Wie de volmaakte weg gaat en doet wat goed is, wie oprecht de waarheid spreekt. Hij doet aan lasterpraat niet mee, hij benadeelt een ander niet en drijft niet de spot met zijn naaste. | Hij, die onberispelijk wandelt en doet wat recht is en waarheid spreekt in zijn hart, die met zijn tong niet lastert, die zijn metgezel geen kwaad doet en geen smaad op zijn naaste laadt. |
Kinderen, we moeten niet liefhebben met de mond, met woorden, maar waarachtig, met daden. | Kinderkens, laten wij liefhebben niet met het woord of met de tong, maar met de daad en in waarheid. |
Niets verheugt mij meer dan te horen dat mijn kinderen de weg van de waarheid volgen. | Groter blijdschap ken ik niet, dan dat ik hoor, dat mijn kinderen in de waarheid wandelen. |
En tegen de Joden die in Hem geloofden zei Jezus: ‘Wanneer u blijft vasthouden aan wat Ik zeg, bent u werkelijk mijn leerlingen. U zult de waarheid kennen, en de waarheid zal u bevrijden.’ | Jezus dan zeide tot de Joden, die in Hem geloofden: Als gij in mijn woord blijft, zijt gij waarlijk discipelen van Mij en gij zult de waarheid verstaan, en de waarheid zal u vrijmaken. |
Als we zeggen dat we met Hem verbonden zijn terwijl we onze weg in het duister gaan, liegen we en leven we niet volgens de waarheid. | Indien wij zeggen, dat wij gemeenschap met Hem hebben en in de duisternis wandelen, dan liegen wij en doen de waarheid niet. |
Ten slotte, broeders en zusters, laat u leiden door al wat waar is, al wat edel, rechtvaardig, zuiver, beminnelijk en eervol is, kortom door al wat deugdzaam is en lof verdient. | Voorts, broeders, al wat waar, al wat waardig, al wat rechtvaardig is, al wat rein, al wat beminnelijk, al wat welluidend is, al wat deugd heet en lof verdient, bedenkt dat. |
Jezus zei: ‘Ik ben de weg, de waarheid en het leven. Niemand kan bij de Vader komen dan door Mij.’ | Jezus zeide tot hem: Ik ben de weg en de waarheid en het leven; niemand komt tot de Vader dan door Mij. |
Dan zullen we, door ons aan de waarheid te houden en elkaar lief te hebben, samen volledig toegroeien naar Hem die het hoofd is: Christus. | Maar dan groeien wij, ons aan de waarheid houdende, in liefde in elk opzicht naar Hem toe, die het hoofd is, Christus. |
Wijs mij de weg van uw waarheid en onderricht mij, want U bent de God die mij redt, op U blijf ik hopen, elke dag weer. | Leid mij in uw waarheid en leer mij, want Gij zijt de God mijns heils, U verwacht ik de ganse dag. |
Span je in om voor God te staan als iemand die betrouwbaar is. Zorg dat je je niet voor je werk hoeft te schamen en verkondig regelrecht de waarheid. | Maak er ernst mede u wèl beproefd ten dienste van God te stellen, als een arbeider, die zich niet behoeft te schamen, doch rechte voren trekt bij het brengen van het woord der waarheid. |
Wie rechtvaardig is, kiest het juiste woord, een goddeloze neemt slechts leugens in de mond. | De lippen van de rechtvaardige weten wat welgevallig is, maar de mond der goddelozen is enkel valsheid. |
Behoed dan je tong voor het kwaad, je lippen voor woorden van bedrog. | Bewaar uw tong voor het kwade en uw lippen voor het spreken van bedrog. |
Geloof is de zekerheid dat alles waarop we hopen werkelijkheid wordt, het overtuigt ons van de waarheid van wat we niet zien. | Het geloof nu is de zekerheid der dingen, die men hoopt, en het bewijs der dingen, die men niet ziet. |
Elk woord van God is getoetst, Hij is een schild voor wie bij Hem hun toevlucht zoeken. | Alle woord Gods is gelouterd; hun die bij Hem schuilen, is Hij ten schild. |
Ik heb de betrouwbare weg gekozen, met uw voorschriften voor ogen. | Ik verkies de weg der waarheid, Ik stel uw verordeningen voor mij. |
Want God is Geest, dus wie Hem aanbidt, moet dat doen vervuld van Geest en waarheid. | God is geest en wie Hem aanbidden, moeten aanbidden in geest en in waarheid. |
Maar bovenal, broeders en zusters, zweer geen enkele eed, niet bij de hemel, niet bij de aarde, nergens bij. Laat uw ja ja zijn, en uw nee nee, anders zult u veroordeeld worden. | Maar vooral, mijn broeders, zweert niet, noch bij de hemel, noch bij de aarde, noch welke andere eed ook. Laat ja bij u ja zijn en neen neen, opdat gij niet onder het oordeel valt. |
We weten ook dat de Zoon van God gekomen is en ons inzicht heeft gegeven om de ware God te kennen. En wij zijn in Hem, omdat we in zijn Zoon Jezus Christus zijn. Hij is de ware God, Hij is het eeuwige leven. | Doch wij weten, dat de Zoon van God gekomen is en ons inzicht gegeven heeft om de Waarachtige te kennen; en wij zijn in de Waarachtige, in zijn Zoon Jezus Christus. Dit is de waarachtige God en het eeuwige leven. |
Bedriegers zijn de HEER een gruwel, betrouwbare mensen zijn Hem welgevallig. | Leugenlippen zijn de Here een gruwel, maar wie trouw handelen, zijn Hem welgevallig. |
Wat uzelf betreft: de zalving die u van Hem ontvangen hebt is blijvend, u hebt geen leraar nodig. Zijn zalving leert u alles naar waarheid, zonder bedrog. Blijf daarom in Hem, zoals zijn zalving u geleerd heeft. | En wat u betreft, de zalving, die gij van Hem ontvangen hebt, blijft op u, en gij hebt niet van node, dat iemand u lere; maar, gelijk zijn zalving u leert over alle dingen, en waarachtig is en geen leugen, blijft in Hem, gelijk zij u geleerd heeft. |
Hij wilde ons door de verkondiging van de waarheid tot leven roepen, zodat wij als het ware de eerste opbrengst van zijn schepping zijn. | Naar zijn raadsbesluit heeft Hij ons voortgebracht door het woord der waarheid, om in zekere zin eerstelingen te zijn onder zijn schepselen. |
Niets is verborgen dat niet onthuld zal worden, en niets is geheim dat niet bekend zal worden. | Er is niets bedekt, of het zal geopenbaard worden, en verborgen, of het zal bekend worden. |
Neem nooit leugens in de mond, laat geen bedrog over je lippen komen. | Doe weg van u de valsheid van mond en houd ver van u de verkeerdheid der lippen. |
Oprecht is het woord van de HEER, alles wat Hij doet is betrouwbaar. | Want des Heren woord is waarachtig, al zijn werk geschiedt in trouw. |
Ze verheugt zich niet over het onrecht maar vindt vreugde in de waarheid. Alles verdraagt ze, alles gelooft ze, alles hoopt ze, in alles volhardt ze. | Zij is niet blijde over ongerechtigheid, maar zij is blijde met de waarheid. Alles bedekt zij, alles gelooft zij, alles hoopt zij, alles verdraagt zij. |