12 Bijbelteksten over Schulden - BGT
Bijbel in Gewone Taal (BGT)- Vertaling
Zorg ervoor dat je niemand iets schuldig bent. Voor jullie geldt alleen deze regel: houd van elkaar. Want als je houdt van de ander, heb je precies gedaan waar het in de wet om gaat.
Slechte mensen lenen dingen van anderen,
maar ze geven nooit iets terug.
Goede mensen geven graag dingen weg,
zij weten wat liefde is.
maar ze geven nooit iets terug.
Goede mensen geven graag dingen weg,
zij weten wat liefde is.
Geef dus altijd wat je moet geven. Betaal alle belasting die je moet betalen. Heb respect voor wie respect verdient. En geef eer aan wie eer verdient.
Als iemand iets van je wil hebben, geef het hem dan. En als iemand iets van je pakt, vraag het dan niet terug.
Jezus zei: ‘Stel dat je een toren wilt bouwen. Dan ga je eerst bedenken hoeveel dat kost en of je genoeg geld hebt.’
Dan zal de Heer jullie rijk en gelukkig maken, zoals hij beloofd heeft. Dan lenen jullie geen geld meer van andere volken, maar vragen zij geld aan jullie. Dan heersen andere volken niet meer over jullie, maar dan heersen jullie over hen.
Rijkdom die je zomaar krijgt, ben je snel weer kwijt,
maar als je hard werkt voor je geld, word je steeds rijker.
maar als je hard werkt voor je geld, word je steeds rijker.
Rijke mensen hebben macht over arme mensen.
Mensen die geld uitlenen, zijn machtiger
dan mensen die zelf geld van iemand lenen.
Mensen die geld uitlenen, zijn machtiger
dan mensen die zelf geld van iemand lenen.
En vergeef ons wat we fout gedaan hebben,
want wij hebben ook andere mensen hun fouten vergeven.
want wij hebben ook andere mensen hun fouten vergeven.
Leef niet alleen voor het geld, en wees tevreden met wat je hebt. God zorgt voor je, want hij heeft zelf gezegd: «Ik zal bij je blijven, ik zal je niet in de steek laten.»
Als je iemand ergens mee kunt helpen, doe dat dan ook.
En geef hem waar hij recht op heeft.
En geef hem waar hij recht op heeft.
Je kunt niet trouw zijn aan twee bazen tegelijk. Want je zult altijd meer liefde hebben voor de één dan voor de ander. En je zult altijd meer respect hebben voor de één dan voor de ander. Je kunt dus niet tegelijk voor God en voor het geld leven.