Bijbelteksten over 'Goddelozen'
- De herinnering aan een rechtvaardige strekt tot zegen,
de naam van goddelozen vergaat. - De HEER beschermt de vreemdelingen,
wezen en weduwen steunt Hij,
maar goddelozen richt Hij te gronde. - U die de HEER bemint: haat het kwade.
Hij behoedt het leven van wie Hem trouw zijn,
uit de greep van de goddelozen bevrijdt Hij hen. - Beter één dag in uw voorhoven
dan duizend dagen daarbuiten,
liever op de drempel van Gods huis
dan wonen in de tenten der goddelozen. - Beter het weinige dat een rechtvaardige heeft
dan de rijkdom van talloze zondaars.
De macht van de zondaars wordt gebroken,
maar de HEER zal de rechtvaardigen steunen. - Velen zullen zich laten reinigen, zuiveren en louteren, maar de wettelozen zullen wetteloos handelen; en geen van de wettelozen zal het begrijpen, maar de verlichten zullen het wel begrijpen.
- Een rechtvaardige heeft vreugde te verwachten,
een goddeloze hoeft op niets te hopen. - De uitspraken van een rechtvaardige zijn als zuiver zilver,
de gedachten van een goddeloze zijn niets waard. - Toen wij nog hulpeloos waren is Christus immers voor ons, die op dat moment nog schuldig waren, gestorven.
- Een rechtvaardige wordt rijk gezegend,
de woorden van een goddeloze verhullen geweld. - Wie rechtvaardig is, kiest het juiste woord,
een goddeloze neemt slechts leugens in de mond. - Gelukkig de mens
die niet meegaat met wie kwaad doen,
die de weg van zondaars niet betreedt,
bij spotters niet aan tafel zit. - Want de HEER heeft gerechtigheid lief,
wie Hem trouw zijn, verlaat Hij niet.
Zij blijven voor eeuwig behouden,
maar het nageslacht van zondaars wordt verdelgd. - We weten ook dat de wet er niet is voor de rechtvaardige, maar voor wie zich aan wet of gezag niet stoort, voor goddelozen en zondaars, die alles wat heilig is verachten en ontwijden, die hun eigen vader of moeder doden, voor moordenaars, ontuchtplegers, mannen die andere mannen misbruiken, slavenhandelaars, leugenaars en plegers van meineed. De wet is er voor alles wat indruist tegen de heilzame leer, die in overeenstemming is met het evangelie dat mij is toevertrouwd, het evangelie over de majesteit van de gelukzalige God.