De echte rust moet dus nog komen voor het volk van God. Want als je Gods nieuwe wereld binnengaat, dan mag je uitrusten van al je werk. Net zoals God uitrustte van zijn werk.
Laten wij dan ons uiterste best doen om dat land van rust binnen te gaan! Laten we vasthouden aan ons geloof. En laten we niet ongehoorzaam zijn, zoals het volk in de woestijn.
De woorden van de levende God zijn krachtig. Ze dringen diep door in ons hart, nog dieper dan een scherp zwaard. Want God weet wat ons van binnen bezighoudt. En hij beoordeelt onze gedachten en verlangens.
Jezus, onze hogepriester in de hemel, heeft veel moeten lijden, net als wij. Zelf heeft hij nooit iets verkeerds gedaan. Maar hij weet wel hoe moeilijk het is om geen verkeerde keuzes te maken.
Laten we daarom vol vertrouwen leven als volk van God. En als het nodig is, helpt Jezus ons. Want hij is onze hogepriester. Hij heeft medelijden met ons, en hij is goed voor ons.