Bijbelteksten over Armoede
Jezus antwoordde hem: ‘Als u volmaakt wilt zijn, ga dan naar huis, verkoop alles wat u bezit en geef de opbrengst aan de armen; dan zult u een schat in de hemel bezitten. Kom daarna terug en volg Mij.’ | Jesus said unto him, If thou wilt be perfect, go and sell that thou hast, and give to the poor, and thou shalt have treasure in heaven: and come and follow me. |
Ik weet wat het is om gebrek te lijden, maar ook wat het is om in rijkdom te leven. Ik heb alles aan den lijve ondervonden: overvloed en honger, rijkdom en gebrek. | I know both how to be abased, and I know how to abound: every where and in all things I am instructed both to be full and to be hungry, both to abound and to suffer need. |
Spreek, oordeel rechtvaardig, geef de armen en behoeftigen hun recht. | Open thy mouth, judge righteously, and plead the cause of the poor and needy. |
Elke inspanning levert iets op, loze praatjes leiden enkel tot gebrek. | In all labour there is profit: but the talk of the lips tendeth only to penury. |
Doe recht aan weerlozen en wezen, kom op voor verdrukten en zwakken. | Defend the poor and fatherless: do justice to the afflicted and needy. |
We hebben verdriet maar toch zijn we altijd verheugd, we zijn arm maar toch maken we velen rijk, we bezitten niets maar toch hebben we alles. | As sorrowful, yet alway rejoicing; as poor, yet making many rich; as having nothing, and yet possessing all things. |
De HEER maakt arm en Hij maakt rijk, vernedert diep en heft hoog op. | The Lord maketh poor, and maketh rich: he bringeth low, and lifteth up. |
Hij antwoordde: ‘Wie twee stel onderkleren heeft, moet delen met wie er geen heeft, en wie eten heeft moet hetzelfde doen.’ | He answereth and saith unto them, He that hath two coats, let him impart to him that hath none; and he that hath meat, let him do likewise. |
Dit zegt de HEER van de hemelse machten: Spreek eerlijk recht, wees goed en zorgzaam voor elkaar; onderdruk geen weduwen en wezen en ook geen vreemdelingen en armen, en wees er niet op uit om een ander kwaad te doen. | Thus speaketh the Lord of hosts, saying, Execute true judgment, and shew mercy and compassions every man to his brother: And oppress not the widow, nor the fatherless, the stranger, nor the poor; and let none of you imagine evil against his brother in your heart. |
Een rijke heeft macht over armen, wie leent is de slaaf van zijn geldschieter. | The rich ruleth over the poor, and the borrower is servant to the lender. |
Wat zal ons scheiden van de liefde van Christus? Tegenspoed, ellende of vervolging, honger of armoede, gevaar of het zwaard? | Who shall separate us from the love of Christ? shall tribulation, or distress, or persecution, or famine, or nakedness, or peril, or sword? |
In mijn verdrukking riep ik tot de HEER, Hij heeft geluisterd en mij uit de nood gered. | This poor man cried, and the Lord heard him, and saved him out of all his troubles. |
Houd me ver van leugen en bedrog. Maak me niet arm, maar ook niet rijk, voed me slechts met wat ik nodig heb. | Remove far from me vanity and lies: give me neither poverty nor riches; feed me with food convenient for me. |
Een rijke kan zijn leven redden door losgeld te betalen, een arme wordt niet eens bedreigd. | The ransom of a man's life are his riches: but the poor heareth not rebuke. |
Omdat ik de arme redde die om hulp riep, en de wees die in de steek gelaten was. Ik werd gezegend door de stervende, in het hart van de weduwe bracht ik de vreugde terug. | Because I delivered the poor that cried, and the fatherless, and him that had none to help him. The blessing of him that was ready to perish came upon me: and I caused the widow's heart to sing for joy. |
Trouw is voor de mens het hoogste goed, je kunt beter arm dan onbetrouwbaar zijn. | The desire of a man is his kindness: and a poor man is better than a liar. |
Al verkocht ik mijn bezittingen omdat ik voedsel aan de armen wilde geven, al gaf ik mijn lichaam prijs om te worden verbrand – had ik de liefde niet, het zou mij niet baten. | And though I bestow all my goods to feed the poor, and though I give my body to be burned, and have not charity, it profiteth me nothing. |
De Geest van de Heer rust op mij, want hij heeft mij gezalfd. Om aan armen het goede nieuws te brengen heeft hij mij gezonden, om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken en aan blinden het herstel van hun zicht, om onderdrukten hun vrijheid te geven. | The Spirit of the Lord is upon me, because he hath anointed me to preach the gospel to the poor; he hath sent me to heal the brokenhearted, to preach deliverance to the captives, and recovering of sight to the blind, to set at liberty them that are bruised. |
De geest van God, de HEER, rust op mij, want de HEER heeft mij gezalfd. Om aan armen het goede nieuws te brengen heeft Hij mij gezonden, om aan verslagen harten hoop te bieden, om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken en aan geketenden hun bevrijding. | The Spirit of the Lord God is upon me; because the Lord hath anointed me to preach good tidings unto the meek; he hath sent me to bind up the brokenhearted, to proclaim liberty to the captives, and the opening of the prison to them that are bound. |
Sta op, HEER, hef uw hand, God, vergeet de armen niet. | Arise, O Lord; O God, lift up thine hand: forget not the humble. |
Bijbeltekst van de dag
Wie zich bekommert om een vriend in noodtoont zijn eerbied voor de Ontzagwekkende.
Willekeurige Bijbeltekst
Al bezwijkt mijn hart en vergaat mijn lichaam,de rots van mijn bestaan, al wat ik heb,
is God, nu en altijd.Volgende tekst!Met afbeelding