In vrede leg ik mij neer
en meteen slaap ik in,
want U, HEER, laat mij wonen
in een vertrouwd en veilig huis.
en meteen slaap ik in,
want U, HEER, laat mij wonen
in een vertrouwd en veilig huis.
Heer, u laat mij veilig wonen.
Ik hoef niet bang te zijn,
ik kan rustig slapen.
Ik hoef niet bang te zijn,
ik kan rustig slapen.
In vrede zal ik gaan liggen en weldra slapen,
want U alleen, HEERE, doet mij veilig wonen.
want U alleen, HEERE, doet mij veilig wonen.
In vrede kan ik mij te ruste begeven en aanstonds inslapen,
want Gij alleen, o Here, doet mij veilig wonen.
want Gij alleen, o Here, doet mij veilig wonen.
Ik kan in alle rust naar bed gaan en vredig in slaap vallen.
Want U alleen, Heer, zorgt ervoor dat ik veilig ben.
Want U alleen, Heer, zorgt ervoor dat ik veilig ben.