Want zo zegt de Here tot het huis Israëls: Zoekt Mij en leeft. | Dit zegt God, de Heer, tegen het volk van Israël: ‘Als jullie mij zoeken, zullen jullie leven.’ |
De vreze des Heren voedt op tot wijsheid, en ootmoed gaat vooraf aan de eer. | Als je eerbied hebt voor de Heer, word je steeds wijzer. Als je bescheiden bent, krijgen mensen respect voor je. |
En neemt geen deel aan de onvruchtbare werken der duisternis, maar ontmaskert ze veeleer, want het is zelfs schandelijk om te noemen, wat heimelijk door hen wordt verricht. | Het gedrag van slechte mensen leidt tot niets. Wat zij in het geheim allemaal doen, is te erg voor woorden. Doe er niet aan mee, maar zeg er juist iets van. |
Overigens, broeders, weest blijde, laat u terecht brengen, laat u vermanen, weest eensgezind, houdt vrede, en de God der liefde en des vredes zal met u zijn. | Tot slot, vrienden, wees blij, ga weer leven als goede christenen, en luister naar mijn waarschuwingen. Maak geen ruzie met elkaar, maar leef in vrede. God zal bij jullie zijn met zijn liefde en vrede. |
Want gij hebt niet ontvangen een geest van slavernij om opnieuw te vrezen, maar gij hebt ontvangen de Geest van het zoonschap, door welke wij roepen: Abba, Vader. | God heeft ons niet zijn Geest gegeven om weer bange slaven van ons te maken. Nee, God heeft ons zijn Geest gegeven om van ons zijn kinderen te maken. En als Gods kinderen bidden wij: ‘Abba, Vader!’ |
Opdat hun harten getroost en zij in de liefde verenigd worden tot alle rijkdom van een volledig inzicht, en zij het geheimenis Gods mogen kennen, Christus. | Het doel van al mijn werk is om jullie moed te geven. Ik wil dat jullie een eenheid vormen door jullie liefde voor elkaar. Want alleen op die manier leren jullie alles te begrijpen, en kunnen jullie Christus echt leren kennen. Hij is het geheim dat God bekendgemaakt heeft. |
Gij zijt nu rein om het woord, dat Ik tot u gesproken heb; blijft in Mij, gelijk Ik in u. | Jullie lijken op de goede takken die kort gemaakt zijn. Want door mijn woorden is het slechte uit jullie weggehaald, en zijn jullie rein geworden. |
Laten wij onze wegen doorzoeken en doorvorsen en ons bekeren tot de Here. | Laten we nadenken over ons leven, en laten we de Heer weer gaan dienen. |
Want Christus is het einde der wet, tot gerechtigheid voor een ieder, die gelooft. | Het doel van de wet was altijd al dat mensen gered zouden worden doordat ze geloven. Door Christus is dat doel bereikt. |
Belijdt daarom elkander uw zonden en bidt voor elkander, opdat gij genezing ontvangt. Het gebed van een rechtvaardige vermag veel, doordat er kracht aan verleend wordt. | Vertel elkaar wat je verkeerd gedaan hebt. En bid voor elkaar. Dan zullen jullie gered worden. Want als goede en eerlijke mensen tot God bidden en hem om iets vragen, zullen ze het zeker krijgen. |
Maar dit gebod heb Ik hun gegeven: Hoort naar mijn stem, dan zal Ik u tot een God en zult gij Mij tot een volk zijn, en wandelt op de ganse weg die Ik u gebied, opdat het u welga. | Toen ik jullie voorouders uit Egypte weghaalde, gaf ik hun deze regel: ‘Luister altijd naar wat ik zeg. Dan zal ik jullie God zijn, en dan zullen jullie mijn volk zijn. Ik zal jullie vertellen hoe je moet leven. Als je doet wat ik wil, zal het goed met jullie gaan.’ |
Ja, heil en goedertierenheid zullen mij volgen al de dagen van mijn leven; ik zal in het huis des Heren verblijven tot in lengte van dagen. | U geeft me geluk en liefde, altijd en overal. Ik zal bij u zijn in uw tempel, mijn hele leven lang. |
Waarlijk, mijn ziel keert zich stil tot God, van Hem is mijn heil. | Alleen bij God krijg ik rust, alleen hij kan mij redden. |
