Bijbelteksten over 'En'
En God zei: Laat er licht zijn! En er was licht. | En God zeide: Er zij licht; en er was licht. |
Ik ben de Alfa en de Omega, het Begin en het Einde, zegt de Heere, Die is en Die was en Die komt, de Almachtige. | Ik ben de alfa en de omega, zegt de Here God, die is en die was en die komt, de Almachtige. |
En elk schepsel dat in de hemel, op de aarde, onder de aarde en op de zee is, en alles wat daarin is, hoorde ik zeggen: Aan Hem Die op de troon zit, en aan het Lam zij de dankzegging, de eer, de heerlijkheid en de kracht in alle eeuwigheid. | En alle schepsel in de hemel en op de aarde en onder de aarde en op de zee en alles wat daarin is, hoorde ik zeggen: Hem, die op de troon gezeten is, en het Lam zij de lof en de eer en de heerlijkheid en de kracht tot in alle eeuwigheden. |
En Hem lief te hebben met heel het hart en met heel het verstand en met heel de ziel en met heel de kracht, en de naaste lief te hebben als zichzelf, is meer dan alle brandoffers en slachtoffers. | En Hem lief te hebben uit geheel het hart en uit geheel het verstand en uit geheel de kracht, en de naaste lief te hebben als zichzelf, is meer dan alle brandoffers en slachtoffers. |
En Ik zeg u: Bid, en u zal gegeven worden; zoek, en u zult vinden; klop, en er zal voor u opengedaan worden. | En Ik zeg u: Bidt en u zal gegeven worden; zoekt en gij zult vinden; klopt en u zal opengedaan worden. |
Want het Woord van God is levend en krachtig en scherper dan enig tweesnijdend zwaard, en het dringt door tot op de scheiding van ziel en geest, van gewrichten en merg, en het oordeelt de overleggingen en gedachten van het hart. | Want het woord Gods is levend en krachtig en scherper dan enig tweesnijdend zwaard en het dringt door, zó diep, dat het vaneenscheidt ziel en geest, gewrichten en merg, en het schift overleggingen en gedachten des harten. |
En omstreeks middernacht baden Paulus en Silas en zongen lofzangen voor God. En de gevangenen luisterden naar hen. | Maar omstreeks middernacht baden Paulus en Silas en zongen Gods lof, en de gevangenen luisterden naar hen. |
U noemt Mij Meester en Heere, en u zegt het terecht, want Ik ben het. | Gij noemt Mij Meester en Here, en gij zegt dat terecht, want Ik ben het. |
Mijn God en Koning, ik zal U roemen en Uw Naam loven, voor eeuwig en altijd. | Ik zal U verhogen, mijn God, Gij Koning, ik zal uw naam prijzen voor altoos en immer. |
Wij vastten en verzochten onze God hierom, en Hij liet Zich door ons verbidden. | Dus vastten wij en smeekten onze God hierover, en Hij liet Zich door ons verbidden. |
Wie Mijn vlees eet en Mijn bloed drinkt, blijft in Mij en Ik in hem. | Wie mijn vlees eet en mijn bloed drinkt, blijft in Mij en Ik in hem. |
En de HEERE God maakte voor Adam en voor zijn vrouw kleren van huiden en kleedde hen daarmee. | En de Here God maakte voor de mens en voor zijn vrouw klederen van vellen en bekleedde hen daarmede. |
En de herders keerden terug en zij verheerlijkten en loofden God om alles wat zij gehoord en gezien hadden, zoals tot hen gesproken was. | En de herders keerden terug, God lovende en prijzende om alles wat zij hadden gehoord en gezien, gelijk het hun gezegd was. |
Bid, en u zal gegeven worden; zoek, en u zult vinden; klop, en er zal voor u opengedaan worden. | Bidt en u zal gegeven worden; zoekt en gij zult vinden; klopt en u zal opengedaan worden. |
En u zult de Heere, uw God, liefhebben met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand en met heel uw kracht. Dit is het eerste gebod. | Het eerste is: Hoor, Israël, de Here, onze God, de Here is één, en gij zult de Here, uw God, liefhebben uit geheel uw hart en uit geheel uw ziel en uit geheel uw verstand en uit geheel uw kracht. |
In het begin schiep God de hemel en de aarde. De aarde nu was woest en leeg, en duisternis lag over de watervloed; en de Geest van God zweefde boven het water. | In den beginne schiep God de hemel en de aarde. De aarde nu was woest en ledig, en duisternis lag op de vloed, en de Geest Gods zweefde over de wateren. |
Wat u ook geleerd en ontvangen en gehoord en in mij gezien hebt, doe dat; en de God van de vrede zal met u zijn. | Wat u geleerd en overgeleverd is, wat gij van mij gehoord en gezien hebt, breng dat in toepassing en de God des vredes zal met u zijn. |
Genade zij u en vrede van God, onze Vader, en van de Heere Jezus Christus. | Genade zij u en vrede van God, onze Vader, en van de Here Jezus Christus. |
Rijkdom en eer komen van voor Uw aangezicht, en U heerst over alles. In Uw hand is kracht en macht, in Uw hand is het om ieder groot te maken en sterk te maken. | Want rijkdom en eer komen van U, en Gij heerst over alles; in uw hand is sterkte en kracht, en Gij hebt het in uw macht een ieder groot en sterk te maken. |
Wie gerechtigheid en goedertierenheid najaagt, vindt het leven, rechtvaardigheid en eer. | Wie gerechtigheid en liefde najaagt, vindt leven, gerechtigheid en eer. |
En wie zijn kruis niet op zich neemt en Mij navolgt, is Mij niet waard. | En wie zijn kruis niet opneemt en achter Mij gaat, is Mij niet waardig. |
Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop. Als iemand Mijn stem hoort en de deur opent, zal Ik bij hem binnenkomen en de maaltijd met hem gebruiken, en hij met Mij. | Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop. Indien iemand naar mijn stem hoort en de deur opent, Ik zal bij hem binnenkomen en maaltijd met hem houden en hij met Mij. |
Daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en zich aan zijn vrouw hechten, en die twee zullen tot één vlees zijn. | Daarom zal een man zijn vader en zijn moeder verlaten en zijn vrouw aanhangen, en die twee zullen tot één vlees zijn. |
De aarde is van de HEERE en al wat zij bevat, de wereld en wie er wonen. | Des Heren is de aarde en haar volheid, de wereld en die daarop wonen. |
Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en tot in eeuwigheid. | Jezus Christus is gisteren en heden dezelfde en tot in eeuwigheid. |
Gerelateerde onderwerpen
Jezus
Maar Jezus keek hen...
God
De HEERE, uw God...
Aanbidding
HEERE, U bent mijn...
Lof
HEERE, U bent mijn...
Kracht
Wees niet bevreesd, want...
Schepping
In het begin schiep...