‘meester’ en ‘Heer’. En dat is goed, want dat ben ik. |
Bij het zien van die kwastjes zullen jullie herinnerd worden aan alle geboden van de HEER, zodat jullie die naleven en Mij niet ontrouw worden door de begeerten van je hart en je ogen te volgen. | Telkens als jullie die kwastjes zien, zullen jullie denken aan al mijn regels. En dan zullen jullie je aan die regels houden. Dan zullen jullie mij niet ontrouw worden door je eigen verlangens te volgen. |
Genees zieken en wek doden op, reinig mensen die door een huidziekte onrein zijn, en drijf demonen uit. Om niet hebben jullie ontvangen, om niet moeten jullie geven! | Maak zieke mensen beter en maak dode mensen weer levend. Maak mensen met een huidziekte beter en jaag kwade geesten weg. Jullie krijgen die macht van God. Help daarmee andere mensen en vraag er niets voor terug. |
Maar wanneer de heilige Geest over jullie komt, zullen jullie kracht ontvangen om mijn getuigen te zijn in Jeruzalem, in heel Judea en Samaria, tot aan de uiteinden van de aarde. | Maar jullie zullen kracht krijgen van de heilige Geest. En daarna moeten jullie overal in Jeruzalem over mij vertellen. En in heel Judea en Samaria, en overal op aarde. |
Kijk naar de vogels in de lucht: ze zaaien niet en oogsten niet en vullen geen voorraadschuren; het is jullie hemelse Vader die ze voedt. Zijn jullie niet meer waard dan zij? | Kijk eens naar de vogels in de lucht. Ze werken niet op het land en ze bewaren geen graan in een schuur. Jullie Vader in de hemel geeft ze te eten. En jullie zijn voor hem veel belangrijker dan de vogels. |
Vandaag is in de stad van David jullie redder geboren. Hij is de messias, de Heer. | Vandaag is jullie redder geboren: Christus, de Heer. Hij is geboren in Betlehem, de stad van David. |
Wat kosten vijf mussen? Bijna niets. Toch wordt er niet één door God vergeten. Zelfs de haren op jullie hoofd zijn alle geteld. Wees niet bang, jullie zijn meer waard dan een hele zwerm mussen. | Mussen kosten bijna niets. Je hebt er al vijf voor een paar cent. En toch vergeet God geen enkele mus. Jullie zijn voor God veel belangrijker dan mussen. God weet zelfs hoeveel haren jullie op je hoofd hebben. Je hoeft dus niet bang te zijn. |
Dan zal Ik de Vader vragen jullie een andere pleitbezorger te geven, die altijd bij je zal zijn. | En ik zal de Vader vragen om jullie een nieuwe helper te geven: de heilige Geest. Die zal voor altijd bij jullie zijn. |
En toch wacht de HEER op het ogenblik dat Hij jullie genadig kan zijn; toch zal Hij zich oprichten om zich over jullie te ontfermen. Want de HEER is een God van recht. Gelukkig de mens die op Hem wacht. | Toch zal de Heer op jullie wachten. Hij wacht totdat hij weer goed voor jullie kan zijn. Hij wacht totdat hij weer van jullie kan houden. Want de Heer is een rechtvaardige God. En iedereen die op hem vertrouwt, zal gelukkig zijn. |
Je steekt ook geen lamp aan om hem vervolgens onder een korenmaat weg te zetten, nee, je zet hem op een standaard, zodat hij licht geeft voor ieder die in huis is. Zo moet jullie licht schijnen voor de mensen, zodat zij jullie goede daden kunnen zien en eer bewijzen aan jullie Vader in de hemel. | Niemand zet een brandende lamp onder een emmer. Je zet een lamp juist hoog. Dan schijnt het licht voor alle mensen in huis. Zo moeten ook jullie een licht zijn en schijnen voor alle mensen. Dan zien ze de goede dingen die jullie doen. En dan zullen ze jullie hemelse Vader eren. |
Keer terug naar mij, dan zal ik naar jullie terugkeren – zegt de HEER van de hemelse machten. | Maar nu moet jij namens mij tegen het volk zeggen: ‘Ik ben de machtige Heer. Jullie moeten weer gaan leven zoals ik het wil. Dan zal ik bij jullie terugkomen.’ |
Genees de zieken die er zijn en zeg tegen hen: “Het koninkrijk van God heeft jullie bereikt.” | Maak daar de zieke mensen beter en zeg tegen hen: ‘Gods nieuwe wereld is dichtbij.’ |
Maar als jullie bidden, trek je dan terug in je huis, sluit de deur en bid tot je Vader, die in het verborgene is. En jullie Vader, die in het verborgene ziet, zal je ervoor belonen. | Als je gaat bidden, ga dan je huis in en doe de deur dicht. Dan kun je in het geheim tot je Vader bidden. Je Vader ziet wat er in het geheim gebeurt. En hij zal je belonen. |
Maar voor jullie die ontzag voor mijn naam hebben zal de zon van de gerechtigheid, die genezing in haar vleugels draagt, stralend opgaan. Huppelend als kalveren die op stal hebben gestaan zullen jullie naar buiten komen. | Maar jullie hebben eerbied voor mij. Voor jullie zal op die dag de zon opgaan. En die zon zal geluk en vrede brengen. Jullie zullen net zo vrolijk zijn als kalveren die losgelaten worden uit de stal. |
Bijbeltekst van de dag
Een dwaas veracht zijn vaders vermaning,wie berispingen ter harte neemt is verstandig.