DailyVerses.netThema'sWillekeurige tekstInschrijven

Bijbelteksten over 'Bezit'

  • Rijke mensen denken dat ze veilig zijn,
    ze denken dat hun bezit hen beschermt.
  • Ik heb alleen maar uw woorden,
    en daar ben ik heel blij mee.
    Dat is mijn enige bezit, voor altijd.
  • Ook zei hij: ‘Pas op voor het verlangen naar steeds meer bezit. Kijk daarvoor uit. Je kunt heel veel bezitten, maar je leven kun je nooit bezitten.’
  • ‘Goed,’ zei de Heer, ‘doe wat je wilt met alles wat Job bezit. Maar hemzelf moet je met rust laten.’
    Toen ging Satan weg.
  • Jezus zei verder: ‘Stel dat je de hele wereld in bezit krijgt. Wat heb je daaraan als je je leven verliest?’
  • Zo iemand is naakt geboren, zonder bezit. En als hij doodgaat, kan hij niets meenemen. Alles waarvoor hij hard gewerkt heeft, moet hij achterlaten.
  • Stel dat je de hele wereld in bezit krijgt. Wat heb je daaraan als je je leven verliest? Het eeuwige leven is niet te koop.
  • Je moet offers aan de Heer brengen, en hem het beste van je oogst geven.
  • Ik heb verdriet, maar toch ben ik altijd blij. Ik ben arm, maar ik maak veel mensen rijk. Ik bezit niets, en toch heb ik alles!
  • God geeft je misschien rijkdom en bezit. En hij zorgt ervoor dat je kunt genieten van alles wat je hebt. Je hebt er hard voor gewerkt, en het is een geschenk van God.
  • Verlang niet naar iets dat van een ander is. Blijf af van zijn huis, zijn vrouw, zijn slaaf of slavin, zijn koe of zijn ezel, en van al zijn bezit.
  • Nu moeten jullie goed naar mij luisteren. En jullie moeten je houden aan de afspraken met mij. Dan zullen jullie een kostbaar bezit voor mij zijn. De hele aarde is van mij, en alle volken zijn van mij.
  • Je kunt alleen wijs worden als je op zoek gaat naar wijsheid en inzicht.
  • Als iemand rijk wordt, willen steeds meer mensen iets van hem hebben. En degene die rijk is, kan alleen maar toekijken. Hij heeft niets meer aan zijn bezit.
  • Een huis en een erfenis krijg je van je ouders,
    maar een wijze vrouw krijg je van de Heer.
  • Daarom zeg ik: Je kunt maar het beste vrolijk zijn en van het leven genieten. Als je lekker eet en drinkt en geniet van al je bezit, dan is dat een geschenk van God.
  • Vandaag heb ik jullie de wetten en regels gegeven van de Heer, jullie God. Ik heb gezegd dat jullie je daaraan moeten houden. Jullie moeten doen wat de Heer vraagt. En jullie moeten hem liefhebben. Als jullie dat doen, dan kiezen jullie voor het leven. Dan zullen jullie een goed leven hebben, en veel kinderen krijgen. De Heer, je God, zal jullie rijk en gelukkig maken in het land dat jullie in bezit gaan nemen.
  • Doe altijd wat de Heer van je vraagt. Dan zul je in leven blijven. En dan zal het goed met jullie gaan. Dan zullen jullie lang blijven wonen in het land dat jullie van de Heer krijgen.
  • Nadat Job voor zijn vrienden gebeden had, liet de Heer een nieuwe tijd voor Job beginnen. Toen ging het veel beter met hem. De Heer gaf hem zelfs twee keer zo veel bezit als vroeger.
  • De groep van gelovigen was een eenheid. Ze waren het over alles met elkaar eens. Niemand wilde zijn bezit alleen voor zichzelf houden. In plaats daarvan deelden ze alles wat ze hadden.
