Stel dat een rijke gelovige ziet dat een andere gelovige arm is. Maar hij heeft geen medelijden met die ander, en helpt hem niet. Dan blijft Gods liefde niet in hem.
Wie dan de goederen van de wereld heeft, en zijn broeder gebrek ziet lijden, maar zijn hart voor hem toesluit, hoe kan de liefde van God in hem blijven?
Allen die gezondigd hebben zonder de wet te kennen, zullen ook zonder de wet verloren gaan; en allen die gezondigd hebben terwijl ze de wet wel kennen, zullen door de wet worden veroordeeld.
Wat u ook doet, doe het van harte, alsof het voor de Heer is en niet voor de mensen, want u weet dat u van de Heer een erfenis als beloning zult ontvangen. Dien Christus: Hij is uw meester!