Bijbelteksten over 'Zoekt'
Maar ten slotte zult u de HEER, uw God, weer zoeken, en Hem ook vinden, als u Hem met hart en ziel zoekt. | En dan zult gij daar de Here, uw God, zoeken en Hem vinden, wanneer gij naar Hem vraagt met uw ganse hart en met uw ganse ziel. |
Wie kwaad smeedt is een en al bedrog, vreugde wacht hem die vrede zoekt. | Bedrog is in het hart van wie kwaad smeden, maar voor wie tot vrede raden, is er vreugde. |
Jonge leeuwen lopen hongerig rond, wie de HEER zoekt, ontbreekt het aan niets. | Jonge leeuwen lijden ontbering en honger, maar wie de Here zoeken, hebben geen gebrek aan enig goed. |
Maar wie oprecht handelt zoekt het licht op, zodat zichtbaar wordt dat God werkzaam is in alles wat hij doet. | Maar wie de waarheid doet, gaat tot het licht, opdat van zijn werken blijke, dat zij in God verricht zijn. |
Het begin van wijsheid is dat je wijsheid zoekt, inzicht najaagt met alles wat je bezit. | Het begin der wijsheid is: verwerf wijsheid en verwerf inzicht bij al wat gij bezit. |
De HEER staat aan uw kant zolang u aan zijn kant staat. Als u hem zoekt, zal hij zich door u laten vinden, maar als u zich van hem afwendt, zal hij zich van u afwenden. | De Here is met u, zolang gij met Hem zijt; indien gij Hem zoekt, zal Hij Zich door u laten vinden; maar indien gij Hem verlaat, zal Hij u verlaten. |
Wees waakzaam, wees op uw hoede, want uw vijand, de duivel, zwerft rond als een brullende leeuw, op zoek naar een prooi. | Wordt nuchter en waakzaam. Uw tegenpartij, de duivel, gaat rond als een brullende leeuw, zoekende wie hij zal verslinden. |
Vraag en er zal je gegeven worden, zoek en je zult vinden, klop en er zal voor je worden opengedaan. | Bidt en u zal gegeven worden; zoekt en gij zult vinden; klopt en u zal opengedaan worden. |
Zoek de HEER, jullie in het land die nederig zijn en naar zijn wetten leven, zoek rechtvaardigheid, zoek nederigheid: misschien vinden jullie een schuilplaats op de dag van de toorn van de HEER. | Zoekt de Here, alle ootmoedigen des lands, gij die zijn verordening volbrengt; zoekt gerechtigheid, zoekt ootmoed; misschien zult gij geborgen worden op de dag van de toorn des Heren. |
Daarom zeg Ik jullie: vraag en er zal je gegeven worden, zoek en je zult vinden, klop en er zal voor je worden opengedaan. | En Ik zeg u: Bidt en u zal gegeven worden; zoekt en gij zult vinden; klopt en u zal opengedaan worden. |
Dit zegt de HEER tegen Israël: Zoek Mij en leef! | Want zo zegt de Here tot het huis Israëls: Zoekt Mij en leeft. |
En wanneer dan mijn volk, het volk dat Mij toebehoort, het hoofd buigt, al biddend mijn aanwezigheid zoekt en breekt met zijn kwalijke praktijken, dan zal Ik luisteren vanuit de hemel, zijn zonden vergeven en het land genezen. | En mijn volk waarover mijn naam is uitgeroepen, verootmoedigt zich en zij bidden en zoeken mijn aangezicht en bekeren zich van hun boze wegen, dan zal Ik uit de hemel horen, en hun zonde vergeven en hun land herstellen. |
Zie uit naar de HEER en zijn macht, zoek voortdurend zijn nabijheid. | Vraagt naar de Here en zijn sterkte, zoekt zijn aangezicht bestendig. |
Maar hij zei tegen hen: ‘Wees niet bang. Jullie zoeken Jezus van Nazaret, die gekruisigd is. Hij is opgewekt uit de dood, Hij is niet hier; kijk, dat is de plaats waar Hij was neergelegd.’ | Hij zeide tot haar: Weest niet ontsteld. Jezus zoekt gij, de Nazarener, de gekruisigde. Hij is opgewekt, Hij is hier niet; zie de plaats, waar zij Hem gelegd hadden. |
