De Here nu is de Geest; en waar de Geest des Heren is, is vrijheid. | En de heilige Geest maakt mensen vrij, zodat ze alles kunnen begrijpen. |
De God nu der hope vervulle u met louter vreugde en vrede in uw geloof, om overvloedig te zijn in de hoop, door de kracht des heiligen Geestes. | God geeft ons het vertrouwen dat we gered zullen worden. Ik bid dat hij jullie vreugde en vrede zal geven door jullie geloof in Jezus Christus. Dan zal jullie vertrouwen op God steeds sterker worden, door de kracht van de heilige Geest. |
Opdat Hij u geve, naar de rijkdom zijner heerlijkheid, met kracht gesterkt te worden door zijn Geest in de inwendige mens, opdat Christus door het geloof in uw harten woning make. Geworteld en gegrond in de liefde. | Gods macht is groot. Daarom bid ik dat God jullie diep van binnen kracht wil geven door zijn Geest. Ik bid dat hij jullie geloof zo groot maakt dat Christus altijd in jullie aanwezig is. En ik bid dat God door de liefde van Christus de kerk sterk wil maken en wil laten groeien. |
Of weet gij niet, dat uw lichaam een tempel is van de Heilige Geest, die in u woont, die gij van God ontvangen hebt, en dat gij niet van uzelf zijt? Want gij zijt gekocht en betaald. Verheerlijkt dan God met uw lichaam. | Jullie weten dat je lichaam heilig is. Want de heilige Geest is in jullie lichaam gekomen, toen God jullie die Geest gaf. Jullie zijn niet meer van jezelf. Jullie zijn nu van Christus. Want hij heeft jullie gekocht door voor jullie te sterven. Eer God dus ook met je lichaam! |
Maar de vrucht van de Geest is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing. Tegen zodanige mensen is de wet niet. | Mensen die zich laten leiden door de heilige Geest, leven heel anders. Zij houden van elkaar. Ze zijn blij en leven in vrede. Ze hebben geduld en zijn goed voor elkaar. Ze geloven in Christus. Ze zijn vriendelijk en gedragen zich goed. Als je zo leeft, doe je precies wat de wet eigenlijk wil. |
En er vertoonden zich aan hen tongen als van vuur, die zich verdeelden, en het zette zich op ieder van hen; en zij werden allen vervuld met de heilige Geest en begonnen met andere tongen te spreken, zoals de Geest het hun gaf uit te spreken. | Ook zagen de gelovigen iets dat op vuur leek. Dat vuur verdeelde zich in vlammen, en op iedereen kwam een vlam neer. Zo kwam de heilige Geest in alle gelovigen. Daardoor begonnen ze te spreken in vreemde talen. |
Weet gij niet, dat gij Gods tempel zijt en dat de Geest Gods in u woont? | Jullie weten dat jullie samen de kerk van God vormen, en dat de Geest van God bij jullie is. |
Mijn Geest zal Ik in uw binnenste geven en maken, dat gij naar mijn inzettingen wandelt en naarstig mijn verordeningen onderhoudt. | Mijn geest zal in jullie zijn, en jullie zullen je houden aan mijn wetten en regels. |
Hieraan onderkennen wij, dat wij in Hem blijven en Hij in ons, dat Hij ons van zijn Geest gegeven heeft. | Wij horen voor altijd bij God, en God blijft voor altijd in ons. Dat weten we doordat hij de heilige Geest aan ons gegeven heeft. |
Indien dan gij, hoewel gij slecht zijt, goede gaven weet te geven aan uw kinderen, hoeveel te meer zal uw Vader uit de hemel de heilige Geest geven aan hen, die Hem daarom bidden? | Jullie zorgen goed voor je kinderen, ook al zijn jullie slechte mensen. Dan zal jullie hemelse Vader zeker goed voor jullie zorgen. Hij geeft de heilige Geest aan mensen die daarom vragen. |
Indien wij door de Geest leven, laten wij ook door de Geest het spoor houden. | Wij hebben ons nieuwe leven aan de heilige Geest te danken. Laten we dus niet opscheppen over onszelf. Of elkaar jaloers maken door te zeggen hoe goed we zijn. Maar laten we leven zoals de Geest het wil. |
En de hoop maakt niet beschaamd, omdat de liefde Gods in onze harten uitgestort is door de heilige Geest, die ons gegeven is. | Dat zal zeker gebeuren, want God heeft ons zijn heilige Geest nu al gegeven. |