  • Rijkdom die je zomaar krijgt, ben je snel weer kwijt,
    maar als je hard werkt voor je geld, word je steeds rijker.
  • In de wereld is het normaal om je eigen verlangens te volgen. Het is daar normaal om alles wat je ziet, te willen hebben, en om op te scheppen over je bezit. Zulk gedrag hoort bij de wereld, niet bij de Vader.
  • Over hen zegt de machtige Heer: ‘Zij zullen mijn volk zijn. Zij zullen een kostbaar bezit voor mij zijn op de dag dat ik kom. Ik zal goed voor hen zijn, zoals een vader goed is voor een zoon die hem gehoorzaamt.’
  • Als je geen liefde hebt voor anderen, dan is alles wat je doet, zinloos. Zelfs al verkoop je je bezit, en geef je het geld aan de armen. Zelfs al sterf je in het vuur, omdat je je leven geeft voor de goede zaak.
  • Daarom denk ik dat het voor een mens het beste is om te genieten. Ook al duurt het leven dat God hem geeft, maar kort. Laat hij maar eten en drinken. Laat hij maar genieten van alles wat hij bezit. Hij heeft er altijd hard voor gewerkt.
  • Ik wil graag leven zoals u dat wilt.
    Dat heb ik liever dan grote rijkdom.
  • De Heer is alles wat ik nodig heb, op hem vertrouw ik.
  • Veel mensen willen steeds meer hebben,
    maar goede mensen geven alles weg.
  • Je kunt beter arm zijn en eerbied hebben voor de Heer,
    dan rijk zijn en leven in angst.
  • Jezus zei tegen hem: ‘Als je volmaakt wilt zijn, ga dan naar huis. Verkoop alles wat je hebt en geef het geld aan de armen. Dan zul je in de hemel een grote beloning krijgen. Als je alles weggegeven hebt, kom dan terug en ga met mij mee.’
  • De sabbat is een heilige dag. Op die dag moet je uitrusten, je mag dan geen zaken doen. De sabbat is een vrolijke dag, het is een dag om mij te vereren. Op die dag mag je niet bezig zijn met van alles. Je mag geen spullen kopen of verkopen, en je moet geen belangrijke zaken willen bespreken.
    Als jullie op die dag uitrusten, zal ik jullie vreugde geven. Jullie zullen het land dat ik aan jullie voorvader Jakob gegeven heb, weer in bezit nemen. En jullie zullen genieten van alles wat op dat land groeit. Dat beloof ik.
  • Op de dag dat God zal straffen, heb je niets aan je geld.
    Alleen als je goed leeft, word je gered van de dood.
  • Als iemand iets van je wil hebben, geef het hem dan. En als iemand iets van je pakt, vraag het dan niet terug.
  • Je kunt beter arm zijn en eerlijk,
    dan rijk en oneerlijk.
  • U bent geweldig en machtig. U hebt alle macht, alle eer en alle kracht. Heer, u bent koning van de hele aarde, en u heerst over de hemel. Alles is van u!
  • God heeft de macht om jullie al het goede te schenken. Hij kan jullie alles geven wat je nodig hebt. Zelfs zo veel dat jullie altijd meer dan genoeg hebben, en veel overhouden om andere mensen te steunen.
  • Mijn God zal jullie alles geven wat jullie nodig hebben. Hij zal zijn hemelse rijkdom met jullie delen, dankzij Jezus Christus.
  • Ze kregen het land niet op eigen kracht,
    niet door hun wapens en hun leger.
    U hebt hun het land gegeven,
    u hebt hen geholpen met uw macht.
    U hebt hen beschermd,
    omdat u van hen hield.
  • Geen enkel wapen zal jou raken. En iedereen die jou aanklaagt, zal zelf gestraft worden.
    Jeruzalem, jij bent de stad van mijn dienaren. De stad waar ze goed en eerlijk met elkaar zullen leven. Jij bent de stad die ik hun beloofd heb.