Bijbelteksten over 'Vertrouw'
Op de dag dat ik vrees, vertrouw ík op U. | In mijn bangste uur vertrouw ik op U. |
Vertrouw op de HEERE en doe het goede; bewoon de aarde en voed u met trouw. | Vertrouw op de HEER en doe het goede, bewoon het land en leef er veilig. |
In God prijs ik Zijn woord, op God vertrouw ik, ik vrees niet; wat zou een schepsel mij kunnen doen? | Op God, wiens woord ik prijs, op God vertrouw ik, angst ken ik niet, wat kan een sterveling mij aandoen? |
Vertrouw op de HEERE met heel je hart, en steun op je eigen inzicht niet. Ken Hem in al je wegen, dan zal Híj je paden rechtmaken. | Vertrouw op de HEER met heel je hart, steun niet op eigen inzicht. Denk aan Hem bij alles wat je doet, dan baant Hij voor jou de weg. |
Ik echter vertrouw op Uw goedertierenheid, mijn hart zal zich verheugen in Uw heil, ik zal voor de HEERE zingen, omdat Hij goed voor mij geweest is. | Ik vertrouw op uw liefde: mijn hart zal juichen omdat U redding brengt, ik zal zingen voor de HEER, Hij heeft naar mij omgezien. |
Doe mij in de morgen Uw goedertierenheid horen, want ik vertrouw op U; maak mij de weg bekend die ik te gaan heb, want tot U hef ik mijn ziel op. | Laat mij in de morgen uw liefde horen, in U stel ik mijn vertrouwen, wijs mij de weg die ik gaan moet, mijn ziel verlangt naar U. |
Wentel uw weg op de HEERE en vertrouw op Hem: Híj zal het doen. Hij zal uw gerechtigheid tevoorschijn doen komen als het morgenlicht, uw recht doen stralen als de middagzon. | Leg je leven in de handen van de HEER, vertrouw op Hem, Hij zal dit voor je doen: het recht zal dagen als het morgenlicht, de gerechtigheid stralen als de middagzon. |
Wie in de schuilplaats van de Allerhoogste is gezeten, zal overnachten in de schaduw van de Almachtige. Ik zeg tegen de HEERE: Mijn toevlucht en mijn burcht, mijn God, op Wie ik vertrouw! | Wie in de beschutting van de Allerhoogste woont en overnacht in de schaduw van de Ontzagwekkende, zegt tegen de HEER: ‘Mijn toevlucht, mijn vesting, mijn God, op U vertrouw ik.’ |
Al belegerde mij een leger, mijn hart zou niet vrezen; al brak er een oorlog tegen mij uit, toch vertrouw ik hierop. | Al trok een leger tegen mij op, mijn hart zou onbevreesd zijn, al woedde er een oorlog tegen mij, nog zou ik mij veilig weten. |
Ik vertrouw erop dat Hij Die in u een goed werk begonnen is, dat voltooien zal tot op de dag van Jezus Christus. | Ik ben ervan overtuigd dat Hij die dit goede werk bij u begonnen is, het ook zal voortzetten tot het voltooid is op de dag van Christus Jezus. |
Laat uw hart niet in beroering raken; u gelooft in God, geloof ook in Mij. | Wees niet ongerust, maar vertrouw op God en op Mij. |
Bewaar mij, o God, want ik heb tot U de toevlucht genomen. | Behoed mij, God, ik schuil bij u. |
Wentel uw werken op de HEERE, en uw plannen zullen bevestigd worden. | Vertrouw bij je werk op de HEER, en je plannen zullen slagen. |
Ik verwacht de HEERE, mijn ziel verwacht Hem en ik hoop op Zijn woord. | Ik zie uit naar de HEER, mijn ziel ziet uit naar Hem en verlangt naar zijn woord. |
Wacht op de HEERE, wees sterk en Hij zal uw hart sterk maken; ja, wacht op de HEERE. | Wacht op de HEER, wees dapper en vastberaden, ja, wacht op de HEER. |
Zeker, mijn ziel, zwijg voor God, want van Hem is mijn verwachting. | Zoek rust, mijn ziel, bij God alleen, van Hem blijf ik alles verwachten. |
Tot U, HEERE, heb ik de toevlucht genomen, laat mij niet beschaamd worden, voor eeuwig; bevrijd mij door Uw gerechtigheid. | Bij u, HEER, schuil ik, maak mij nooit te schande. Bevrijd mij en doe mij recht. |
Omgord daarom de lendenen van uw verstand, wees nuchter en hoop volkomen op de genade die u gebracht wordt in de openbaring van Jezus Christus. | Laat uw geest daarom voortdurend paraat zijn, wees waakzaam en vestig al uw hoop op de genade die u ontvangen zult wanneer Jezus Christus zich openbaart. |
En Jezus riep met luide stem en zei: Vader, in Uw handen beveel Ik Mijn geest. En toen Hij dat gezegd had, gaf Hij de geest. | En Jezus riep met luide stem: ‘Vader, in uw handen leg Ik mijn geest.’ Toen Hij dat gezegd had, blies Hij de laatste adem uit. |
Leid mij in Uw waarheid en leer mij, want U bent de God van mijn heil; U verwacht ik de hele dag. | Wijs mij de weg van uw waarheid en onderricht mij, want U bent de God die mij redt, op U blijf ik hopen, elke dag weer. |
Mijn deel is de HEERE, zegt mijn ziel, daarom zal ik op Hem hopen. | Ik besef: mijn enig bezit is de HEER, al mijn hoop is op Hem gevestigd. |
Wat buigt u zich neer, mijn ziel, en wat bent u onrustig in mij? Hoop op God, want ik zal Hem weer loven; Hij is de volkomen verlossing van mijn aangezicht en mijn God. | Wat ben je bedroefd, mijn ziel, en onrustig in mij. Vestig je hoop op God, eens zal ik Hem weer loven, mijn God, die mij ziet en redt. |
Werp al uw zorgen op Hem, want Hij zorgt voor u. | Leg de last van uw zorgen op Hem, want u ligt Hem na aan het hart. |
U dan, mijn zoon, word gesterkt in de genade die in Christus Jezus is. | Mijn kind, wees sterk door de genade in Christus Jezus. |
Geliefden, geloof niet elke geest, maar beproef de geesten of zij uit God zijn; want er zijn veel valse profeten in de wereld uitgegaan. | Geliefde broeders en zusters, vertrouw niet elke geest. Onderzoek altijd of een geest van God komt, want er zijn veel valse profeten in de wereld verschenen. |
Bijbeltekst van de dag
Draag elkaars lasten, en vervul zo de wet van Christus.Willekeurige Bijbeltekst
Oefen de jongeman overeenkomstig zijn levensweg,ook als hij oud geworden is, zal hij daarvan niet afwijken.Volgende tekst!Met afbeelding