Jezus zei: ‘Stel dat een andere gelovige iets verkeerds doet. Zeg hem dan wat hij verkeerd gedaan heeft zonder dat er anderen bij zijn. Als hij naar je luistert, dan heb je hem bij God teruggebracht.’
Jullie moeten goed naar mij luisteren, want ik ben de Heer, jullie God. Jullie moeten doen wat ik wil. Jullie moeten je houden aan mijn wetten en regels. Dan zullen jullie niet de ziektes krijgen die ik naar de Egyptenaren gestuurd heb. Ik ben de Heer. Ik zorg ervoor dat jullie gezond blijven.
Daarom denk ik dat het voor een mens het beste is om te genieten. Ook al duurt het leven dat God hem geeft, maar kort. Laat hij maar eten en drinken. Laat hij maar genieten van alles wat hij bezit. Hij heeft er altijd hard voor gewerkt.
Heb dus eerbied voor de Heer, onze God, en houd je precies aan zijn wet. Want hij wil niet dat jullie onrecht doen, of oneerlijk zijn, of je laten omkopen.
Daarom zeg ik: Je kunt maar het beste vrolijk zijn en van het leven genieten. Als je lekker eet en drinkt en geniet van al je bezit, dan is dat een geschenk van God.
Ten slotte zeg ik tegen jullie allemaal: Maak geen ruzie met elkaar. Leef met elkaar mee, en houd van elkaar als broers en zussen. Wees vriendelijk en bescheiden.
En daarna heb ik jullie naar dit mooie land gebracht. Ik gaf jullie meer dan genoeg te eten. Jullie hadden alles wat je nodig had. Maar toen werden jullie trots, en jullie vergaten mij.
Want het komt alleen goed als jullie je leven echt veranderen. Behandel iedereen eerlijk. Zwakke mensen mag je niet onderdrukken. Wees goed voor vreemdelingen, voor weduwen en voor kinderen zonder vader. Vermoord geen onschuldige mensen. En vereer geen andere goden, want dan loopt het slecht met jullie af. Verander je leven! Dan zal ik jullie voor altijd laten wonen in dit land, dat ik aan jullie voorouders gegeven heb.
Stel dat iemand zegt dat hij God liefheeft, maar intussen haat hij een andere gelovige. Dan is hij een leugenaar. Als je niet houdt van gelovigen die je om je heen ziet, dan kun je ook niet houden van God, die je niet ziet.
Intussen stond de tollenaar helemaal achter in de tempel. Hij durfde zelfs niet omhoog te kijken. Hij huilde en zei: ‘God, ik ben een slecht mens. Heb medelijden met mij.’
Stel dat een andere gelovige iets verkeerds doet. Vertel hem dan wat hij verkeerd gedaan heeft. Als hij spijt heeft, moet je hem vergeven. Zelfs als hij zeven keer op een dag iets verkeerds doet tegen jou. Als hij dan ook zeven keer spijt heeft, dan moet je hem vergeven.
Terwijl Petrus dat zei, kwam er een stralend lichte wolk boven hen. En uit die wolk klonk Gods stem, die zei: ‘Hij alleen is mijn Zoon. Mijn liefde voor hem is groot. Luister naar hem!’
Zorg ervoor dat je niemand iets schuldig bent. Voor jullie geldt alleen deze regel: houd van elkaar. Want als je houdt van de ander, heb je precies gedaan waar het in de wet om gaat.
Ik zag dat de mensen hard werken en hun uiterste best doen. Want ze willen niet dat anderen het beter hebben dan zijzelf. Daarom werken ze zo hard. Maar ook daar heb je niets aan, je bereikt er niets mee.
Bedenk hoeveel de Vader van ons houdt! Zijn liefde voor ons is zo groot, dat hij ons zijn kinderen noemt. En dat zijn we ook. Maar de mensen die bij de wereld horen, begrijpen niet dat wij Gods kinderen zijn. Dat komt doordat ze God niet kennen.
Ik geef jullie mijn vrede. De vrede die deze wereld jullie kan geven, duurt maar kort. Maar mijn vrede blijft altijd bij jullie. Wees niet bang, verlies de moed niet.