Want wie mij vindt, vindt het leven, en ontvangt de gunst van de HEER. | Want wie mij vindt, heeft het leven gevonden, hij heeft van de Here welgevallen verkregen. |
Zie uit naar de HEER en zijn macht, zoek voortdurend zijn nabijheid. | Vraagt naar de Here en zijn sterkte, zoekt zijn aangezicht bestendig. |
Zoek de HEER nu Hij zich laat vinden, roep Hem terwijl Hij nabij is. | Zoekt de Here, terwijl Hij Zich laat vinden; roept Hem aan, terwijl Hij nabij is. |
Jullie zullen mij zoeken en ook vinden, als jullie mij tenminste met hart en ziel zoeken. | Dan zult gij Mij zoeken en vinden, wanneer gij naar Mij vraagt met uw ganse hart. |
Zoek liever eerst het koninkrijk van God en zijn gerechtigheid, dan zullen al die andere dingen je erbij gegeven worden. | Maar zoekt eerst Zijn Koninkrijk en Zijn gerechtigheid en dit alles zal u bovendien geschonken worden. |
De liefde is geduldig en vol goedheid. De liefde kent geen afgunst, geen ijdel vertoon en geen zelfgenoegzaamheid. Ze is niet grof en niet zelfzuchtig, ze laat zich niet boos maken en rekent het kwaad niet aan. | De liefde is lankmoedig, de liefde is goedertieren, zij is niet afgunstig, de liefde praalt niet, zij is niet opgeblazen, zij kwetst niemands gevoel, zij zoekt zichzelf niet, zij wordt niet verbitterd, zij rekent het kwade niet toe. |
De engel richtte zich tot de vrouwen en zei: ‘Wees niet bang, ik weet dat jullie Jezus, de gekruisigde, zoeken. Hij is niet hier, Hij is immers uit de dood opgewekt, zoals Hij gezegd heeft. Kijk, dit is de plaats waar Hij gelegen heeft.’ | Doch de engel antwoordde en zeide tot de vrouwen: Weest gij niet bevreesd; want ik weet, dat gij Jezus zoekt, de gekruisigde. Hij is hier niet, want Hij is opgewekt, gelijk Hij gezegd heeft; komt, ziet de plaats, waar Hij gelegen heeft. |
Wie fouten toedekt, streeft vriendschap na, wie ze telkens oprakelt, verliest zijn vrienden. | Wie een overtreding bedekt, jaagt liefde na; maar wie een zaak ophaalt, brengt scheiding tussen vrienden. |
Zoek het goede, niet het kwade. Dan zullen jullie leven, en dan zal de HEER, de God van de hemelse machten, met jullie zijn, zoals jullie altijd zeggen. | Zoekt het goede en niet het kwade, opdat gij leeft en aldus de Here, de God der heerscharen, met u zij, gelijk gij zegt. |
Zonder geloof is het onmogelijk God vreugde te geven; wie Hem wil naderen moet immers geloven dat Hij bestaat en dat Hij beloont wie Hem zoeken. | Maar zonder geloof is het onmogelijk (Hem) welgevallig te zijn. Want wie tot God komt, moet geloven, dat Hij bestaat en een beloner is voor wie Hem ernstig zoeken. |
Wie in de beschutting van de Allerhoogste woont en overnacht in de schaduw van de Ontzagwekkende, zegt tegen de HEER: ‘Mijn toevlucht, mijn vesting, mijn God, op U vertrouw ik.’ | Wie in de schuilplaats des Allerhoogsten is gezeten, vernacht in de schaduw des Almachtigen. Ik zeg tot de Here: Mijn toevlucht en mijn vesting, mijn God, op wie ik vertrouw. |
Bijbeltekst van de dag
Pas als het goede nieuws van het koninkrijk in de hele wereld wordt verkondigd als getuigenis voor alle volken, zal het einde komen.Willekeurige Bijbeltekst
Want Ik ben de HEER, je God,Ik neem je bij je rechterhand en zeg je:
Wees niet bang, Ik zal je helpen.Volgende tekst!Met afbeelding