U zegt: ‘Alles is toegestaan.’ Zeker, maar niet alles is goed. Alles is toegestaan, maar niet alles is opbouwend. | Jullie zeggen: ‘Wij mogen doen wat we willen.’ Maar ik zeg: Ja, maar niet alles is goed. Jullie zeggen: ‘Wij mogen doen wat we willen.’ Maar ik zeg: Ja, maar alleen als je daarmee ook de anderen helpt. |
Oefening van het lichaam heeft wel enig nut, maar het nut van een vroom leven is grenzeloos, omdat het een belofte inhoudt voor dit leven en het leven dat komen zal. | Het is best nuttig om oefeningen te doen voor je lichaam. Maar het is pas echt zinvol om jezelf te oefenen om Gods wil te doen. Want wie Gods wil doet, wordt door hem beloond in het aardse leven, en in het leven dat nog komt. |
U zegt: ‘Alles is mij toegestaan.’ Maar niet alles is goed voor u. Zeker, alles is mij toegestaan, maar ik mag me door niets laten beheersen. | Jullie zeggen: ‘Wij mogen doen wat we willen.’ Maar ik zeg: Ja, maar niet alles is goed! Jullie zeggen: ‘Wij mogen doen wat we willen.’ Maar ik zeg: Laat je leven niet beheersen door slechte verlangens! |
Laat geen verderfelijke taal over uw lippen komen, maar alleen goede en waar nodig opbouwende woorden, die goeddoen aan wie ze hoort. | Zeg geen slechte, negatieve dingen over mensen. Maar zeg, als het nodig is, dingen die het geloof van anderen sterker maken. Zeg iets dat mensen goeddoet. |
U weet ook dat ik alles bekend heb gemaakt wat uw welzijn ten goede komt en dat ik u daarover in het openbaar en thuis heb onderricht. | Ik heb jullie alles geleerd wat belangrijk voor jullie was. Dat deed ik bij mensen thuis en in het openbaar. |
Alles wat de Schrift zegt is door God geïnspireerd en kan gebruikt worden om onderricht te geven, om dwalingen en fouten te weerleggen, en om op te voeden tot een rechtschapen leven, zodat een dienaar van God voor zijn taak berekend is en voor elk goed doel volledig is toegerust. | Alles wat in de heilige boeken staat, komt van God. Daarom kun je alles wat erin staat, gebruiken om uitleg te geven over het geloof. Je kunt het ook gebruiken als mensen verkeerde ideeën hebben of verkeerde dingen doen. En je kunt het gebruiken om mensen te leren hoe ze goed kunnen leven. Dankzij de heilige boeken kan een leider van de kerk zijn taak uitvoeren en veel goede dingen doen. |
Maar dit is de waarheid: het is goed voor jullie dat Ik ga, want als Ik niet ga zal de pleitbezorger niet bij jullie komen, maar als Ik weg ben, zal Ik Hem naar jullie zenden. | Luister, dit is de waarheid: het is alleen maar goed voor jullie dat ik wegga. Want anders kan jullie helper, de heilige Geest, niet komen. Ik zal hem naar jullie toe sturen als ik bij God ben. |
Maar bemiddeling is niet nodig wanneer er maar één is die handelt, en God is één. | Waarom bestaat die wet dan eigenlijk? De wet liet mensen zien welke slechte dingen ze deden. De wet was dus nuttig, totdat Christus kwam. Want over hem gaat de belofte. God heeft zelf die belofte aan Abraham gegeven. Maar met de wet ging het anders. Want de wet kwam pas via Gods engelen en via Mozes bij het volk. |
Ik zeg u: van elk nutteloos woord dat mensen spreken, zullen ze op de dag van het oordeel rekenschap moeten afleggen. | Luister naar mijn woorden: God zal rechtspreken over de wereld. En dan bekijkt hij of mensen verkeerde dingen gezegd hebben. |