Want ik verlang u te zien om u enige geestelijke gave mede te delen tot uw versterking, dat is te zeggen: onder u mede bemoedigd te worden door elkanders geloof, van u zowel als van mij. | Ik wil jullie graag ontmoeten. Ik wil jullie iets doorgeven van de bijzondere krachten die ik van God gekregen heb. Daarmee wil ik jullie geloof sterker maken. Ik bedoel natuurlijk dat we dan elkaars geloof sterker zullen maken. En dat we elkaar dan tot steun kunnen zijn. |
Omgordt dus de lendenen van uw verstand, weest nuchter, en vestigt uw hoop volkomen op de genade, die u gebracht wordt door de openbaring van Jezus Christus. | Als Jezus Christus terugkomt op aarde, zullen jullie gered worden. Vertrouw daarop. Tot het zover is, moeten jullie verstandig zijn en goed nadenken over wat jullie doen. |
De goddeloze verlate zijn weg en de ongerechtige man zijn gedachten en hij bekere zich tot de Here, dan zal Hij Zich over hem ontfermen – en tot onze God, want Hij vergeeft veelvuldig. | Slechte mensen moeten stoppen met hun verkeerde leven, oneerlijke mensen moeten niet langer slechte plannen maken. Ze moeten terugkomen bij de Heer, onze God. Hij zal hun alles vergeven, en hij zal weer voor hen zorgen. |
Terwijl gij in alles verrijkt wordt tot alle onbekrompenheid, welke door onze bemiddeling dankzegging aan God bewerkt. | God heeft jullie op veel manieren rijk gemaakt. Nu moeten jullie ook klaarstaan om anderen te helpen. Dan zullen de christenen in Jeruzalem God danken voor de steun die ze via mij van jullie krijgen. |
Als tegenbeeld daarvan redt u thans de doop, die niet is een afleggen van lichamelijke onreinheid, maar een bede van een goed geweten tot God, door de opstanding van Jezus Christus. | Nu worden jullie ook uit een slechte wereld gered door water. Want door het water van de doop kun je gaan leven zoals God het wil. Het water van de doop wast niet het vuil van je lichaam, maar laat zien dat je bij Christus hoort. |
Hoor mijn gebed, Here, en neem mijn hulpgeroep ter ore, zwijg niet bij mijn geween, want ik ben een vreemdeling bij U, een bijwoner gelijk al mijn vaderen. | Heer, hoor mijn gebed. Hoor hoe ik om hulp roep, hoor hoe ik huil. Ik ben maar kort op aarde, net zoals mijn voorouders. Ik ben hier niet voor altijd. |
Opdat ik, in blijdschap tot u gekomen met Gods wil, mij tezamen met u verkwikken moge. | En bid dat God mij daarna veilig bij jullie laat komen. Dan kunnen we er samen blij om zijn dat de christenen een eenheid vormen. |
De Here zal u bewaren voor alle kwaad, Hij zal uw ziel bewaren. De Here zal uw uitgang en uw ingang bewaren van nu aan tot in eeuwigheid. | De Heer zal je steeds beschermen, het kwaad zal je niet raken. De Heer beschermt je, overal, waar je ook gaat, je leven lang. |
Hij zeide tot hen: Wat bij mensen onmogelijk is, is mogelijk bij God. | Jezus zei: ‘Als het van mensen afhangt, kan niemand gered worden. Maar het hangt van God af. En dan kan het wel.’ |
Ik maak u bekend, broeders, het evangelie, dat ik u verkondigd heb, dat gij ook ontvangen hebt, waarin gij ook staat, waardoor gij ook behouden wordt, indien gij het zó vasthoudt, als ik het u verkondigd heb, tenzij gij tevergeefs tot geloof zoudt gekomen zijn. | Vrienden, ik heb jullie vroeger het goede nieuws van God verteld. Jullie hebben dat toen allemaal gehoord. En jullie geloven in die boodschap van God. Daarom zullen jullie door God gered worden. Maar alleen als jullie ook blijven geloven in die boodschap. Anders is alles voor niets geweest. |
Daarom verliezen wij de moed niet, maar al vervalt ook onze uiterlijke mens, nochtans wordt de innerlijke van dag tot dag vernieuwd. | Ik ga dus door met mijn werk, ik geef niet op. Dat kan me mijn leven kosten, maar dat is niet erg. Want het belangrijkste is dat ik van binnen een nieuw mens word, elke dag meer. |
Filippus zeide tot Hem: Here, toon ons de Vader en het is ons genoeg. | Filippus zei: ‘Heer, laat ons de Vader zien! Dat is voor ons voldoende.’ |