Ik bedoel dit: laat je leiden door de Geest en niet door je 'ik.' | This I say then, Walk in the Spirit, and ye shall not fulfil the lust of the flesh. |
Reken daarom af met je aardse verlangens. Je moet die doden! Ik bedoel dit: Ga niet meer met allerlei mannen of vrouwen naar bed. Doe geen andere verkeerde dingen op het gebied van seks. Wees niet langer hebzuchtig, want hebzucht is een afgod. | Mortify therefore your members which are upon the earth; fornication, uncleanness, inordinate affection, evil concupiscence, and covetousness, which is idolatry. |
Jullie willen van alles, maar jullie hebben niets. Jullie haten elkaar en zijn jaloers op elkaar, maar krijgen nog steeds niet wat jullie willen hebben. Jullie doen vreselijk je best om van alles te bereiken. Maar jullie bereiken niets, omdat jullie niet bidden. | Ye lust, and have not: ye kill, and desire to have, and cannot obtain: ye fight and war, yet ye have not, because ye ask not. |
En de wereld met alles wat ze belangrijk vindt, zal verdwijnen. Maar als je doet wat God wil, zul je eeuwig leven. | And the world passeth away, and the lust thereof: but he that doeth the will of God abideth for ever. |
Kun je op gloeiende kolen lopen, zonder dat je je voeten brandt? | Can one go upon hot coals, and his feet not be burned? |
Alles mag, maar niet alles is nuttig. Ik mag alles, maar ik mag nergens slaaf van worden. | All things are lawful unto me, but all things are not expedient: all things are lawful for me, but I will not be brought under the power of any. |
Maar om te voorkomen dat jullie verkeerde dingen gaan doen, is het toch beter om te trouwen. Iedere man moet zijn eigen vrouw hebben en iedere vrouw haar eigen man. | Nevertheless, to avoid fornication, let every man have his own wife, and let every woman have her own husband. |
Onthoud goed: waar je rijkdommen zijn, daar zal ook je hart zijn. | For where your treasure is, there will your heart be also. |
Ik had met mijn ogen een verbond gesloten: ik had plechtig besloten niet naar de meisjes te kijken. | I made a covenant with mine eyes; why then should I think upon a maid? |
Wees verstandig en let goed op. Jullie vijand, de duivel, loopt rond als een brullende leeuw die een prooi zoekt. Hij zoekt wie hij kan verslinden. | Be sober, be vigilant; because your adversary the devil, as a roaring lion, walketh about, seeking whom he may devour. |
Want alles wat de ongelovige mensen doen en willen en verlangen en belangrijk vinden, is niet van de Vader, maar van de wereld. | For all that is in the world, the lust of the flesh, and the lust of the eyes, and the pride of life, is not of the Father, but is of the world. |
Denk eraan dat het huwelijk iets heel kostbaars is. Ga hierin dus goed met elkaar om en wees niet ontrouw aan je eigen man of vrouw. Want God zal de mensen straffen die hierin verkeerde dingen doen. | Marriage is honourable in all, and the bed undefiled: but whoremongers and adulterers God will judge. |
Broeders en zusters, jullie zijn door God geroepen om vrij te zijn. Maar jullie mogen die vrijheid niet gebruiken om maar te doen waar jullie zin in hebben. Nee, jullie moeten elkaar liefdevol dienen. | For, brethren, ye have been called unto liberty; only use not liberty for an occasion to the flesh, but by love serve one another. |
Zoals een hert hevig verlangt naar water, zo verlang ik hevig naar U, God. | As the hart panteth after the water brooks, so panteth my soul after thee, O God. |
Blijf wakker en bid dat je niet verleid wordt om het verkeerde te doen. Je wíl wel graag het goede doen, maar dat is wel heel erg moeilijk. | Watch and pray, that ye enter not into temptation: the spirit indeed is willing, but the flesh is weak. |
Maar als je in de verleiding komt om iets verkeerds te doen, bedenk dan dit. Geen één verleiding is zó groot, dat je er niet tegenop zou kunnen. Want God laat je nooit in de steek. Hij zal niet toestaan dat je het zó moeilijk krijgt, dat je het niet meer aankan. Want Hij zal, als er verleidingen komen, ook voor de oplossing zorgen. Daardoor zul je sterk genoeg zijn om de juiste beslissingen te nemen. | There hath no temptation taken you but such as is common to man: but God is faithful, who will not suffer you to be tempted above that ye are able; but will with the temptation also make a way to escape, that ye may be able to bear it. |
Maar je mag nooit zeggen dat Gód jou op de proef stelt. Want God kan niet door het kwaad verleid worden om iets slechts te doen. En Hij doet Zelf ook niemand kwaad om iemands geloof op de proef te stellen. | Let no man say when he is tempted, I am tempted of God: for God cannot be tempted with evil, neither tempteth he any man. |
Ook als U rechtspreekt, vertrouwen wij op U, Heer. Wij verlangen met ons hele hart naar U en uw verbond. | Yea, in the way of thy judgments, O Lord, have we waited for thee; the desire of our soul is to thy name, and to the remembrance of thee. |
Hij heeft ons kostbare en grote beloften gedaan. Daardoor zijn we ontsnapt aan dood en bederf. Nu kunnen we nieuwe mensen zijn die op God lijken. De dood en het bederf heersen in de wereld door de verkeerde verlangens van de mensen. | Whereby are given unto us exceeding great and precious promises: that by these ye might be partakers of the divine nature, having escaped the corruption that is in the world through lust. |
Want het verlangen naar geld is de bron van al het kwaad. Sommige mensen zijn het geloof kwijtgeraakt en in allerlei ellende terecht gekomen, doordat ze zo graag rijk wilden worden. | For the love of money is the root of all evil: which while some coveted after, they have erred from the faith, and pierced themselves through with many sorrows. |
Want plotseling zal je rijkdom vleugels krijgen en wegvliegen, verdwijnen als een wegschietende arend. | Wilt thou set thine eyes upon that which is not? for riches certainly make themselves wings; they fly away as an eagle toward heaven. |
Sommige mensen willen altijd maar méér hebben. Maar goede mensen zijn gul en delen uit van wat ze hebben. | He coveteth greedily all the day long: but the righteous giveth and spareth not. |
Hoe zit het dan? Is de wet dan iets slechts? Nee, helemaal niet. Want zonder de wet zou ik niet geweten hebben wat slecht is. Ik zou bijvoorbeeld niet geweten hebben dat jaloersheid verkeerd is, als de wet niet had gezegd dat je niet jaloers mag zijn. | What shall we say then? Is the law sin? God forbid. Nay, I had not known sin, but by the law: for I had not known lust, except the law had said, Thou shalt not covet. |
Broeders en zusters, stel dat jullie merken dat iemand in de gemeente iets slechts heeft gedaan. Dan moeten jullie je door de Geest laten leiden en hem weer op het rechte pad brengen. Doe dat op een vriendelijke manier. Doe niet alsof je beter bent dan hij. Je moet eraan denken dat je zelf óók in de verleiding kan komen om ongehoorzaam aan God te zijn. | Brethren, if a man be overtaken in a fault, ye which are spiritual, restore such an one in the spirit of meekness; considering thyself, lest thou also be tempted. |
Mensen die zich door hun 'ik' laten leiden, doen precies het tegenovergestelde van wat God wil. Ze gedragen zich als vijanden van God. Want ze gehoorzamen niet aan de wet van God. Dat kunnen ze ook niet. Daarom geniet God niet van zulke mensen. | So then they that are in the flesh cannot please God. |