Leer mij uw wil te doen, want Gij zijt mijn God, uw goede Geest geleide mij in een effen land. | U bent mijn God, leer mij om te doen wat u wilt. Wees bij mij en leid mij, help me om te doen wat goed is. |
God is geest en wie Hem aanbidden, moeten aanbidden in geest en in waarheid. | God hoort bij de hemelse wereld. Alleen door de heilige Geest kun je God echt leren kennen. En alleen dan kun je hem op de juiste manier vereren. |
De Geest des Heren Heren is op mij, omdat de Here mij gezalfd heeft; Hij heeft mij gezonden om een blijde boodschap te brengen aan ootmoedigen, om te verbinden gebrokenen van hart, om voor gevangenen vrijlating uit te roepen en voor gebondenen opening der gevangenis. | Gods dienaar zegt: ‘God, de Heer, heeft mij uitgekozen. Hij heeft mij zijn geest gegeven. Hij heeft mij gestuurd om aan arme mensen het goede nieuws te brengen. En om aan mensen die lijden, weer hoop te geven. Hij heeft me gestuurd om tegen gevangenen te zeggen: ‘Jullie zijn vrij!’’ |
Want God heeft ons niet gegeven een geest van lafhartigheid, maar van kracht, van liefde en van bezonnenheid. | God heeft ons zijn Geest gegeven. Niet om bange mensen van ons te maken, maar moedige mensen, vol liefde en geduld. |
En evenzo komt de Geest onze zwakheid te hulp; want wij weten niet wat wij bidden zullen naar behoren, maar de Geest zelf pleit voor ons met onuitsprekelijke verzuchtingen. | De heilige Geest steunt ons als we het moeilijk hebben. Wij weten niet welke bedoeling God heeft met ons lijden. En we weten daarom niet wat we moeten bidden. Maar de heilige Geest zelf bidt voor ons, beter dan een mens het ooit zou kunnen. Zo smeekt hij God om ons te helpen. |
Maar gij zult kracht ontvangen, wanneer de heilige Geest over u komt, en gij zult mijn getuigen zijn te Jeruzalem en in geheel Judea en Samaria en tot het uiterste der aarde. | Maar jullie zullen kracht krijgen van de heilige Geest. En daarna moeten jullie overal in Jeruzalem over mij vertellen. En in heel Judea en Samaria, en overal op aarde. |
Dit is het woord des Heren tot Zerubbabel: niet door kracht noch geweld, maar door mijn Geest! zegt de Here der heerscharen. | Dit was de boodschap van de Heer: ‘Zerubbabel moet niet vertrouwen op zijn eigen kracht, maar alleen op mij. Want ik zal hem helpen om alle moeilijkheden te overwinnen.’ |
Want allen, die door de Geest Gods geleid worden, zijn zonen Gods. | Als we ons laten leiden door Gods Geest, dan zijn we Gods kinderen. |
Wie toch onder de mensen weet, wat in een mens is, dan des mensen eigen geest, die in hem is? Zo weet ook niemand, wat in God is, dan de Geest Gods. | Hoe een mens van binnen is, dat weet alleen de geest van die persoon. En net zo weet alleen de Geest van God wat God denkt. |
Waarheen zou ik gaan voor uw Geest, waarheen vlieden voor uw aangezicht? Steeg ik ten hemel – Gij zijt daar, of maakte ik het dodenrijk tot mijn sponde – Gij zijt er. | Waar kan ik heen gaan zonder dat u het merkt? Waar kan ik heen vluchten zonder dat u mij ziet? Ik kan wel naar de hemel klimmen, maar dan bent u daar. Ik kan wel afdalen naar het land van de dood, maar daar bent u ook. |
Geliefden, vertrouwt niet iedere geest, maar beproeft de geesten, of zij uit God zijn; want vele valse profeten zijn in de wereld uitgegaan. | Lieve vrienden, geloof niet zomaar iedereen. Onderzoek eerst of iemand door de Geest van God geleid wordt. Want er zijn veel valse profeten in de wereld. |
En wij zijn getuigen van deze dingen en ook de heilige Geest, die God hun gegeven heeft, die Hem gehoorzaam zijn. | Over die dingen vertellen wij, met hulp van de heilige Geest, die in ons is. Want God geeft de heilige Geest aan de mensen die naar hem luisteren. |
Want het begeren van het vlees gaat in tegen de Geest en dat van de Geest tegen het vlees – want deze staan tegenover elkander – zodat gij niet doet wat gij maar wenst. | Want in je hart vechten die slechte verlangens en de heilige Geest met elkaar. De Geest wil niet dat je luistert naar je verlangens. En je verlangens willen niet dat je luistert naar de Geest. Je kunt dus niet zomaar doen wat je wilt. |