De Heer haat het als mensen liegen. Maar Hij is blij met mensen die te vertrouwen zijn. | Valse lippen zijn voor de HEERE een gruwel, maar wie betrouwbaar handelen, zijn Hem welgevallig. |
Want er staat in de Boeken: "Als je van het leven houdt en gelukkig wil zijn, zorg er dan voor dat je geen slechte dingen zegt en dat je nooit liegt. Blijf bij het kwaad vandaan en doe wat goed is. Doe je best om de vrede te bewaren en om vrede te brengen." | Want wie het leven wil liefhebben en goede dagen zien, die moet zijn tong weerhouden van het kwaad, en zijn lippen van het spreken van bedrog; die moet zich afkeren van het kwaad en het goede doen; die moet vrede zoeken en die najagen. |
Heer, red mij van de mensen die leugens over me rondvertellen. | HEERE, red mijn ziel van de valse lippen, van de tong vol bedrog. |
Iemand die zijn best doet om te leven zoals U het wil, die van de waarheid houdt en geen slechte dingen zegt over anderen en die zijn vrienden geen kwaad doet. | Hij die oprecht wandelt en gerechtigheid beoefent, die met zijn hart de waarheid spreekt. Die met zijn tong niet lastert, zijn vrienden geen kwaad doet en geen smaad jegens zijn naaste op de lippen neemt. |
Zorg er dan voor dat je geen verkeerde dingen zegt. Vertel geen leugens. | Behoed je tong voor het kwaad en je lippen voor het spreken van bedrog. |
Wat uít je mond komt, maakt je onrein. Want dat komt van binnenuit, uit je hart. Daar vandaan komen de slechte gedachten, verkeerde dingen op het gebied van seks, moord, diefstal, ontrouw aan je man of vrouw, hebzucht, slechtheid, bedrog, gebrek aan zelfbeheersing, roddel, kwaadsprekerij, trots, onverstandigheid. Al die slechte dingen komen van binnenuit naar buiten en maken je onrein. | En Hij zei: Wat uit de mens naar buiten komt, dat verontreinigt de mens. Want van binnenuit, uit het hart van de mensen, komen voort kwade overwegingen, alle overspel, ontucht, moord, diefstal, hebzucht, allerlei kwaadaardigheid, bedrog, losbandigheid, afgunst, lastering, hoogmoed, dwaasheid; al deze slechte dingen komen van binnenuit en verontreinigen de mens. |
Lieg niet meer tegen elkaar, want jullie hebben je oude 'ik' met zijn oude manier van doen weggedaan. Jullie zijn nieuwe mensen geworden. En jullie zullen steeds verder volmaakt worden, totdat jullie helemaal op jullie Maker lijken. | Lieg niet tegen elkaar, aangezien u de oude mens met zijn daden uitgetrokken hebt, en de nieuwe mens aangetrokken hebt, die vernieuwd wordt tot kennis, overeenkomstig het beeld van Hem Die hem geschapen heeft. |
Dus als we zeggen dat we één met Hem zijn, maar zelf in het donker leven omdat we Hem niet willen gehoorzamen, dan liegen we. Dan leven we niet vanuit Gods waarheid. | Als wij zeggen dat wij gemeenschap met Hem hebben en wij toch in de duisternis wandelen, liegen wij en doen de waarheid niet. |
Als je verbergt dat je iemand eigenlijk niet mag, ben je schijnheilig. Als je slechte dingen over andere mensen rondvertelt, ben je een dwaas. | Wie haat toedekt, heeft valse lippen, en wie een kwaad gerucht verspreidt, die is een dwaas. |
Als je eerlijk leeft, hoef je nergens bang voor te zijn. Maar als je liegt en bedriegt, zul je uiteindelijk gestraft worden. | Wie in oprechtheid zijn weg gaat, gaat een veilige weg, maar wie kromme wegen gaat, zal opgemerkt worden. |
Een betrouwbare getuige spreekt de waarheid. Maar een onbetrouwbare getuige liegt alleen maar. | Een betrouwbare getuige liegt niet, maar een valse getuige blaast leugens. |
Leugenaars veroorzaken ruzies. Roddelaars maken zelfs de beste vriendschappen kapot. | Een verderfelijke man brengt ruzie teweeg, en een lasteraar maakt scheiding tussen de beste vrienden. |
De duivel is jullie vader en jullie doen dezelfde dingen als jullie vader. Hij is altijd een moordenaar geweest. Hij kan niets goeds doen, want er is helemaal geen waarheid in hem. Hij is een leugenaar en kan niets anders dan liegen. Hij is de bron van alle leugens. | U bent uit uw vader de duivel, en wilt de begeerten van uw vader doen; die was een mensenmoordenaar van het begin af, en staat niet in de waarheid, want er is in hem geen waarheid. Wanneer hij de leugen spreekt, spreekt hij vanuit wat van hemzelf is, want hij is een leugenaar en de vader van de leugen. |
