Als iemand slechte dingen zegt over de Mensenzoon, kan hij vergeving krijgen. Maar als iemand slechte dingen zegt over de heilige Geest, krijgt hij geen vergeving. Niet nu in deze wereld, en ook niet straks in Gods nieuwe wereld.
Stel dat iemand het kleinste regeltje van de wet afschaft, en dat hij anderen leert om dat ook te doen. Dan zal hij op de laatste plaats komen in Gods nieuwe wereld. Maar stel dat iemand zich aan de hele wet houdt, en dat hij anderen leert om dat ook te doen. Dan zal hij op de eerste plaats komen in Gods nieuwe wereld.
Daarna zei Paulus: ‘Johannes doopte de mensen om te laten zien dat ze een nieuw leven begonnen. Maar Johannes zei ook: ‘Geloof in de man die na mij komt.’ En dat is Jezus.’
Jezus zei tegen de mensen die naar hem luisterden: ‘Je moet van je vijanden houden. Wees goed voor de mensen die je haten. Spreek met respect over de mensen die je uitschelden. Bid voor de mensen die je slecht behandelen.’
Als je een dag gaat vasten, houd het dan geheim. Was en verzorg je gezicht. Dan merkt niemand het, behalve je Vader. Hij ziet wat er in het geheim gebeurt. En hij zal je belonen.
Zorg er dus voor dat je goed leeft. Leef niet zoals dwaze mensen doen, maar gedraag je verstandig. Gebruik de dagen die God je nog geeft, goed. Want we leven in een slechte tijd.
Maar Petrus zei: ‘Ananias, je hebt geluisterd naar Satan en je hebt de heilige Geest bedrogen. Want je deed alsof je de hele opbrengst gaf. Waarom heb je dat gedaan? Je had je land gewoon voor jezelf kunnen houden. Of je had het geld voor jezelf kunnen gebruiken. Maar nu ben je oneerlijk geweest, en niet tegen de mensen, maar tegen God!’
Jezus Christus was aan God gelijk. Maar hij vroeg niet om de hoogste macht en eer voor zichzelf. Nee, hij gaf zijn hemelse positie op. Hij maakte zich zo onbelangrijk als een slaaf. Hij kwam als mens op aarde. En toen hij leefde als mens, dacht hij nooit aan zichzelf. Hij was altijd gehoorzaam aan God, zelfs toen hij aan het kruis moest sterven.
Als iemand rijk wordt, willen steeds meer mensen iets van hem hebben. En degene die rijk is, kan alleen maar toekijken. Hij heeft niets meer aan zijn bezit.
Jezus zei verder: ‘Een mens wordt onrein van de dingen die uit hem naar buiten komen. Want alle slechte dingen die een mens doet, komen uit zijn eigen hart: slechte gedachten, verboden seks, moord, belediging, trots en domheid. En ook vreemdgaan, stelen, graaien, liegen, gemeen zijn, jaloers zijn op anderen, en je nergens voor schamen. Al die slechtheid maakt een mens onrein.’
Wij zijn vanuit de dood naar het leven gegaan. Doe daarom geen verkeerde dingen meer. Want daarmee leef je in dienst van de zonde. Maar doe het goede, want alleen dan leef je in dienst van God.
Want we vechten niet tegen mensen, maar tegen machten en krachten die over de wereld willen heersen. We vechten tegen de leiders van de duisternis, tegen de hoogste kwade machten.
De oogst is helemaal verwoest, en ook in de wijngaard is geen werk meer. Want alle druivenplanten en fruitbomen zijn dood, alle vruchten zijn verdwenen. En ook het plezier van de mensen is verdwenen.
Elke dag kwamen ze naar de tempel om samen te zijn. Bij elkaar thuis deelden ze het brood. Vol vreugde aten ze samen, en iedereen was even belangrijk. Ze eerden God, en het hele volk had veel waardering voor hen. Elke dag kwamen er meer mensen bij die door God gered waren.