Bijbelteksten over 'Tijde'
Een vriend blijft je altijd trouw. Een broer of zus helpt je in moeilijke tijden. | Een vriend is je altijd toegedaan, je broer is geboren om te helpen in tijden van nood. |
Altijd wil ik de Heer danken, elke dag zing ik een lied voor hem. | De HEER wil ik prijzen, elk uur van de dag, mijn mond is altijd vol van zijn lof. |
De Heer helpt mensen die onderdrukt worden, hij beschermt hen in moeilijke tijden. | Moge de HEER een burcht zijn voor de verdrukte, een burcht in tijden van nood. |
Jullie moeten blij zijn, omdat jullie bij de Heer horen. Ik zeg het nog eens: Wees altijd blij. | Laat de Heer uw vreugde blijven; ik zeg u nogmaals: wees altijd verheugd. |
De dingen die we om ons heen zien, zijn niet belangrijk. Het gaat om de dingen die we nog niet zien. Want alle zichtbare dingen zullen verdwijnen, maar de dingen die we nu nog niet zien, zijn eeuwig. | Wij richten ons niet op de zichtbare dingen maar op de onzichtbare, want de zichtbare dingen zijn tijdelijk, de onzichtbare eeuwig. |
Christus heeft tijdens zijn leven op aarde veel geleden. Wees bereid om ook te lijden. Want als je lijdt, laat je je zonden achter je. | Nu dan, omdat Christus tijdens zijn leven op aarde heeft geleden, moet u zich wapenen met dezelfde gezindheid als Hij. Immers, wie in zijn aardse leven geleden heeft, heeft afstand genomen van de zonde. |
Als iemand je kwaad doet, doe hem dan geen kwaad terug. Maar wees goed voor elkaar en voor iedereen. | Zie erop toe dat niemand kwaad met kwaad vergeldt en streef altijd naar het goede, zowel voor elkaar als voor ieder ander. |
Tijdens het eten nam Jezus een brood. Hij dankte God, brak het brood in stukken en deelde het uit. Hij zei: ‘Kijk, dit is mijn lichaam. Eet ervan.’ | Toen ze verder aten nam Jezus een brood, sprak het zegengebed uit, brak het brood en gaf de leerlingen ervan met de woorden: ‘Neem, eet, dit is mijn lichaam.’ |
En wees altijd blij! Blijf altijd bidden. En dank God altijd, wat er ook gebeurt. Want dat wil God van jullie, omdat jullie bij Jezus Christus horen. | Wees altijd verheugd, bid onophoudelijk, dank God onder alle omstandigheden, want dat is wat Hij van u, die één bent met Christus Jezus, verlangt. |
U beslist over mijn leven. Red mij van mijn vijanden, red mij van de mannen die op me jagen. | Mijn lot en mijn leven zijn in uw hand, bevrijd mij van mijn vijanden en vervolgers. |
Vrienden, ik dank God altijd voor jullie. Ik kan niet anders, want er is een goede reden voor. Jullie geloof wordt namelijk steeds sterker, en jullie gaan steeds meer van elkaar houden. | Broeders en zusters, wij moeten God altijd voor u danken. Het past ons dit te doen, omdat uw geloof sterk groeit en uw liefde voor elkaar groter wordt. |
Beste vrienden, houd vast aan het geloof dat de doden zullen opstaan. Blijf vertrouwen op de macht van God. En doe altijd je uiterste best om elkaar te steunen. Blijf trouw aan de Heer. Dan zal je moeite niet voor niets zijn en zul je eeuwig leven. Dat is zeker! | Kortom, geliefde broeders en zusters, wees standvastig en onwankelbaar en zet u altijd volledig in voor het werk van de Heer, in het besef dat de inspanningen die u voor de Heer verricht, nooit tevergeefs zijn. |
Gedraag je verstandig tegenover ongelovigen. En gebruik de tijd die God je met hen geeft, goed. Zorg dat alles wat je tegen hen zegt, vriendelijk en interessant is. En geef duidelijk antwoord aan iedereen die je iets vraagt. | Gedraag u wijs tegenover buitenstaanders en benut het juiste moment; laat wat u zegt altijd aantrekkelijk zijn, sprankelend, en weet hoe u op iedereen moet reageren. |
