Laat je niet overwinnen door het kwaad. Maar overwin het kwaad door het goede. | Laat u niet overwinnen door het kwade, maar overwin het kwade door het goede. |
God, laat zien hoe machtig u bent, in de hemel en op aarde! | Verhef u boven de hemelen, God, laat uw glorie heel de aarde vervullen. |
Als jullie bidden, gebruik dan deze woorden: Onze Vader in de hemel, laat iedereen u eren. Laat uw nieuwe wereld komen. Laat op aarde uw wil gedaan worden, net zoals dat in de hemel gebeurt. | Bid daarom als volgt: Onze Vader in de hemel, laat uw naam geheiligd worden, laat uw koninkrijk komen, laat uw wil gedaan worden op aarde zoals in de hemel. |
Filippus zei: ‘Heer, laat ons de Vader zien! Dat is voor ons voldoende.’ | Daarop zei Filippus: ‘Laat ons de Vader zien, Heer, meer verlangen we niet.’ |
God, laat zien hoe machtig u bent, in de hemel en op aarde! | Verhef u boven de hemelen, God, laat uw glorie heel de aarde vervullen. |
Waarom twijfel je nog? Sta op en laat je dopen. Als je tot Jezus bidt, dan zal het water van je doop je zonden wegwassen. | Wat aarzel je dan nog? Sta op, laat je dopen en je zonden wegwassen, terwijl je zijn naam aanroept. |
Heer, u zult me altijd beschermen. Uw trouw duurt eeuwig, Heer. Laat uw wereld niet in de steek! | De HEER zal mij altijd beschermen. HEER, uw trouw duurt eeuwig, laat het werk van uw handen niet los. |
Laat hij u alles geven waar u om vraagt, en laat hij zorgen dat al uw plannen slagen. | Moge Hij geven wat uw hart verlangt, en al uw plannen doen slagen. |
Toen zei Jezus: ‘Laat die kinderen bij me komen. Houd ze niet tegen, want Gods nieuwe wereld is er juist voor hen.’ | Laat die kinderen, houd ze niet tegen, want het koninkrijk van de hemel behoort toe aan wie is zoals zij. |
Heer, laat ons uw liefde zien! Op u vertrouwen wij. | Schenk ons uw trouw, HEER, op U is al onze hoop gevestigd. |
Heer, bij u zoek ik bescherming. Laat mij niet alleen! Wees goed voor mij en red mij. | Bij u, HEER, schuil ik, maak mij nooit te schande. Bevrijd mij en doe mij recht. |
Christus heeft ons bevrijd. Daardoor kunnen we als vrije mensen leven. Houd dus vol en laat niemand je weer slaaf maken. | Christus heeft ons bevrijd opdat wij in vrijheid zouden leven; houd dus stand en laat u niet opnieuw een slavenjuk opleggen. |
Heer, laat mij zien hoe ik moet leven, wijs mij de goede weg. | Maak mij, HEER, met uw wegen vertrouwd, leer mij uw paden te gaan. |
Laat je leiden door de heilige Geest. Geef niet toe aan je eigen slechte verlangens. | Ik zeg u dus: laat u leiden door de Geest, dan zult u niet toegeven aan aardse begeerten. |
En behandel elkaar altijd met liefde! | Alles wat u doet, moet u met liefde doen. |
Wees bij mij en bescherm mij. Laat mij uw liefde zien en red mij. | Laat het licht van uw gelaat over mij schijnen, toon uw trouw en red uw dienaar. |
Laat iedereen merken dat jullie vriendelijk zijn. En bedenk goed: de Heer is dicht bij ons. | Laat iedereen u kennen als vriendelijke mensen. De Heer is nabij. |
Doe dat met heel je hart, laat de heilige Geest in je werken, en dien God, de Heer. | Laat uw enthousiasme niet bekoelen, maar laat u aanvuren door de Geest en dien de Heer. |
Heer, zeg mij wat ik moet doen, dan hoef ik niet te twijfelen. Bescherm mij tegen het kwaad. | Stuur mijn gangen zoals U hebt beloofd, lever mij niet uit aan de macht van het kwaad. |
Bedenk wat Jezus Christus gedaan heeft. Daaraan zien jullie hoe jullie met elkaar om moeten gaan. | Laat onder u de gezindheid heersen die Christus Jezus had. |
Laat mij elke ochtend uw liefde zien. Zeg me wat ik moet doen, want op u vertrouw ik, naar u verlang ik. | Laat mij in de morgen uw liefde horen, in U stel ik mijn vertrouwen, wijs mij de weg die ik gaan moet, mijn ziel verlangt naar U. |
Pas op, je kunt God niet bedriegen. Uiteindelijk geeft hij je wat je verdient. | Vergis u niet, God laat niet met zich spotten: wat een mens zaait, zal hij ook oogsten. |
Met heel mijn hart zoek ik u. Help mij om te doen wat u wilt. | Met heel mijn hart heb ik U gezocht, laat mij niet afdwalen van uw geboden. |
Ik laat jullie niet alleen, maar ik kom terug om jullie die nieuwe helper te geven. | Ik laat jullie niet als wezen achter, Ik kom bij jullie terug. |
Heer, u laat mij veilig wonen. Ik hoef niet bang te zijn, ik kan rustig slapen. | In vrede leg ik mij neer en meteen slaap ik in, want U, HEER, laat mij wonen in een vertrouwd en veilig huis. |