HEER, u kent mij, u doorgrondt mij,
u weet het als ik zit of sta,
u doorziet van verre mijn gedachten.
u weet het als ik zit of sta,
u doorziet van verre mijn gedachten.
Heer, u weet alles van mij,
u kent mij.
U weet waar ik ben,
en u weet waar ik heen ga.
U weet wat ik denk,
ook al bent u ver weg.
u kent mij.
U weet waar ik ben,
en u weet waar ik heen ga.
U weet wat ik denk,
ook al bent u ver weg.
HEERE, U doorgrondt en kent mij.
Ú kent mijn zitten en mijn opstaan,
U begrijpt van verre mijn gedachten.
Ú kent mijn zitten en mijn opstaan,
U begrijpt van verre mijn gedachten.
Here, Gij doorgrondt en kent mij;
Gij kent mijn zitten en mijn opstaan,
Gij verstaat van verre mijn gedachten.
Gij kent mijn zitten en mijn opstaan,
Gij verstaat van verre mijn gedachten.
Heer, U kent mij door en door.
U weet alles van mij, waar ik ook ben.
U weet alles wat ik denk.
U weet alles van mij, waar ik ook ben.
U weet alles wat ik denk.