Bijbelteksten over 'Mond'
We prijzen en vervloeken met dezelfde mond! Dat is niet goed, broeders en zusters! | Uit dezelfde mond komen zegen en vervloeking voort. Dit behoort niet zo te zijn, mijn broeders. |
Zorg dat je mond geen verkeerde dingen zegt en dat er geen leugen over je lippen komt. | Doe weg van jou valsheid van mond en houd bedrog van lippen ver van je verwijderd. |
Zelfs een dwaas die zijn mond houdt, lijkt wijs. Zolang hij niets zegt, lijkt hij verstandig. | Zelfs een dwaas die zwijgt, wordt wijs geacht, wie zijn lippen op elkaar houdt, verstandig. |
De woorden van dwaze mensen veroorzaken ruzies. Hun mond vráágt gewoon om een klap. | De lippen van een dwaas komen terecht in onenigheid, zijn mond roept om slagen. |
Door dit met je hart te geloven, word je vrijgesproken van schuld. En door het met je mond hardop te zeggen, word je gered. | Want met het hart gelooft men tot gerechtigheid en met de mond belijdt men tot zaligheid. |
Want als je met je mond hardop zegt dat Jezus de Heer is, en met je hart gelooft dat God Hem uit de dood heeft teruggeroepen en levend heeft gemaakt, ben je gered. | Als u met uw mond de Heere Jezus belijdt en met uw hart gelooft dat God Hem uit de doden heeft opgewekt, zult u zalig worden. |
Als je je tong beheerst, bewaar je je leven. Maar als je je mond zijn gang laat gaan, loopt het slecht met je af. | Wie zijn mond behoedt, bewaart zijn ziel, wie zijn lippen openspert, hem wacht de ondergang. |
Ik dank U aldoor. Ik prijs U de hele dag. | Laat mijn mond vervuld worden met Uw lof en met Uw luister, de hele dag. |
Je tong heeft de macht over leven en dood. Als je je mond zijn gang laat gaan, zul je daarvan de gevolgen dragen. | Dood en leven zijn in de macht van de tong, wie hem liefheeft, zal de vrucht ervan eten. |
Ik had de Heer nog maar nét om hulp geroepen, of ik kon Hem al danken. | Ik riep tot Hem met mijn mond, en Hij werd geroemd door mijn tong. |
Als je veel praat, zeg je vaak dingen die je niet had mogen zeggen. Maar als je je mond beheerst, ben je verstandig. | In de veelheid van woorden ontbreekt de overtreding niet, maar wie zijn lippen inhoudt, is verstandig. |
Ik wil de Heer altijd prijzen. Altijd zal ik Hem loven. | Ik zal de HEERE te allen tijde loven, Zijn lof zal voortdurend in mijn mond zijn. |
Let op: wijsheid is net zo lekker voor je ziel, als honing voor je mond. Wijsheid wordt altijd beloond: je zal krijgen waar je naar verlangt. | Evenzo is het kennen van wijsheid voor je ziel: als je haar vindt, dan is er toekomst, en wordt je hoop niet afgesneden. |
De hemel is gemaakt door het woord van de Heer. De zon, de maan en de sterren ontstonden door één woord van Hem. | Door het Woord van de HEERE is de hemel gemaakt, door de Geest van Zijn mond heel hun legermacht. |
Een goed mens weet wat goed is om te zeggen. Maar een slecht mens spreekt alleen leugens en bedrog. | De lippen van de rechtvaardige weten wat aangenaam is, maar de mond van de goddelozen alleen verderfelijke dingen. |
Iedereen luistert graag naar de woorden van een wijs mens. Maar de woorden van een dwaas storten hem in het ongeluk. | Woorden uit de mond van een wijze zijn aangenaam, maar de lippen van een dwaas verslinden hemzelf. |
Net zo zullen de woorden die Ik spreek, niet naar Mij terugkomen zonder dat ze hun werk hebben gedaan. Wat Ik zeg, zal gebeuren. | Zo zal Mijn woord zijn dat uit Mijn mond uitgaat: het zal niet vruchteloos tot Mij terugkeren, maar het zal doen wat Mij behaagt, en het zal voorspoedig zijn in hetgeen waartoe Ik het zend. |
Heer, ik wil dat U kan genieten van alles wat ik zeg of denk. Heer, U bent de rots onder mijn voeten. U bent mijn Redder. | Laat de woorden van mijn mond en de overdenking van mijn hart welgevallig zijn voor Uw aangezicht, HEERE, mijn rots en mijn Verlosser! |
U kent elk woord van mij, nog voordat ik het heb gezegd. | Al is er nog geen woord op mijn tong, zie, HEERE, U weet het alles. |
Maar Jezus antwoordde: "In de Boeken staat: 'Je kan niet alleen van brood leven. Alles wat God zegt, heb je óók nodig om te leven.' " | Maar Hij antwoordde en zei: Er staat geschreven: De mens zal niet van brood alleen leven, maar van elk woord dat uit de mond van God komt. |
Ik at geen lekkere dingen en geen vlees en ik dronk geen wijn. Ook verzorgde ik mij niet met zalf-olie, tot er drie hele weken voorbij waren. | Smakelijk voedsel at ik niet, vlees of wijn kwam niet in mijn mond, en mijzelf zalven deed ik helemaal niet, totdat die drie volle weken voorbij waren. |
Want de Heer geeft wijsheid. Alles wat Hij zegt, is wijs en verstandig. | De HEERE geeft immers wijsheid, uit Zijn mond komen kennis en inzicht. |
Hij zei tegen hen: "Begrijpen jullie het dan óók niet? Begrijpen jullie niet dat alles wat je mond íngaat, je niet onrein kan maken? Want het komt niet in je hart, maar in je buik. En op een bepaalde plaats gaat het er ook weer uit." Zo zei Hij dus dat alle soorten eten rein zijn. | En Hij zei tegen hen: Bent ook u zo onwetend? Ziet u niet in dat alles wat van buitenaf de mens binnengaat, hem niet kan verontreinigen? Want het komt niet in zijn hart maar in zijn buik en gaat in de afzondering naar buiten. Zo wordt al het voedsel gereinigd. |
Maar jij moet spreken voor mensen die niet voor zichzelf kunnen opkomen. Jij moet opkomen voor het recht van mensen die vertrapt en uitgebuit worden. | Open je mond voor een stomme, voor de rechtszaak van allen die verkwijnen. |
Spreek, en oordeel rechtvaardig. Zorg dat de arme mensen een eerlijke rechtspraak krijgen. | Open je mond, oordeel met rechtvaardigheid, en verschaf recht aan de ellendige en de arme. |
Gerelateerde onderwerpen
Spreken
Je tong heeft de...
Wijsheid
Want de Heer geeft...
Aanbidding
Jesaja zegt: Heer, U...
Lof
Jesaja zegt: Heer, U...
Zegen
Ik wens jullie toe...
Woord van God
Want het woord van...