Bijbelteksten over 'Arme'
Doe recht aan de geringe en de wees, bewijs de ellendige en de arme gerechtigheid. | Ik wil dat jullie opkomen voor de arme mensen en de weeskinderen! Wees rechtvaardig voor hen! |
Het losgeld voor iemands leven is zijn rijkdom, maar een arme krijgt zelfs geen bedreiging te horen. | Iemand die rijk is, wordt gedwongen om losgeld te betalen voor zijn leven. Een arm mens wordt niet eens bedreigd. |
Open je mond, oordeel met rechtvaardigheid, en verschaf recht aan de ellendige en de arme. | Spreek, en oordeel rechtvaardig. Zorg dat de arme mensen een eerlijke rechtspraak krijgen. |
Het verlangen van de mens is zijn goedertierenheid, maar een arme is beter dan een leugenachtige man. | Een mens wil graag hulpvaardig zijn. Toch kun je beter toegeven dat je te arm bent om te helpen, dan dingen beloven die je niet waar kan maken. |
Zo zegt de HEERE van de legermachten: Vel een betrouwbaar oordeel, bewijs goedertierenheid en barmhartigheid, eenieder aan zijn naaste. Onderdruk weduwe noch wees, vreemdeling noch arme. Bedenk in uw hart geen kwaad tegen elkaar. | Dit zei de Heer in die tijd: 'Spreek eerlijk recht. Wees goed en vriendelijk voor elkaar. Wees niet slecht voor de weduwen en weeskinderen, voor de buitenlanders en de arme mensen. Denk geen kwaad van elkaar.' |
Sta op, HEERE God, hef Uw hand op, vergeet de ellendigen niet. | Kom Heer! God, doe er iets aan! Denk alstublieft aan de arme mensen! |
Een rijke heerst over armen, en wie leent, wordt slaaf van de uitlener. | Een rijk mens heeft macht over arme mensen. Als je leent, kom je in de macht van de man van wie je geleend hebt. |
Want ik bevrijdde de ellendige die om hulp riep, en de wees die geen helper had. De zegen van hem die verloren ging, kwam over mij; en het hart van de weduwe deed ik vrolijk zingen. | Want ik hielp arme mensen die mij om hulp vroegen. Weeskinderen werden door mij geholpen. Ze waren me allemaal dankbaar. Arme weduwen waren blij met mij. |
Zalig zijn de armen van geest, want van hen is het Koninkrijk der hemelen. | Het is heerlijk voor je als je begrijpt dat je God nodig hebt. Want dan zul je het Koninkrijk van God mogen binnengaan. |
Jezus zei tegen hem: Als u volmaakt wilt zijn, ga dan heen, verkoop wat u hebt, en geef het aan de armen, en u zult een schat hebben in de hemel; en kom dan en volg Mij. | Jezus zei: "Als je volmaakt wil zijn, ga dan naar huis, verkoop alles wat je hebt en geef het geld aan de arme mensen. Dan zul je een schat in de hemel hebben. Kom dan hier en volg Mij." |
De Geest van de Heere is op Mij, omdat Hij Mij gezalfd heeft; Hij heeft Mij gezonden om aan armen het Evangelie te verkondigen, om te genezen wie gebroken van hart zijn, om aan gevangenen vrijlating te prediken en aan blinden het gezichtsvermogen, om verslagenen weg te zenden in vrijheid. | De Geest van de Heer is op Mij. Hij heeft Mij met zijn Geest gezalfd om aan arme mensen goed nieuws te brengen. Hij heeft Mij gestuurd om mensen die een gebroken hart hebben te genezen. Om gevangenen te vertellen dat ze vrij zijn. Om blinde mensen te vertellen dat ze weer kunnen zien. Om slaven als vrije mensen weg te sturen. |
En al zou ik al mijn bezittingen uitdelen tot levensonderhoud van de armen, en al zou ik mijn lichaam overgeven om verbrand te worden, maar ik had de liefde niet, het baatte mij niets. | Stel dat ik alles wat ik had weggaf aan de arme mensen, en stel dat ik er trots op kon zijn dat ik mijn lichaam opofferde vanwege mijn geloof in de Heer. Maar als ik dat zonder liefde deed, had ik er niets aan. |
