Spreuken 10 - HSV & NBG

Een wijze zoon verblijdt zijn vader, maar een dwaze zoon betekent verdriet… Spreuken 10:1

Een wijze zoon verblijdt zijn vader, maar een dwaze zoon betekent verdriet voor zijn moeder. Spreuken 10:1	Een wijs zoon verheugt zijn vader, maar een dwaas zoon is een bekommering voor zijn moeder. vreugde familie wijsheid
Schatten aan goddeloosheid baten niet, maar gerechtigheid redt van de dood. Spreuken 10:2	Schatten, door goddeloosheid verkregen, doen geen nut, maar gerechtigheid redt van de dood. eerlijkheid geld rechtvaardigheid
Zegeningen rusten er op het hoofd van de rechtvaardige, maar geweld overdekt de mond van de goddelozen. Spreuken 10:6	Zegeningen zijn op het hoofd des rechtvaardigen, maar de mond der goddelozen verbergt geweld. rechtvaardigheid spreken zegen
De herinnering aan de rechtvaardige is tot zegen, maar de naam van goddelozen zal wegteren. Spreuken 10:7	De gedachtenis des rechtvaardigen zal tot zegening zijn, maar de naam der goddelozen zal wegrotten. zonde rechtvaardigheid zegen
Wie wijs van hart is, neemt de geboden aan, maar wie dwaas van lippen is, komt ten val. Spreuken 10:8	Wie wijs van hart is, neemt geboden aan, maar wie dwaas van lippen is, komt ten val. wet wijsheid hart
Wie in oprechtheid zijn weg gaat, gaat een veilige weg, maar wie kromme wegen gaat, zal opgemerkt worden. Spreuken 10:9	Wie in oprechtheid wandelt, gaat veilig, maar wie zijn wegen verdraait, wordt doorzien. zonde veiligheid leven
Haat wekt twisten op, maar liefde bedekt alle overtredingen. Spreuken 10:12	Haat verwekt krakelen, maar liefde bedekt alle overtredingen. liefde boosheid kwaad
Het pad ten leven is voor hem die vermaning in acht neemt, maar wie bestraffing achter zich laat, doet dwalen. Spreuken 10:17	Een pad ten leven is hij, die de vermaning in acht neemt, maar wie de terechtwijzing veracht, doet dwalen. gehoorzaamheid leven luisteren
Wie haat toedekt, heeft valse lippen, en wie een kwaad gerucht verspreidt, die is een dwaas. Spreuken 10:18	Wie haat verbergt, is een leugenlip; wie laster verbreidt, is een dwaas. spreken roddelen liegen
In de veelheid van woorden ontbreekt de overtreding niet, maar wie zijn lippen inhoudt, is verstandig. Spreuken 10:19	In veelheid van woorden ontbreekt de overtreding niet, maar wie zijn lippen bedwingt, is verstandig. zonde spreken
De tong van de rechtvaardige is het beste zilver, het hart van de goddelozen is weinig waard. Spreuken 10:20	Uitgelezen zilver is de tong des rechtvaardigen; het hart der goddelozen is weinig waard. waardevol rechtvaardigheid spreken
De zegen van de HEERE, die maakt rijk, Hij voegt er geen zwoegen aan toe. Spreuken 10:22	De zegen des Heren, die maakt rijk, zwoegen voegt er niets aan toe. geld zegen afhankelijkheid
De verwachting van de rechtvaardigen is blijdschap, maar de hoop van de goddelozen zal vergaan. Spreuken 10:28	De verwachting der rechtvaardigen is vreugde, maar de hoop der goddelozen gaat teniet. rechtvaardigheid hoop geduld
De weg van de HEERE is kracht voor de oprechte, maar de ondergang voor hen die onrecht bedrijven. Spreuken 10:29	De weg des Heren is een beschutting voor de oprechten, maar onheil voor de bedrijvers van ongerechtigheid. zonde betrouwbaarheid wet
De lippen van de rechtvaardige weten wat aangenaam is, maar de mond van de goddelozen alleen verderfelijke dingen. Spreuken 10:32	De lippen van de rechtvaardige weten wat welgevallig is, maar de mond der goddelozen is enkel valsheid. waarheid rechtvaardigheid spreken