Dood niemand. Wees trouw aan je vrouw. Steel niet. Vertel geen leugens over anderen. Heb respect voor je vader en moeder en zorg voor hen. En houd net zoveel van je broeders als van jezelf. | U zult niet doden; u zult geen overspel plegen; u zult niet stelen; u zult geen vals getuigenis afleggen; eer uw vader en moeder; en: u zult uw naaste liefhebben als uzelf. |
Help me om nooit oneerlijk te zijn en nooit te liegen. Maak mij niet arm en ook niet rijk. Geef me gewoon alle dagen genoeg te eten. | Houd valsheid en leugentaal ver van mij. En: geef mij geen armoede of rijkdom, voorzie mij van het mij toegewezen deel aan brood. |
Het is heerlijk voor je als de mensen je uitschelden, belachelijk maken, vervolgen en allerlei leugens over je vertellen omdat je in Mij gelooft. | Zalig bent u als men u smaadt en vervolgt, en door te liegen allerlei kwaad tegen u spreekt, omwille van Mij. |
Diep ontzag voor de Heer hebben, betekent: ver weg blijven van het kwaad, van trots en van misdaad. Ik haat ook alle leugens. | De vreze des HEEREN is het kwade te haten; hoogmoed, trots en de verkeerde weg en een mond vol verderfelijke dingen haat Ik. |
Maar Petrus zei: "Ananias, waarom heb je je door de duivel laten opstoken om tegen de Heilige Geest te liegen? Want je hebt een deel van het geld voor jezelf gehouden. Toen je het land nog niet had verkocht, was het toch van jou? En toen je het had verkocht, mocht je met het geld toch doen wat je wilde? Waarom doe je dan alsof dit al het geld is? Je hebt niet tegen mensen gelogen, maar tegen God." | En Petrus zei: Ananias, waarom heeft de satan uw hart vervuld, zodat u gelogen hebt tegen de Heilige Geest en een deel achtergehouden hebt van de opbrengst van het stuk grond? Als het onverkocht gebleven was, bleef het dan niet van u, en toen het verkocht was, bleef de opbrengst dan niet tot uw beschikking? Waarom toch hebt u deze daad in uw hart voorgenomen? U hebt niet tegen mensen gelogen, maar tegen God. |
Vriendelijke woorden zijn als een levensboom. Maar verkeerde woorden kunnen een leven kapotmaken. | Het medicijn van de tong is een boom des levens, maar verkeerdheid erin is een breuk in de geest. |
Zorg dat je mond geen verkeerde dingen zegt en dat er geen leugen over je lippen komt. | Doe weg van jou valsheid van mond en houd bedrog van lippen ver van je verwijderd. |
Het past niet bij een dwaas mens om wijze dingen te zeggen. Nog minder past het bij een oprecht mens om te liegen. | Een lip die voortreffelijke dingen spreekt, past niet bij een dwaas, hoeveel te minder een vals woord bij een aanzienlijke. |
Een goed mens weet wat goed is om te zeggen. Maar een slecht mens spreekt alleen leugens en bedrog. | De lippen van de rechtvaardige weten wat aangenaam is, maar de mond van de goddelozen alleen verderfelijke dingen. |
Als je praatjes rondstrooit over anderen, verraad je geheimen. Maar een betrouwbaar mens kan geheimen bewaren. | Wie al lasterend zijn weg gaat, openbaart geheimen, maar wie betrouwbaar van geest is, bedekt een zaak. |
God is niet zoals de mensen. Mensen liegen, maar God liegt nooit. Mensen veranderen van gedachten, maar God doet altijd wat Hij zegt. Hij houdt Zich altijd aan wat Hij heeft beloofd. | God is geen man, dat Hij liegen zou, of een mensenkind, dat Hij ergens berouw over hebben zou. Zou Híj iets zeggen en het dan niet doen? Zou Híj spreken en het niet gestand doen? |
Het is namelijk zo, dat de wet van Mozes niet bedoeld is voor goede mensen. Maar hij is voor slechte mensen: voor mensen die zich van niets en niemand iets aantrekken, ongehoorzaam zijn aan God, oneerlijk en onheilig zijn, hun vader of moeder vermoorden of andere mensen doden, of seks met allerlei mannen of vrouwen hebben. Hij is voor mannen die met mannen seks hebben en vrouwen die met vrouwen seks hebben. Hij is voor slavenhandelaren, voor leugenaars, voor mensen die liegen tegen de rechtbank en verder voor alle andere mensen die dingen doen die niet overeenkomen met de gezonde dingen die God ons leert. God leert ons die in het goede nieuws dat Gods grote liefde en macht laat zien. Dus in het goede nieuws dat God mij heeft gegeven. | En als men dit weet: dat de wet niet bestemd is voor de rechtvaardige, maar voor wettelozen en voor opstandigen, goddelozen en zondaars, onheiligen en onreinen, voor hen die vader of moeder vermoorden, voor doodslagers, voor ontuchtplegers, voor mannen die met mannen slapen, voor mensenhandelaars, leugenaars, meinedigen en als er iets anders tegen de gezonde leer is, overeenkomstig het Evangelie van de heerlijkheid van de zalige God, dat mij toevertrouwd is. |