Goed gaat het een man die zich ontfermt en uitleent, hij behartigt zijn zaken volgens het recht. | Het zal goed met je gaan als je aan arme mensen uitleent zonder rente. God zal goed voor je zijn als je eerlijk zaken doet. |
Leer goed te doen, zoek het recht! Help de verdrukte, doe de wees recht, bepleit de rechtszaak van de weduwe! | Leer liever om goed en eerlijk te zijn. Spreek eerlijk recht. Zorg voor de arme mensen en de weeskinderen. Kom voor de weduwen op. |
Wie dan de goederen van de wereld heeft, en zijn broeder gebrek ziet lijden, maar zijn hart voor hem toesluit, hoe kan de liefde van God in hem blijven? | Als je het goed hebt in deze wereld, maar je wil een arme broeder of zuster niet helpen, hoe kan Gods liefde dan in je wonen? |
Als bedroefden, maar toch steeds blij; als armen, maar die toch velen rijk maken; als mensen die niets hebben en toch alles bezitten. | We hebben verdriet, maar toch zijn we altijd blij. We hebben niets, maar toch maken we veel mensen rijk. We hebben niets, maar eigenlijk hebben we alles. |
Het weinige dat de rechtvaardige heeft, is beter dan de overvloed van vele goddelozen. Want de armen van de goddelozen worden gebroken, maar de HEERE ondersteunt de rechtvaardigen. | Het is beter om arm te zijn maar eerlijk, dan rijk te zijn en slecht. Want de Heer breekt de macht van de mensen die zich niets van Hem aantrekken. Maar Hij helpt de mensen die leven zoals Hij het wil. |
Maar als u een liefdegave geeft, laat dan uw linkerhand niet weten wat uw rechterhand doet, zodat uw liefdegave in het verborgene zal zijn; en uw Vader, Die in het verborgene ziet, zal het u in het openbaar vergelden. | Maar als je een bedelaar iets geeft, zorg er dan voor dat je linkerhand niet weet wat je rechterhand doet. Zo is het geheim wat je gedaan hebt. En je Vader, die de verborgen dingen ziet, zal je er openlijk voor belonen. |
De Geest van de Heere HEERE is op Mij, omdat de HEERE Mij gezalfd heeft om een blijde boodschap te brengen aan de zachtmoedigen. Hij heeft Mij gezonden om te verbinden de gebrokenen van hart, om voor de gevangenen vrijlating uit te roepen en voor wie gebonden zaten, opening van de gevangenis. | Jesaja zegt: De Geest van de Heer is op mij. Hij heeft mij met zijn Geest gezalfd om goed nieuws te brengen aan nederige mensen. Hij heeft mij gestuurd om mensen die een gebroken hart hebben, te genezen. Om gevangenen te vertellen dat ze vrij zijn. Om mensen die vastzitten, uit hun gevangenis te halen. |
Wanneer u dan een liefdegave geeft, laat het niet voor u uitbazuinen, zoals de huichelaars in de synagogen en op de straten doen, opdat zij door de mensen geëerd zouden worden. Voorwaar, Ik zeg u: Zij hebben hun loon al. | Als je een bedelaar iets geeft, laat dat dan niet aan iedereen weten. De schijnheilige mensen in de synagogen en op straat doen dat wél. Want zij willen graag door de mensen geprezen worden. Luister goed! Ik zeg jullie dat ze hun hele beloning al hebben gekregen. |
Gerelateerde onderwerpen
Armoede
Jezus zei tegen hem...
Geld
Laat uw handelwijze zonder...
Naaste
En het tweede, hieraan...
Rechtvaardigheid
Wie gerechtigheid en goedertierenheid...
Geven
Laat ieder doen zoals...
Wezen
U mag geen enkele...