God heeft de macht om jullie al het goede te schenken. Hij kan jullie alles geven wat je nodig hebt. Zelfs zo veel dat jullie altijd meer dan genoeg hebben, en veel overhouden om andere mensen te steunen. | God heeft de macht u te overstelpen met al zijn gaven, zodat u altijd en in alle opzichten voldoende voor uzelf hebt en ook nog ruimschoots kunt bijdragen aan allerlei goed werk. |
Paulus eindigde zijn toespraak met deze woorden: ‘Lange tijd leefden de mensen zonder God te kennen. God heeft hen daar niet voor gestraft. Maar nu wil God dat alle mensen gaan doen wat hij wil. Iedereen moet een nieuw leven beginnen.’ | God slaat echter geen acht op de tijd waarin men Hem niet kende, maar roept nu overal alle mensen op tot inkeer te komen. |
God heeft ons gered, en ons uitgekozen om bij Christus te horen. Niet omdat wij dat verdienen, maar omdat dat altijd al zijn plan was. Zo goed wilde God voor ons zijn! Voordat God de wereld maakte, had hij al besloten dat wij gered zouden worden door Jezus Christus. | Hij heeft ons gered en ons geroepen tot een heilige taak, niet op grond van onze daden, maar omdat Hij daartoe uit genade besloten had. Deze genade was ons al vóór alle tijden gegeven in Christus Jezus. |
Er is voor alles in het leven een geschikte tijd. | Voor alles wat gebeurt is er een uur, een tijd voor alles wat er is onder de hemel. |
Nu moeten jullie je leven veranderen en weer doen wat God wil. Dan zal hij jullie alles vergeven wat jullie verkeerd gedaan hebben. | Kom tot inkeer, keer terug naar God om vergeving te krijgen voor uw zonden. |
Iedereen die bij Christus hoort, hoort bij het nieuwe leven. De oude tijd is voorbij, de nieuwe tijd is gekomen. | Daarom ook is iemand die één met Christus is, een nieuwe schepping. Het oude is voorbij, het nieuwe is gekomen. |
Denk aan God die je gemaakt heeft. Denk aan hem zolang je nog jong bent. Want straks komen de slechte dagen. Dan komt de tijd dat je geen plezier meer in het leven hebt. | Gedenk daarom je schepper in de dagen van je jeugd – voordat de slechte dagen komen en de jaren naderen waarvan je zegt: In deze jaren vind ik weinig vreugde meer. |
De Heer is goed. Als er gevaar is, is het bij hem veilig. Hij zorgt voor de mensen die bij hem bescherming zoeken. | De HEER is goed, een vesting in tijden van nood, Hij kent wie bij Hem schuilen. |
De Israëlieten zullen wonen rondom mijn heilige berg. Daar zal het goed met hen gaan. Ik zal op tijd regen geven, zodat hun grond vruchtbaar wordt. | Ik zal dat hele gebied en het land rondom mijn heuvel zegenen, en Ik zal de regen op gezette tijden doen neerdalen. Het zal regen zijn die zegen geeft. |
De moeilijkheden die we meemaken, gaan voorbij. Die zijn niet belangrijk. Maar ze brengen ons iets wat juist wel belangrijk is: het eeuwige leven bij God. | En de geringe last die we tijdelijk te dragen hebben, brengt ons een eeuwige luister, die alles omvat en alles overtreft. |
Dit weet ik zeker: als mijn aardse lichaam sterft, zal God mij een nieuw lichaam geven. Dat is een hemels lichaam, dat eeuwig en onsterfelijk is. | Wij weten dat wanneer onze aardse tent, het lichaam waarin wij wonen, wordt afgebroken, we van God een woning krijgen: een eeuwige, niet door mensenhanden gemaakte woning in de hemel. |
Houd je precies aan mijn wetten en regels. Dan zal ik ervoor zorgen dat er op de juiste tijd regen valt. Er zal veel groeien op de akkers, en de bomen zullen veel vruchten krijgen. | Als jullie mijn bepalingen opvolgen, je aan mijn geboden houden en ze naleven, zal Ik jullie op gezette tijden regen schenken, zodat het land opbrengst geeft en de bomen vrucht dragen. |
Bijbeltekst van de dag
Het goede nieuws over Gods nieuwe wereld zal overal op aarde verteld worden. En als alle volken het gehoord hebben, zal het einde komen.Willekeurige Bijbeltekst
En wees altijd blij!Blijf altijd bidden. En dank God altijd, wat er ook gebeurt. Want dat wil God van jullie, omdat jullie bij Jezus Christus horen.Volgende tekst!Met afbeelding